Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Diversen Nederlands

1120 woorden woorden woorden woordenschat taak 11-20

Jaar 6 (vwo)

chicaneren = zeuren
farce = zinloze vertoning
machiavellisme = zonder geweten handelen of leiding geven
pyrrusoverwinning = overwinning die niets voorstelt
in quarantaine = afgezonderd in verband met besmettingsgevaar
quasi = schijnbaar
trauma = geestelijke wond
narcistisch = ziekelijke liefde voor zichzelf hebbend
repressieve = onderdrukkende
referenties = personen die inlichtingen over iemand kunnen geven
liquideren = iets of iemand uitschakelen
assembleren = verschillende onderdelen samenvoegen 
absorberen = het opnemen van vocht
traceren = proberen vast te stellen waar iets is
censureren = in teksten schrappen of teksten verbieden
revalideren = herstellen na een blessure
resideren = ergens een verblijfplaats hebben
dupliceren = een duplicaat maken
annonceren = iets aankondigen
escaleren = het verhevigen van een conflict
Een ... in de kabel = klink, een onverwachte tegenvaller; klink, een probleem
Ergens ... op hebben = patent, ergens heel goed in zijn
Iets uit de eerste ... vernemen = hand, iemand die er heel nauw bij betrokken is, verteld je er wat over
Een houten ... hebben = kop, een kater hebben
Die wet is een papieren ... = tijger, lijkt af te schrikken, maar stelt niets voor
Zich in de ... snijden = vingers, zichzelf benadelen
Op een ... dansen = vulkaan, plezier hebben, terwijl er gevaar dreigt
Op los ... bouwen = zand, iets slecht voorbereid doen
Dat snijdt me door de ... = ziel, dat doe me verdriet
Dat bedrijf is in de ... geraakt = versukkeling, het gaat minder goed; versukkeling, het gaat achteruit

Iets tussen de regels door lezen = iets constateren wat niet duidelijk vermeld staat
een toren van Babel bouwen = iets groots ondernemen wat niet af te maken is
de kleren van de keizer = iets wordt mooi voorgespiegeld, maar stelt niets voor
laat de linkerhand niet weten, wat de rechterhand doet = laat niet te duidelijk merken, dat je een goede daad doet
een lijk in de kast = een verborgen tegenvaller
de zwarte lijst = lijst met ongewenste personen (of bedrijven)
iemand muilkorven = iemand beletten iets te zeggen
dat is geen wet van Meden en Perzen = je mag van de regel afwijken
een wolf in schaapskleren = doet zich vriendelijk voor, maar is gevaarlijk
zij kan de zon niet in het water zien schijnen = zij is jaloers
cardioloog = specialist in hart- en vaatziekten
neuroloog = specialist in afwijkingen van het zenuwstelsel 
oncoloog = specialist in kwaadaardige gezwellen 
orthopeed = specialist in armen, benen en gewrichten
viroloog = specialist in virusziekten
gynaecoloog = specialist in vrouwenziekten
dermatoloog = specialist in huidziekten
uroloog = specialist in ziekten van o.a. de urine wegen
internist = specialist in inwendige ziekten
orthodontist = specialist in gebitsafwijkingen
zoölogie = dierkunde
autarkie = een economisch onafhankelijke staat
atheïsme = het ontkennen van het bestaan van een god 
astronomie = sterrenkunde
audiëntie = bezoeken van een hooggeplaatst persoon
aristocratie = regering van personen die van adel zijn
auditorium = de toehoorders
oligarchie = regering van enkele bevoorrechte personen
armatuur = draagconstructie van een lamp
consensus = de algemene opvatting

