Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
m&o hfst 6,7,8,9,10
› 9
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
m&o hfst 6,7,8,9,10
, deel 9
hoofdstuk 9
Jaar 1 (hbo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Noem twee soorten organisatieculturen = organieke en personele structuur Wat is arbeidsverdeling? = het verdelen van werkzaamheden in deeltaken die aan medewerkers toegewezen kunnen worden. (horizontaal/verticaal) Op welke niveaus kan er arbeid verdeeld worden? = horizontaal(taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden worden verdeeld binnen hetzelfde hierarchische niveau, bij verticaal is het op een verschillend niveau. Noem vier motieven om arbeid te verdelen = kosten(efficiƫntie), bestuur(optimale besturing), sociaal(taken moeten een aantrekkelijkheid bezitten), maatschappelijk(rekening houden met voorschriften) Wat is interne differentiatie? = werkzaamheden groeperen per afdeling, taken zoeken die bij elkaar horen en die indelen naar afdeling en functie. Wat is interne specialisatie? = taken groeperen naar het eindresultaat, taken die tot hetzelfde resultaat leiden worden bijeengevoegd in afdelingen en functies. Wat is het verschil tussen interne differentiatie en interne specialisatie? = Interne differentiatie wordt meestal gebruikt in kleine organisaties Wat is omspanningsvermogen? = dit geeft aan hoeveel ondergeschikten een leider effectief leiding kan geven. een groot omspanningsvermogen geeft aan dat een organisatie een platte structuur hebben aangezien er maar 1 leider is Wat wordt er bedoeld met spanwijdte? = het aantal ondergeschikten waar leiding aan wordt gegeven Wat wordt er bedoeld met spandiepte? = het aantal niveaus waar leiding aan wordt gegeven Horizontale dimensie = aantal direct ondergeschikten(spanwijdte) Noem een aantal kenmerken waarmee een organisatie kan worden omschreven = organisatiestructuur, taakverdeling, bevoegdheden, verantwoordelijkheden. Welke eigenschappen zijn volgens Mintzberg bepalend voor een organisatiecultuur? = contingentiefactoren(situatieafhankelijk), ontwerpparameters, coordinatiemechanismen, organisatiedelen) Verticale dimensie = aantal niveaus waaraan leiding wordt gegeven(spandiepte) Hoe kan een organisatie worden beschreven? = organisatiestructuur, taakverdeling, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Welke twee organisatiestelsels worden onderscheiden? = mechanische(stabiele omgeving) en organische(dynamische omgeving) Beschrijf de lijnorganisatie op basis van kenmerken, voordelen, nadelen en geef een voorbeeld = hiƫrarchie, eenvoudig&snel, duurt lang tot beslissingen worden genomen, kleine organisaties/leger/kerk Beschrijf de lijn-staf organisatie op basis van kenmerken, voordelen, nadelen en geef een voorbeeld = meer deskundigheid, tijdbesparend, teveel gericht op theorie, grote organisaties zoals marktonderzoek Beschrijf de lijn- en functionele organisatie op basis van kenmerken, voordelen, nadelen en geef een voorbeeld = betere betrokkenheid staf, verwarring door verschillende leidinggevenden, organisaties met administratie/personeelszaken/financien. Beschrijf de lijn-stafcommissie op basis van kenmerken, voordelen, nadelen en geef een voorbeeld = beter contact tussen afdelingen, meer inbreng knowhow, grotere acceptatie, tijdrovend en trage besluitvorming Beschrijf de matrix-organisatie op basis van kenmerken, voordelen, nadelen en geef een voorbeeld = specialisten voor betere realisatie taken, 2 petten Beschrijf de zuivere projectorganisatie op basis van kenmerken, voordelen, nadelen en geef een voorbeeld = 1 leider, snel kunnen verplaatsen in nieuw project Beschrijf de interne projectorganisatie op basis van kenmerken, voordelen, nadelen en geef een voorbeeld = fasemodel, werkgroep/stuurgroep model, programmamodel. Beschrijf de divisieorganisatie op basis van kenmerken, voordelen, nadelen en geef een voorbeeld = activiteiten zijn gegroepeerd rond een product/dienst, combinatie voordelen kleine- en grote organisatie, op korte termijn gericht, extra kosten, wordt weinig gebruik gemaakt van knowhow. Welke rollen beschrijft Mintzberg = Interpersoonlijk, informationeel, besluitvormend. Beschrijf de interpersoonlijke rol = manager geeft leiding aan medewerkers,behartigt belangen medewerkers en bouwt netwerk op(boegbeeld/leider/netwerker). Beschrijf de informationele rol = manager bestuurt organisatie en is op de hoogte van veranderingen/resultaten in de organisatie(waarnemer/verspreider/woordvoerder). Beschrijf de besluitvormende rol = manager moet richting geven aan het beleid. Kansen en bedreigingen moeten in beslissingen vertaald worden(ondernemer/oplosser/onderhandelaar). Welke organisatievormen noemt Mintzberg? = ondernemings-, machine-, professionele-, gedivisionaliseerde-, innovatieve-, zendings-, politieke organisatie. Ondernemingsorganisatie = platte organisatiestructuur zonder staf/middenmanagement, informele communicatie, alles draait om ondernemer Machineorganisatie = betrouwbaar en consistent, ondersteuning door technische zelfstandige staf, grote organisaties(non-profit) Professionele organisatie = routinematige organisaties met hoogopgeleide personeelsleden(uni, hogescholen, ziekenhuizen) Gedivisionaliseerde organisatie = Hoofdkantoor bepaald concernstrategie, eenheden verbonden door centraal kantoor, kleine technische staf, voordeel risicospreiding(organisaties 500grootste bedrijven) Innovatieve organisatie = de organisatievorm van de 20ste eeuw, goede organisatie, multidisciplinaire teams gericht op innovatie (organisaties in reclame, automatisering, filmindustrie) Zendingsorganisatie = sterke ideologie, systeem van waarden en overtuigingen, charismatisch leiderschap, duidelijk en inspirerend doel Politieke organisatie = politieke activiteit komt vaak tot uitdrukking in politieke spelletjes Welke ontwikkelingen zijn er wat betreft organisaties? = plattere, virtuele, cluster en horizontale organisaties
Ingezonden op 25-03-2013 - 5216x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!