Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
LikeOLike
› 3 Qaund les choses vont mal...
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
LikeOLike
, deel 3
3 Qaund les choses vont mal...
Jaar 2 (Atheneum)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
l’escalier = de trap le repas = de maaltijd le repos = de rust le rhume = de verkoudheid la blessure = de wonde, de kwetsuur la douleur = de pijn l’entorse = de verstuiking, de verzwikking la fièvre = de koorts la glace = het ijsje, het ijszakje la radio = de röntgenfoto la toux = de hoest la duel = het duel la remède = de remedie, het (hulp) middel la grippe = de griep la tempèrature = de temperatuur, de koorts bouché(e) = verstopt cassé(e) = gebroken droit(e) = rechter- gauche = linker- gonflé(e) = gezwollen appeler = roepen, opbellen arriver = gebeuren attraper = oplopen, opdoen, vatten conseiller = aanraden désinfecter = ontsmetten enlever = uittrekken, uitdoen éviter = vermijden examiner = onderzoeken guérir = genezen montrer = tonen plier = plooien prescrire = voorschrijven renvoyer à = doorsturen, verwijzen naar respirer = (in)ademen saigner = bloeden s’appuyer sur se reposer = (uit)rusten se soigner = zich verzorgen tousser = hoesten transpirer = zweten ainsi = zo, op die manier autour de = rond(om), omheen de toute façon = hoe dan ook, in ieder geval parfois = soms pas du tout = helemaal niet pendant = tijdens probablement = waarschijnlijk quand même = toch surtout = vooral tellement = zo(zeer), zodanig tout à coup = plots tout le temps = de hele tijd, voordurend à mon avis = volgens mij avoir faim = honger hebben avoir mal à = pijn hebben aan avoir soif = dorst hebben ce n'est pas nécessaire = het/dat is niet nodig ce n'est pas si grave = het is niet zo erg c'est pourqoui = daarom comment c'est arrivé? = hoe is dat gebeurt? être fatigué(e) = moe zijn faire mal = pijn doen fair un croche-pied à quelqu'un = iemand (het) beentje lichten je l'espère = ik hoop het premiers soins = eerste hulp/eerste zorgen souhaiter un promt rétablissement = een snel herstel/een snelle genezing toewensen tu auras mois mal = je zal minder pijn hebben J'ai très froid. = Ik heb het erg koud. Elle a très chaud. = Ze heeft het erg warm. En juillet, il fait chaud. = In juli is het warm (weer). En décembre, il fait froid. = In december is het koud (weer). Je me suis cassé le bras./J'ai le bras cassé.= Ik heb mijn arm gebroken. Il a mal à la tête. = hij heeft hoofdpijn. Il a mal au bras. = Hij heeft pijn aan zijn arm. Elodie ne se sent pas bien, elle est malade. = Elodie voeltzich niet goed, ze is ziek? En hiver, il y a beaucoup de malades. = In de winter zijn er veel zieken.
Ingezonden op 10-01-2013 - 611x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
14-01-2013
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!