Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Russische Grammatica 2 (Metz), deel 3

3 Boulogne - werkwoordenlijst

Jaar 3 (hbo)

убирать/убрать = opruimen
задерживаться/задержаться = opgehouden worden
спешить/поспешить = haasten; haast hebben
пропускать/пропустить = doorlaten; binnenlaten; voorbij laten
откладывать/отложить = uitstellen; wegleggen; opzijzetten
ступать/ступить = stappen
обсуждать/обсудить = bespreken
уступать/уступить = toegeven; wijken; afstaan
продолжать/продолжить = voortdoen; verderzetten; vervolgen
кончать/кончить = stoppen; ophouden
переставать/перестать = ophouden
отвыкать/отвыкнуть = afleren; gewoonte verliezen
надоедать/надоесть = vervelen; beu worden
уставать/устать = moe worden; moe raken
удаваться/удаться = succes boeken
сомневаться = twijfelen
засомневаться = beginnen te twijfelen
накрывать/накрыть = dekken
проверять/проверить = controleren; nakijken; toetsen
обманывать/обмануть = bedriegen; bedrog plegen
кататься/покататься = schaatsen
пользоваться/воспользоваться = benutten; gebruiken
мочь/смочь = kunnen; in staat zijn; doen
переносить/перенести = overdragen; verplaatsen
выражать/выразить = uitdrukken
посещать/посетить = bezoeken
случаться/случиться = gebeuren
хотеть = willen
захотеть = zin krijgen; de behoefte voelen
испытывать/испытать = lijden; beproeven
оглядываться/оглянуться = omkijken
спать = slapen
поспать = dutje doen
выполнять/выполнить = uitvoeren
одеваться/одеться = zich aankleden
исполнять/исполнить = vervullen
подбегать/подбежать = al lopend naderen; aan komen lopen; aflopen op iemand
заявлять/заявить = verklaren
умирать/умереть = stervende zijn; sterven; dood gaan
наблюдать/понаблюдать = waarnemen; observeren
дискутировать/продискутировать = discussiëren
учить/научить = aanleren
удивлять/удивить = verbazen; verwonderen
признаваться/признаться = toegeven; erkennen
платить/заплатить = betalen
молчать = zwijgen
замолчать = stoppen te spreken; stoppen met spreken
замечать/заметить = opmerken
собирать/собрать = verzamelen
закричать = het op een schreeuwen zetten
присылать/прислать = toesturen; toezenden
стоять = staan
постоять = eventjes staan
простоять = lang staan; lang blijven staan; een tijdlang staan
решаться/решиться = uiteindelijk beslissen; het wagen te doen; aandurven
будить/разбудить = wekken; wakker maken
проходить/пройти = passeren; langslopen
ронять/уронить = uit de handen laten vallen; laten vallen
составлять/составить = opstellen; samenstellen
диктовать/продиктовать = dicteren
передвигать/передвинуть = verschuiven; verplaatsen; verzetten
сохранять/сохранить = bewaren
следить/проследить = iets opvolgen; opvolgen
надевать/надеть = aantrekken
переходить/перейти = oversteken
подвигать/подвинуть = dichterbij schuiven; aanschuiven; bewegen naar
записываться/записаться = zich inschrijven
напоминать/напомнить = herinneren aan
выбирать/выбрать = kiezen; selecteren; verkiezen
отходить/отойти = zich verwijderen
повторять/повторить = herhalen
наводить/навести = aanbrengen; brengen
подавать/подать = opdienen; opslagen
лечить/вылечить = genezen

Ingezonden op 31-05-2012 - 1012x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 12-08-2012.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Russische Grammatica 2 (Metz), deel 3

3 Boulogne - werkwoordenlijst