Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
EN12
› 18 ALLES
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
EN12
18 ALLES
Jaar 1
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Applicant = sollicitant Background = achtergrond commuter = forens customer = klant employee = werknemer employer = werkgever experience = ervaring fringe benefit secundaire = arbeidsvoorwaarde gross national product = bnp permanent job = vaste baan qualifications = kwalificaties salary = salaris sell on commission = provisie situation vacant = baan beschikbaar temporary job = tijdelijke baan tips = fooi to apply for = solliciteren value added tax = btw wages = loon working conditions = arbeidsomstandigheden ability = vakbekwaamheid acquire = verkrijgen aptitude = aanleg board = bestuur Chamber of Commerce = Kamer van Koophandel education = onderwijs entrepreneur = ondernemer executive = leidinggevende intern = stagiair internship = stage keen = enthousiast motivated = gemotiveerd overtime = overuren pay slip = loonstrook payroll = loonlijst perks = voordelen self-employed = zelfstandig skill = vaardigheid skilled =vaardig volunteer = vrijwilliger a creative = een creatieveling an experience = een beleving attractive = aantrekkelijk consumer = consument day off = vrije dag decisive = slagvaardig director = directeur experience economy = belevingseconomie leisure = vrije tijd leisure activities = vrijetijdsbesteding leisure centre = recreatiecentrum leisure experience = vrijetijdsbeleving leisure management = vrijetijdsmanagement leisure wear = vrijetijdskleding opportunities = kansen practice-based = praktijkgericht resort = recreatieoord service industry = dienstenindustrie to develop = ontwikkelen to set up = opzetten a rollout = productlancering consumer panel = consumentenpanel development = ontwikkeling focus group = focusgroep market development = marktontwikkeling market research = marktonderzoek product launch = productlancering questionnaire = vragenlijst research = onderzoek sales forecast = verkoopprognose sales pitch = verkooppraatje survey = enquête target audience = doelgroep target group = doelgroep to design = ontwerpen to innovate = innoveren to invent = uitvinden to launch = op de markt brengen to recall = terugroepen to roll out = op de markt brengen article = lidwoord auxiliary verb = hulpwerkwoord infinitive = infinitief noun = zelfstandig naamwoord object = voorwerp plural = meervoud pronoun = voornaamwoord singular = enkelvoud subject = onderwerp verb = werkwoord a make = uitvoering brand = merk brand awareness = merkbewustzijn brand recognition = naamsbekendheid condition = voorwaarde feature = eigenschap generic product = algemeen merkloos product non-brand = merkloos own-brand product = huismerk product placement = product plaatsing accounts payable = uitstaande schulden accounts receivable = uitstaande vorderingen actual expenditure = daadwerkelijke uitgave assets = activa costing = kostprijsberekening expenses = onkosten gross margin = brutowinst interest = rente invoice = factuur net margin = netto winstmarge profit margin = winstmarge revenue = opbrengst selling price = verkoopprijs to derive = verkrijgen to dispatch = versturen to make a loss = verlies lijden to make a profit = winst maken to overspend = meer uitgeven dan budget to underspend = minder uitgeven dan budget turnover = omzet a bargain = overeenkomst a need = behoefte attitude = houding bargaining position = onderhandelingspositie body language = lichaamstaal confident = zelfverzekerd fallback position = terugval positie gesture = gebaar hierarchy = hiërarchie merger = fusie minutes = notulen mutual advantage = wederzijds voordeel negotiator = onderhandelaar objectives = doelen to bargain = afdingen to negotiate = onderhandelen to prepare = voorbereiden to remain = overblijven to settle a dispute = een geschil bijleggen wage negotiations = salaris onderhandelingen admission fee = toegangsprijs advertising agency = reclamebureau aesthetics = esthetica amusement park = pretpark applied arts = toegepaste kunst bouncer = uitsmijter cloakroom = garderobe discount = korting event = evenement exhibition = tentoonstelling free sample = gratis proefmonster funfair = kermis hospitality = gastvrijheid hotel and catering industry = horeca pampering = verwennerij sculpture = beeldhouwwerk special offer = aanbieding the arts council = Raad voor Cultuur theme park = themapark zoo = dierentuin
Ingezonden op 27-06-2013 - 710x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!