Epigoon=navolger
Exodus=uittocht
Jobstijding=een slecht bericht
Mandaat=machtiging
Profijtbeginsel=wie voorzieningen gebruikt, moet ervoor betalen
Oliemagnaat=een door handel in olie rijk geworden en invloedrijk man
Tamboereren=voortdurend ergens op aandringen
Louche=onbetrouwbare
Lumineus=schitterend
Stante pede=ogenblikkelijk
Iemand in opspraak brengen=compromitteren
Iets verduidelijken=concretiseren
In hevige mate beïnvloeden=manipuleren
Met elkaar overeenstemmen=accorderen
Een verfijnd onderscheid maken=nuanceren
Discussiëren volgens vaste regels=debatteren
Aflossen van schulden=amortiseren
Je ergens door laten ontmoedigen=demoraliseren
Iemand uitdagen te reageren=provoceren
Een uittreksel maken=excerperen
Een andere wending..nemen=het gaat anders dan tot dit moment
De wenkbrauwen..optrekken=verbazing of gevoel van kritiek tonen
De wind van voren..krijgen=een hoop kritiek te horen krijgen
Iemand een worst..voorhouden=een beloning in het vooruitzicht stellen
Stevig in het zadel..zitten=verzekerd zijn van een goede positie
Op gespannen voet..staan met iets=niet met iets te verenigen zijn
Flink in de bus..blazen=veel geld uitgeven
Iemand iets voor de voeten..gooien=iemand iets verwijten
Er de brui aan .. geven=ermee stoppen
Ergens debet aan zijn=ergens schuldig aan zijn

Sophisticated=beschaafd, ontwikkeld
Nestor=oudste
Snobisme=je beschaafder en ontwikkelder voordoen dan je bent
Compassie=medelijden
Autodidact=iemand die zich door zelfstudie ontwikkelt
Pathetisch=aandoenlijk
Ad hoc=direct, maar zonder duidelijke lijn
Adequate=geschikte
Referentiekader=geheel van normen en waarden van waaruit je denkt en handelt
Antecedentenonderzoek=onderzoek naar feiten en zaken uit het verleden
Charitas=de liefdadigheid
Essentie=de kern
Discrepantie=het verschil
Deceptie=teleurstelling
Leerzame conclusie=moraal
De macht om iets te doen namens een ander=volmacht
Professie=het beroep
Consideratie=de overweging
Fractie=klein gedeelte
Integriteit=eerlijkheid
Iemand die werkzaam is in de landbouw=agrariër
Iemand die verzekeringen verkoopt en afsluit=assuradeur
Verkondiger van de leer van christus=evangelist
Iemand die de bergsport beoefend=alpinist
Beheerder van archieven=archivaris
Iemand die het kabinet samenstelt=formateur
Iemand die de waarde van iets bepaalt=taxateur
Hondenfokker=kynoloog
Postzegelverzamelaar=filatelist
Vogeldeskundige=ornitholoog

propaganda = het verwerven van aanhang
charisma = een sterke uitstraling
huisstijl = eenduidige herkenbaarheid
charitatieve = liefdadigheid nastrevend
tribunaal = soort rechtbank
a priori = bij voorbaat
deviant = afwijkend
pretentieloos = heel gewoontjes
chaperon = beschermend begeleider
déjà vu = het idee iets al eerder gezien/meegemaakt te hebben
reïncarnatie = het terugkeren van de ziel in een ander lichaam
autisme = zonder enig contact in zichzelf gekeerd 
demografie = sociale en politieke verschijnselen beschrijven
verbalisme = het gebruiken van moeilijke, niet goed begrepen, woorden
choreografie = het ontwerpen van balletten en dans
polytheïsme = het geloven in verschillende goden
sinologie = kennis van de Chinese taal en cultuur
altruïsme = de belangen van anderen vooropstellen
homonymie = één woord met verschillende betekenissen
anesthesie = het regelen van de narcose
In het zicht van de haven ... = stranden, iets net niet halen
Zijn ziel aan de duivel ... = verkopen, principes overboord gooien om zichzelf te bevoordelen
Van zessen klaar ... = zijn, handig zijn
Met open vizier ... = strijden, duidelijk laten zien wie je bent en hoe je bent
De vlag moet de lading ... = dekken, de buitenkant (bv. de naam) moet overeenkomen met de inhoud
De vinger aan de pols ... = houden, het verloop van iets in de gaten houden
De vleugels ... = uitslaan, andere of meer dingen gaan doen
In het verschiet ... = liggen, iets wat binnenkort gaat gebeuren
Ergens de smoor in ... = hebben, ergens van balen
Hoog spel ... = spelen, grote risico’s nemen

