Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
taalvaardigheid havo 5
› 3
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
taalvaardigheid havo 5
hoofdstuk 3
Jaar 5 (havo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Demain = morgen Le saviez-vous? (van savoir) = wist u het al? Quelque = bijna Intra-muros = ‘binnen de muren’ , wordt uitgelegd binnen de rondweg (= boulevard periphérique) Peuplé(e) = bevolkt Pourtant = toch, echter Sa superficie = haar oppervlakte 105 m2 = mètre carré Place (van placer) = plaatst 113e rang = plaats La commune = de gemeente Loin = ver Derrière = achter Donc = dus Si…que = zo…dat On peut (van pouvoir) = men kan Traverser = doorkruisen À pied = te voet En quelques heures= binnen een paar uur Elle n’ arrive plus à = zij (= Parijs) slaagt er niet meer in om Recevoir = ontvangen, op te nemen Longtemps = lange tijd Y = er Travaille (van travailler) = werken Le manque de logements= het tekort aan woningen Augmente (van augmenter)= neemt toe Une unité = een eenheid, een woning Souligne (van souligner)= onderstreept Rare = zeldzame, weinige Disponible = beschikbaar À l’ intérieur de la ville = binnen de stad (dus hier: binnen de boulevard périphérique) Comme = daar Continue de (van continuer) = gaat door met C’ est donc vers = het is dus naar, in de richting van Les environs = de omgeving, omliggende La banlieue = de voorsteden Se tournent vers (van se tourner) = zich richten Déjà = al, reeds Or = welnu Ne…jamais = nooit Aménagée (van aménager) = ingericht La région parisienne = de regio Parijs (dwz: Parijs en omstreken muv het centrum, intra-muros) Accueillir = ontvangen Tous ces gens = al die mensen Actuellement = op dit moment Les transports = het vervoer Relient (van relier)= verbinden Insuffisant = onvoldoende Plein = vol, overvol En plus = bovendien Manque (van manquer) = tekort komen Un espace vert = groene zone, groenstrook Le service public = openbare diensten Le quartier = de wijk Construits (van construire)= gebouwd À la va-vite = snel-snel Devienntent (van devenir)= worden Vivre = wonen, bewonen S’ y trouvent (van se trouver) = bevinden zich er La transformation = de verandereing Telle que = dusdanig Finissent par (van finir par) = uiteindelijk Fuir = ontvluchten S’ installer = te gaan wonen En province = op het platteland (voor Fransen wil ‘ en province’ zeggen heel Frankrijk maar niet Parijs) Craint (van craindre)= vreest Aujourd’ hui = vandaag, nu, Une baisse = een daling Si = als Rien en = niets Change (van changer) = verandert S’ attaquer à = aan te pakken, aan te vallen De quelle manière? = Op welke manier? En restructurant (van restructurer)= door te herstructureren Pour que = opdat Reste (van rester) = blijft Une ville monde = een wereldstad Fameux = beroemde Résumé (van résumer) = samengevat Le port-parole = de woordvoerder Durable = duurzaam Efficace = efficient Agréable = prettig, aangenaam Competitive = concurrerend Meilleure = betere La qualité de vie = kwaliteit van leven Un rayonnement = een uitstraling Fort = sterk, groot Ces réaliations = deze doelstellingen Feront-elle (van faire)= zullen zij maken Les lieux = de plekken Vraiment = echt Une association = een vereniging Dont = waarvan Il est dommage que = het is jammer dat Il se limite à(van se limiter) = het beperkt zich tot Visant à (van viser) = die zich richten op L’ amélioration = de verbetering La compétitivité = de concurrentiepositie Il faudrait aussi que (van falloir)= het zou ook nodig zijn/ook moeten Il s’ attaque à (van s’attaquer à)= het aanpakt L’ attractivité globale = de aantrekkingskracht op wereldschaal Il suffit de = je hoeft alleen maar naar… Réussi = geslaagd, succesvol Il est important = het is belangrijk Prendre en compte = bij elkaar te nemen L’ habitat = de huisvesting Réussira-t-il à (van réussir) = zal het erin slagen La réponse= het antwoord Dans (+ tijdsbepaling) = over
Ingezonden op 23-09-2013 - 845x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!