Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Engels alfabetisch
› 2
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Engels alfabetisch
, deel 2
hoofdstuk 2
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
E eager=enthousiast edge=rand to edit=de uitgave verzorgen van, bewerken editor=redacteur effort=inspanning, poging elaborate=ingewikkeld, uitvoerig to elaborate (up)on=uitvoerig ingaan op elderly=bejaard to elect=(ver)kiezen eligible=verkiesbaar, in aanmerking komend to embarrass=in verlegenheid brengen to embrace=omhelzen to emerge=tevoorschijn komen, opkomen, blijken emergency=noodgeval, nood- to emphasise=benadrukken to employ=in dienst nemen/hebben to enable=in staat stellen to encounter=ontmoeten, tegenkomen to encourage=aanmoedigen endurance=uithoudingsvermogen to endure=verdragen to enforce=de hand houden aan, (krachtig) uitvoeren to enhance=bevorderen to ensure=garanderen enterprise=onderneming, ondernemingslust to entail=inhouden, met zich meebrengen entire, entirely=geheel entitled: to be ~ to=recht hebben op entity=eenheid environment=omgeving, milieu environmental=milieu- to envy=jaloers zijn op equal=gelijk(e) equally=evenzeer, in gelijke mate equipment=uitrusting era=tijdperk to escape=ontsnappen (aan) essentially=in hoofdzaak to establish=vestigen establishment=gevestigde orde estate=landgoed, nieuwbouwwijk, terrein to estimate=schatten eternal=eeuwig event=gebeurtenis eventually=uiteindelijk, tenslotte evidence=bewijs(materiaal) evil=kwaad(willig) to evolve=zich ontwikkelen to evoke=oproepen to exaggerate=overdrijven to exercise=(uit)oefenen exercise=oefening, lichaamsbeweging exciting=spannend, opwindend exhausted=uitgeput to exhibit=tentoonstellen to exile=verbannen, in ballingschap sturen to exist=bestaan to expand=uitbreiden expense: at the ~ of=ten koste van expenses=(on)kosten to experience=ondervinden, ervaren to exploit=uitbuiten to explore=verkennen explorer=ontdekkingsreiziger to expose=aan het licht brengen, openbaren, aan de kaak stellen to expose to=blootstellen aan to extend=(zich) uitbreiden extent=mate extinct=uitgestorven to extinguish=doven, blussen F to face=onder zien, het hoofd bieden, geconfronteerd worden met face, they=hun staat ... te wachten facility=faciliteit, gemak factual=feitelijk to fade=(langzaam) verdwijnen, verbleken to fail=mislukken, zakken voor (een examen) to fail to=er niet in slagen te, nalaten te, niet ... fairly=tamelijk faith=geloof fake=namaak- to fake=namaken, doen alsof false=verkeerd, onjuist familiar=bekend, vertrouwd famine=hongersnood to fancy=leuk vinden, vallen op fashionable=modieus fatal=fataal, dodelijk fate=(nood)lot favour=gunst favour: in ~ of=ten gunste van, vóór to fear=vrezen, bang zijn voor feature=kenmerk, (gelaats)trek fee=bedrag, tarief fellow-=mede- female=vrouwelijk fence=hek, omheining fertile=vruchtbaar fiction=roman(s), verzinsel fictional=denkbeeldig fierce=hevig, fel figure=figuur, getal fine=boete to fire=shieten, ontslaan firm=firma, bedrijf, stevig to fit=passen flaw=fout, tekortkoming, smet to flood=overstromen to flourish=gedijen, bleoien fog=mist force=dwang, kracht, geweld to force=dwingen former=voormalig, ex-, eerstgenoemde formerly=voorheen, vroeger fortune=fortuin, lot fortune, good=geluk fortunate=fortuinlijk, gelukkig to found=oprichten, stichten, funderen frankly=eerlijk gezegd to frighten=schrik/angst aanjagen fulfilling=bevredigend fuss=drukte, gedoe future, in=voortaan future, in the=in de toekomst G to gain=verkrijgen, verwerven, winnen gain=winst, stijging gap=kloof, gat to gather=verzamelen gear=uitrusting, versnelling gem=juweel(tje) gender=sekse, geslacht general practitioner (GP)=huisarts generous=edelmoedig, royaal gentle=vriendelijk, zacht genuine=echt, oprecht gesture=gebaar gigantic=reusachtig gimmick=truc, vondst to gossip=roddelen to graduate=afstuderen, een opleiding voltooien grant=(studie)beurs, subsidie to grant=geven, toekennen granted, to take for=als vanzelfsprekend aannemen to grasp=(be)grijpen grateful=dankbaar grave=ernstig, graf greedy=gulzig, hebberig grief=verdriet, leed gross=bruto to guard=bewaken to guess=raden guilt=schuld guilty=schuldig H to hail=begroeten to handle=omgaan met hapless=betreurenswaardig hardship=tegenspoed, ontbering to harm=schaden harmful=schadelijk harmless=onschuldig, onschadelijk to harvest=oogsten to haunt=voortdurend achtervolgen, kwellen, regelmatig