deficit = nadelig saldo; tekort
gimmicks = bijzonderheidjes
dandy = jongeman die erg met de mode en zijn uiterlijk bezig is
risee = iemand die vaak uitgelachen wordt
suggestieve vraag = vraag waarbij het antwoord in de mond gelegd wordt
geseponeerd = ter zijde gelegd
pretenties = erg overtuigd zijn van jezelf
in licentie = met toestemming van de patenthouder
represailles = vergeldingsmaatregelen
heilzaam = goed voor de gezondheid 
causaal = oorzakelijk
saillant = opvallend
subtiel = fijngevoelig
discreet = vertrouwelijk
sarcastisch = met bijtende spot
coulant = tegemoetkomend
accuraat = heel nauwkeurig
immuun = lusteloos
hautain = hooghartig
De ... laten vieren = teugels, minder streng worden
Zich in een ... steken = wespennest, je bemoeien met iets waardoor je zelf moeilijkheden kunt krijgen
Hij heeft de wereld aan zijn ... liggen = voeten, hij heeft succes
Dat zal hem geen ... leggen = windeieren, dat levert hem veel voordeel op
Hij is door de ... geverfd = wol, hij heeft veel ervaring
Hij is een roepende in de ... = woestijn, niemand wil naar hem luisteren
Op ... van oorlog staan met iemand = voet, een conflict met iemand hebben
Tegen ... vechten = windmolens, een zinloze poging ondernemen om iets te bereiken
Hij ziet de ... al hangen = bui, hij voorziet dat er moeilijkheden komen
... aan iets geven = cachet, iets status geven; cachet, iets voornaam maken

doctrine = leerstelling
deining = drukte; onrust
onbaatzuchtigheid = belangeloosheid
kongsi = samenwerkingsverband om beide voordeel te behalen
kardinale = belangrijkste
superlatieven = overdreven lovende woorden
pregnant = scherp geformuleerd 
het quorum = het vereiste aantal mensen om te mogen stemmen
pragmatische = goed bruikbare
piëteit = eerbied
compilatie = verschillende teksten bundelen
komkommertijd = periode met weinig nieuws 
polemologie = leer van oorlog en vrede
anarchie = zonder regering, leiding of bestuur
imperialisme = het streven naar steeds meer macht
electoraat = de stemgerechtigden van een volk (kiezers)
tendens = de richting waarin iets zich ontwikkelt 
predicaat = een bepaalde benaming voor iets
neologisme = een nieuw woord
innovatie = technische en industriële vernieuwing
Zo vast als een ... = huis, het is heel zeker
Gillen als een ... = mager speenvarken, heel hard gillen
Afgaan als een ... = gieter, heel erg voor gek staan
Zo zuur als ... = azijn
Zo droog als ... = as
Zo stoned als een ... = garnaal
Een gezicht als een ... = oorwurm, een nors, ontevreden gezicht
Trillen als een ... = espenblad
Blinken als een ... = spiegel
Dat brandt als een ... = lier, dat brandt heel goed
Zij nek uitsteken=iets doen waardoor je aangevallen kunt worden
Een kanttekening plaatsen=een opmerking maken
Hij is weer het zwarte schaap=iemand die de schuld krijgt
Iemand de oren wassen=iemand flink de waarheid vertellen
Een slip of the pen=verschrijving
In troebel water vissen=uit een verwarde situatie voordeel proberen te halen
Pootaan spelen=hard doorwerken om iets op tijd klaar te hebben
Het kind met het badwater weggooien=naast iets slecht tegelijkertijd iets goeds doen
Van god los raken=volkomen geschift zijn
De duivel schijt altijd op de grootste hoop=wie het niet nodig heeft, heeft altijd financieel geluk
Ambivalent=tegenstrijdig
Exorbitant=buitensporig
Excessief=bovenmatig
Obstinaat=koppig
Turbulent=onrustig
Vigerend=geldend
Amorf=vormloos
Confidentieel=vertrouwelijk
Secuur=precies
Arbitrair=willekeurig
Vaktaal=jargon
Weerwoord=repliek
Overschot=surplus
Kwijtschelding van straf=amnestie
Ornamenten=versiering
Blasfemie=godslastering
Vegetatie=plantengroei
Ambtelijke instanties enregels=bureaucratie
Adhesie=instemming
De hegemonie= het overwicht

