Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Frans Woordjes Leren
› 100 Alle Woorden
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Frans Woordjes Leren
100 Alle Woorden
Jaar 5 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
baisser = dalen augmenter = toenemen croître = groeien réduire = teruglopen diminuer = verminderen ressembler à = lijken op ayant = hebbende avoir tort = ongelijk hebben avoir raison = gelijk hebben avoir du mal à = moeite hebben om améloirer = verbeteren chercher à = proberen te craindre = vrezen dénoncer = laten zien combattre = bestrijden apercevoir = opmerken montrer = laten zien nier = ontkennen frapper = opvallen se reposer = uitrusten accompagner = vergezellen accomplir = vervullen acquérir = krijgen susciter = veroorzaken rapprocher = dichterbij brengen convenir = schikken révélir = onthullen apprendre = leren attirer = aantrekken reprocher = verwijten remplacer = vervangen souligner = onderstrepen essayer = proberen détruire = vernietigen exiger = eisen envisager = overwegen remarquer = opmerken recueillir = verzamelen abandonner = verlaten disparaître = verdwijnen expliquer = uitleggen adapter = aanpassen ajouter = toevoegen obtenir = verkrijgen résoudre = oplossen inciter à = aanzetten tot plaire = bevallen s'adresser à = zich richten embellir = verfraaien contenir = bevatten déçu = teleurgesteld rapporter = opbrengen interpréter = interpreteren atteindre = bereiken disposer de = beschikken over échouer = zakken faire semblant de = net doen alsof gérer = beheren éviter = vermijden dépendre de = afhangen van collaborer = samenwerken il vaut mieux = het is beter évoquer = oproepen être en train de = bezig zijn te quitter = opgeven nuire à = schade toebrengen aan élaborer = uitwerken obliger = verplichten punir = straffen assister à = bijwonen mener à = leiden tot poursuivre = vervolgen jouir de = genieten van songer à = denken aan confondre = verwarren avouer = bekennen revendiquer = opeisen lutter = strijden céder = opgeven soupçonner = verdenken épuiser = uitputten à propos de = over l'entreprise = de onderneming le cambrioleur = de inbreker l'enseignement = het onderwijs la formation = de opleiding les frais = de kosten besoin = nodig selon = volgens déjà = al encouragement = aanmoedigend le monde entier = de hele wereld entier = geheel parmi = tussen quelques = enkele la plupart = het merendeel parfois = soms le cas = het geval car = want grâce à = dankzij pareil = gelijk le métier = het beroep malgré = ondanks le sida = aids depuis = sinds le sujet = het onderwerp les déchets = het afval lorsque = terwijl les loisirs = de vrije tijd en faveur de = ten gunste van temporaire = tijdelijk la subvention = de subsidie le conseil = het advies modeste = bescheiden satisfait = tevreden les revenus = de inkomsten le même avis = dezelfde mening plutôt = liever l'échec = de mislukking le réseau = het netwerk une initiation = een inwijding l'approche = de benadering certains = sommige reconnaissant = dankbaar éternel = eeuwig la racine = de wortel à cause de = vanwege la cause = de oorzaak faute de = bij gebrek aan au lieu de = in plaats van dès le début = vanaf het begin qu'est-ce que = wat autrefois = vroeger davantage = meer nocif = schadelijk nuisible = schadelijk sévère = streng le dernier = de laatste hors de = buiten dont = waarvan entre autres = onder andere dans quel but = met welk doel obligatoire = verplicht qu'avant = dan daarvoor il y a + tijd = geleden occidental = westers tant = zoveel rare = zeldzaam la façon = de manier au fil du temps = in de loop van de tijd le lien = de band impressionné = onder de indruk bouleversé = ondersteboven zijn meilleur = beter conscient = bewust l'avantage = het voordeel le désavantage = het nadeel l'inconvénient = het nadeel
Ingezonden op 19-12-2012 - 2768x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!