bezoeken haunted: a ~ mansion=een spookhuis hazard=gevaar, risico headline=krantenkop to heighten=verhogen heir=erfgenaam hence=vandaar herd=kudde hereditary=erfelijk heritage=erfgoed hero=held, hoofdpersoon heroine=heldin, hoofdpersoon to hesitate=aarzelen to hijack=kapen Home Office=ministerie van Binnenlandse Zaken Home Secretary=minister van Binnlandse Zaken honest=eerlijk hooligan=vandaal hostage=gijzelaar hostile=vijandig huge=enorm, geweldig (groot) human=mens, menselijk, van de mens humble=nederig to humiliate=vernederen to hunt=jagen I ignorance=onwetendheid to ignore=negeren, geen notitie nemen van illiterate=analfabeet imminent=dreigend impact=invloed, inwerking, inslag to impede=belemmeren to imply=suggereren, met zich meebrengen to impose=opleggen to impress=indruk maken impressive=indrukwekkend to improve=verbeteren incentive=stimulans incidentally=trouwens, af en toe inclined: to be ~ to=de neiging hebben om to include=bevatten to increase=(doen) toenemen, vergroten increasingly=in toenemende mate indefinite=onbeperkt, onbepaald independent=onafhankelijk to indicate=aangeven, aanwijzen indifference=onverschilligheid indigenous=autochtoon indignant=verontwaardigd to indulge in=zich te buiten gaan, toegeven aan inevitable=onvermijdelijk infidelity=ontrouw to inflict=opleggen to inherit=erven to inhibit=remmen, belemmeren initially=aanvankelijk injury=letsel innocent=onschuldig innovative=vernieuwend to inquire=informeren inquiry=vraag, informatie, onderzoek to insist=met klem beweren, erop staan, volhouden instantly=onmiddellijk to intend=van plan zijn interest=belang, belangstelling, rente to interrogat=ondervragen invariably=steevast, onveranderlijk to invent=bedenken, uitvinden to investigate=onderzoeken to involve (in)=met zich meebrengen, betrekken (bij) irrespective of=ongeacht issue=kwestie, probleem, nummer (van een tijdschrift) J Jewish=joods to join=samenvoegen, zich voegen bij joint=gezamenlijk, gewricht, verbindinggsstuk, stickie judge=rechter to judge=oordelen to justify=rechtvaardigen juvenile=jeugd- K keen=enthousiast, scherp to keep up with=bijhouden kidney=nier L labour=arbeid labourer=arbeid to lack=gebrek hebben aan, missen largely=grotendeels lasting=duurzaam, langdurig lately=de laatste tijd, onlangs to launch=lanceren, op touw zetten lawful=wettig, wettelijk lawn=grasveld, gazon lawsuit=rechtszaak layer=laag lecture=lezing, college legal=wettelijk, wettig legislation=wetgeving leisure=vrije tijd, recreatie level=niveau, mate to liberate=bevrijden likely=waarschijnlijk likelyL to be ~ to come=waarschijnlijk komen limit=grens to limit=beperken to link=verbinden litter=afval lunar=maan- lunatic=gek M to magnify=vergroten main=voornaamste mainly=voornamelijk, vooral to maintain=handhaven, onderhouden, beweren major=belangrijkst, meerderjarig, majoor majority=meerderheid, het overgrote deel male=mannelijk manual=met de hand, hand-, handleiding to manufacture=fabriceren marital=huwelijks- massacre=massamoord massive=enorm, massaal mature=rijp, volwassen means=middel(en) meantime, in the=ondertussen meanwhile=ondertussen measure=maat, maatregel to measure=meten medieval=middeleeuws member=lid membership=lidmaatschap merciful=genadig, barmhartig merciless=genadeloos mercy=genade merely=alleen maar, enkel en alleen to merit=verdienen minor= minder (belangrijk), minderjarige minority=minderheid miserable=ellendig mishap=ongeluk to mock=bespotten modest=bescheiden to modify=wijzigen to monitor=toezicht houden op mood=stemming, humeur mortal=sterfelijk motorist=automobilist to mutate=veranderen multitude=menigte muscular=gespierd mutual=wederzijds N native=oorspronkelijke bewoner, autochtoon, inheems, geboorte- necklace=halsketting to neglect=verwaarlozen nerve=zenuw, moed to nod=knikken notable=opmerkelijk notably=met name to note=nota nemen van, opmerken, opletten notice=mededeling to notice=opmerken notion=idee, begrip notorious=berucht novel=roman, nieuw novelist=romanschrijver novelty=nieuwtje numerous=talrijk nutrition=voeding nutritious=voedzaam O obedient=gehoorzaam to obey=gehoorzamen to object to=bezwaar maken tegen objective=objectief, doel(stelling) obligatory=verplicht to oblige=verplichten to observe=waarnemen, in acht nemen, opmerken to obtain=verkrijgen obvious, obviously=duidelijk, voor de hand liggend
Ingezonden op 03-03-2013 - 939x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!