Oneliners= pakkende, treffende beweringen
Ostentatief=overdreven de aandacht trekkend
Navenant= evenredig
Incubatietijd=tijd tussen besmetting en uitbreken ziekte
Statements= pakkende uitspraken
Ex aequo= gelijk
Immateriële= geestelijke
Elitaire= een groep bevoorrechte personen betreffend
Causerie=onderhoudende voordracht (praatje)
Hippische sport=paardensport
Desolaat=troosteloos
Summier=in zijn geheel
Geraffineerd=doortrapt
Desperaat=wanhopig
Religieus=godsdienstig
Diffuus=vaag
Integer=oprecht
Integraal=beknopt
Geavanceerd=zeer modern
Geaccidenteerd=ongelijk
Iemand de handschoen toewerpen= iemand uitdagen
Het kind van de rekening zijn=de dupe zijn
Iemand in de kaart spelen=iets doen wat iemand goed uitkomt
Iemand te kakken zetten=iemand belachelijk maken
Nul op het rekest krijgen=op verzoek een afwijzend antwoord krijgen
Zich niet onbetuigd laten=een flink aandeel van het werk leveren
Het onderspit delven=verliezen
Schone handen hebben= niet verkeerds gedaan hebben
Iets in de waagschaal stellen= een risico nemen
Iemand op zijn ziel trappen= iemand kwetsen

Wie zichzelf verhoogt, zal vernedert worden=boontje komt om zijn loontje
De soep wordt nooit zo eet gegeten, als hij wordt opgediend=iets is minder erg dan het in eerste instanties lijkt
Het gaat om het spel, niet de knikkers=niet om het winnen maar om het spel
Dat was kort door de bocht=een veel te snelle conclusie of actie
Een geheugen als een ijzeren pot hebben=een goed geheugen hebben
Dat si een heilig huisje=een onderwerp waarover je je niet kritisch mag uitlaten
Aan de heidenen overgeleverd zijn=in de handen van de vijand vallen
Iemand op de korrel nemen=kritiek op iemand uitoefenen
Veel geschreeuw, maar weinig wol= heel druk doen, maar niet veel bereiken
Iemand kopschuw maken=zo handelen dat iemand onwillig of bang wordt
Volgende eigenlijk andersom
Digibeet=iemand die niets van computers weet
Epicurist=een levensgenieter
Intrigant=iemand die sluw te werk gaat
Flessentrekker= iemand die de zaak oplicht
Kleptomaan=iemand met een ziekelijk neiging tot stelen
Scepticus=iemand die twijfels heeft
Statisticus=iemand die zich bezig houdt met statistieken
Dilettant=kunst/wetenschapperbeoefenaar uit liefhebberij
Plebejer=onbeschaafd persoon
Delinquent= iemand die een misdaad heeft begaan
Excelleren=ergens in uitblinken
Pareren=een aanval afweren
Interpoleren=iets ergens uit afleiden
Parafraseren= iets met andere woorden weergeven
Interpelleren=om opheldering vragen
Autoriseren=iemand machtigen
Visiteren=lijfelijk onderzoeken op smokkelwaar
Confisqueren=gerechtelijk in beslag nemen
Marchanderen=ergens de hand mee lichten
Oreren=druk praten

Ingezonden op 27-02-2013 - 3533x bekeken.
Waardering 10 (aantal stemmen: 3)

voting system
1
2
3
4
5

alle taken 11-20

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Diversen Nederlands

1120 woorden woorden woorden woordenschat taak 11-20