Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Si claro, deel 2

1 Caminando

Jaar 2 (volwassenenonderwijs)

Caminando = wandelend
lo más importante = het belangrijkste
el anorak = de anorak
azul = blauw
el sombrero = de hoed
amarillo,amarilla = geel
la camisa = het overhemd
a rayas = gestreept
la mochila = de rugzak
rojo,roja = rood
las gafas de sol = de zonnebril
la camiseta = het T-shirt
naranja = oranje
la falda = de rok
los pantalones = de broek
el jersey = de trui
gris = grijs
los zapatos = de schoenen
marrón = bruin
el catálogo = de catalogus
contestar = antwoorden
la prenda de ropa = het kledingstuk
el Camino de Santiago = de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela
la guía turística = de reisgids
la mejor época = de beste periode
el albergue = de herberg
el peregrino, el peregrina = de pelgrim
la primavera = de lente
turístico,túristica = toeristisch
la ruta de peregrinacíon = de pelgrimsroute
sencillo,sencilla = eenvoudig
el destino = de bestemming
el Apóstol Santiago = de apostel Sint-Jacob
llover = regenen
más largo,larga que = langer dan
tan importante como = net zo belangrijk als
el verano = de zomer
menos = minder
las comodidades = het comfort
la estacíon del año = het seizoen
el otoño = de herfst
el invierno = de winter
la comparacíon = de vergelijking
el mes menos atractivo = de minst aantrekkelijke maand
el comparativo = de vergelijkende trap
mayor = groter
mejor = beter
malo,mala = slecht
peor = slechter
cómodo,cómoda = comfortabel
caminar = wandelen
llevar zapatos = schoenen dragen
las sandalias = de sandalen
la chaqueta = het jasje
día a día = dag na dag
la vida cotidiana = het dagelijkse leven
el párrafo = de alinea
último,última = laatste
en camino = onderweg
sale el sol = de zon komt op
levantarse = opstaan
lavarse = zich wassen
ponerse = aantrekken
la ropa = de rok
la energía = de energie
lagro,larga = lang
después de desayunar = na het ontbijt
estudiar = studeren
concentrarse = zich concentreren
en silencio = in stilte
aburrirse = zich vervelen
conocer = kennen
tener prisa = haast hebben
cansarse = moe worden
relajarse = zich ontspannen
pobre = arme
separarse = zich opsplitsen
solo,sola = alleen
así = zo
el diario del viaje = het reisdagboek
ducharse = douchen
acostarse el último = als laatste naar bed gaan
mirar = bekijken
lleve = het regent
el verbo refexivo = het wederkerend werkwoord
la vida diaria = het dagelijkse leven
durante el camino = tijdens de tocht
el elemento = het element
la columna = de kolom
la gente del lugar = de lokale bevolking
la tranquilidad = de rust
la tele = de tv
antes de las siete = voor zeven uur
ese,esa = die 
el cheque de regalo = de cadeaubon
el Camino Inca = de Incaroute
el consejo = de raad
el imperio inca = het Incarijk
perdido,perdida = verloren
el/la inca = de inca
solamente = alleen
autorizado,autorizada = bevoegd
recorrer = afleggen
deportista = sportief
conviene = het is raadzaam
llegar a = bereiken
se recomienda = het wordt aanbevolen
pasar unos dias = een paar dagen doorbrengen
acostumbrarse = aanbevolen
hace sol = de zon schijnt
está nublado = het is bewolkt 
hace buen tiempo = het is mooi weer
la temperatura = de temperatuur
contra = tegen 
el viento = de wind
 el frío = de kou
es necesario = het is nodig
evitar = vermijden
qué tiempo hace? = Wat voor weer is het?
hace calor = het is warm
hace frío = het is koud
hace 5 grados = het is 5 graden
bajo cero = onder nul
hace viento = het waait
hace mal tiempo = het is slecht weer
hay niebla = het is mistig
nieva = het sneeuwt 
el caso = het geval
qué = wat 
Cómo nieva /llueve = wat sneeuwt/regent het
apunte = schrijf op 
los pros y contras = de voors en tegens
la recomandación = het advies
el safari = de safari
el crucero = de cruise
elegante = chic
despacio = langzaam
ponerse crema = zich insmeren
el mosquito = de mug
el papel higiénico = het toiletpapier
ligero,ligera = licht
el libro = het boek
la revista = het tijdschrift
estamos esperando = wij zijn aan het wachten
estoy haciendo una pausa = ik ben pauze aan het houden
está tomando fotos = hij is foto's aan het maken
el gerundio = het gerundium
aparecer = voorkomen 
regular = regelmatig
representar = uitbeelden
la mímica = de mimiek
la accíon = de handeling
el plato = het bord
el televisor = het televisietoestel
el ordenador = de computer
Ciudado! = pas op!
el dibujo = de tekening
olvidar = vergeten
a jugar = laten we spelen
jugar = spelen
la ficha = de fiche
la moneda = het munt
la cara = het gezicht
avanzar = verdergaan
la casilla = het vakje
la cruz = het kruis
la salida = de start 
ir de cámping = kamperen
avance = ga verder
describa = beschrijf
a su izquierda = links van u
atrás = terug
la lluvia = de regen
Felicidades = gefeliciteerd
invitar = uitnodigen
preparen = bereid voor
dibujar = tekenen
el logo = het logo
tener en cuenta = rekening houden met
empezar = beginnen
Cuánto tiempo? = Hoeveel tijd?
el equipaje = de bagage
el bosque = het bos
la aventura = het avontuur
ir de viaje = op reis gaan
el/la familiar = het familielid
la conversación = het gesprek
presentarse = zich voorstellen
Amberes = Antwerpen
el/la asistente = de assistent
la coordinación = de coördinatie
la imagen = het beeld
político,política = politiek
económico,ecónomica = economisch
financiero/-a = financieel
declarar = verklaren
restaurar = restaureren
la madera = het hout
el clima = het klimaat
alegre = vrolijk
aproximadamente = ongeveel
por aire = door de lucht
por agua = over het water
vale la pena = het is de moeite waard
el caimán = de kaaiman
el mono = de aap 
el delfin = de dolfijn
el muro = de muur
el templo = de tempel
recordar = herinneren
el espacip = de ruimte
quería contar = ik zou willen vertellen
muchas cosas más = nog veel meer dingen
riquísimo/-a = heerlijk
la cocina = de keuken
va a visitar = u gaat bezoeken
el preparativo = de voorbereiding

Ingezonden op 05-03-2013 - 1330x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 26-08-2013.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Si claro, deel 2

1 Caminando