Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Neue Kontakte

5 Job und Beruf Redemittel E + M

Jaar 3 (vmbo-kgt)

Was willst du mal werden? = Wat wil jij later worden?
Ich will Frisörin oder Polizistin werden. = Ik wil kapster of politieagente worden.
Was wollt ihr werden? = Wat willen jullie worden?
Wir wollen Koch oder Gärtner werden. = We willen kok of tuinman worden.	
Was macht dein Vater? = Wat doet jouw vader?
Er ist Maurer. = Hij is metselaar.
Und deine Mutter? = En jouw moeder?
Sie arbeitet im Büro. = Ze werkt op kantoor.	
Was ist dein Traumjob? = Wat is jouw droombaan?
Ich möchte gerne Techniker werden. = Ik zou graag technicus willen worden.
Und er?	 = En hij?
Pieter will Bauer werden.	 = Pieter wil boer worden.
Was willst du in den Ferien machen? = Wat wil jij in de vakantie doen?
Ich möchte als Kellner arbeiten. = Ik zou graag als ober willen werken.
Und Michael und Iris? = En Michael en Iris?
Sie wollen auf einem Campingplatz arbeiten. = Ze willen op een camping werken.
Was kannst du gut? = Wat kun je goed?
Ich kann gut mit Kindern umgehen. = Ik kan goed met kinderen omgaan. 
Was könnt ihr gut? = Wat kunnen jullie goed?
Wir arbeiten gerne mit Tieren. = Wij werken graag met dieren.
Ich pflege gerne Menschen. = Ik verzorg graag mensen.
Dann kannst du Krankenschwester werden. = Dan kun je verpleegster worden.
Ilse liebt Blumen. = Ilse houdt van bloemen.
Will Sie Floristin werden? = Wil ze bloemiste worden?
Was ist wichtig für dich? = Wat is belangrijk voor jou?
Die Arbeit muss Spaβ machen. = Het werk moet leuk zijn.
Ich will viel Geld verdienen. = Ik wil veel geld verdienen.	
Kann ich Ihnen behilflich sein? = Kan ik u helpen?
Ich suche die Getränke. = Ik zoek de drankjes.
Das ist hier gleich um die Ecke. = Dat is hier direct om de hoek.
Vielen Dank. = Dank u wel. 	
Wo finde ich die Milchprodukte? = Waar vind ik de zuivelproducten?
Gehen Sie am besten durch diesen Gang. Am Ende links finden Sie alles was Sie brauchen. = U kunt het beste door deze gang gaan. Aan het einde links vindt u alles wat u nodig hebt.
Ich interessiere mich für die Stelle. = Ik heb belangstelling in de baan.
Dann gehen Sie durch die Tür zum Personalchef. = Gaat u dan door de deur naar de personeelschef.
Welche Qualitäten hast du? = Welke kwaliteiten heb je?
Ich bin freundlich und zuverlässig. = Ik ben vriendelijk en betrouwbaar.
Bist du auch belastbar? = Ben je ook stressbestendig?
Brauche ich das für diese Stelle?	 = Heb ik dat voor deze baan nodig?
Warum willst du arbeiten? = Waarom wil je werken?
Ohne einen Job gibt es weniger Taschengeld. = Zonder baan krijg ik minder zakgeld.
Kannst du gut mit Menschen umgehen? = Kun je goed met mensen omgaan?
Das ist meine Stärke. = Dat is mijn sterke punt.
Was kannst du nicht so gut? = Wat kun je niet zo goed?
Ich möchte Sie etwas über den Job fragen. = Ik zou graag iets over de baan willen vragen.
Was möchtest du wissen? = Wat wil je weten?
Wie lange dauert ein Arbeitstag? = Hoe lang duurt een werkdag?
Von 8.00 bis 16.00 Uhr. = Van 8.00 tot 16.00 uur.
Wann gibt es eine Pause? = Wanneer is er pauze?
Um 10.00 und 12.30 Uhr. = Om 10.00 en 12.30 uur.
An welchen Tagen muss ich arbeiten? = Op welke dagen moet ik werken?
Am Montag und am Mittwoch. = Op maandag en op woensdag.
Wie viel kann ich verdienen? = Hoeveel kan ik verdienen?
Du bekommst € 5 pro Stunde. = Je krijgt € 5 per uur.
Vielen Dank für die Auskunft. = Dank u voor de informatie.
Gern geschehen. = Graag gedaan.

Ingezonden op 07-06-2012 - 3850x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Ich habe wenig Geduld. = Ik heb weinig geduld en kan niet goed tegen het gekrijs van kleine kinderen.
Is verwijderd wegens raar tekst en vertaling

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Neue Kontakte

5 Job und Beruf Redemittel E + M