Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
masja school
› 2 woorden
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
masja school
, deel Spaans
2 woorden
Jaar 4 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
vivir=wonen;leven trabajar=werken ir de compras=winkelen; boodschappen doen delante de=voor lejos=ver cerca de=dichtbij a la derecha=naar rechts; aan de rechterkant a la izquierda=naar links; aan de linkerkant al lado de=naast todo recto=rechtdoor el camino=de weg el numero=het nummer la vecina=de buurvrouw el vecino=de buurman el supermercado=de supermarkt el banco=de bank el centro comercial=het winkelcentrum el instituto=de middelbare school guapo/-a=mooi; knap alrededor de=ongeveer juntos/-as=samen ahora=nu mas=meer mirar=bekijken escribir=schrijven' hay=er is; er zijn me gusta=ik vind leuk bonito/-a=mooi; leuk enamorado/-a de=verliefd op internet=het internet la foto=de foto la casa=het huis la biblioteca=de bibliotheek el hospital=het ziekenhuis el autobus / bus=de bus la parada=de bushalte la estacion=het station el fin de semana=het weekend manana=morgen hasta manana=tot morgen el centro=het centrum la panaderia=de bakker la pescaderia=de vishandel la tiende de ropa=de kledingwinkel el cine=de bioscoop la farmacia=de apotheek el restaurante=het restaurant la calle=de straat enfrente de=tegenover aqui=hier alli=daar los pasteles=de gebakjes los dulces=de snoepjes el chocolate=de chocolade las patatas=de aardappelen el pan=het brood la manzana=de appel el tomate=de tomaat la carne=het vlees los calamares=de inktvissen; inktvisringen el bacalao=de kabeljauw la caja=de kassa el kilo=de kilo beber=drinken comer=eten vender=verkopen estar=zijn, zich bevinden quieres=jij wilt quiero=ik wil sabes=weet je todo=alles por favor {als je iets vraagt}=alsjeblieft qui tiene {als je iets geeft}=alstublieft qui tienes {als je iets geeft}=alsjeblieft gracias=bedankt adios=tot ziens; dag algo mas?=anders nog iets? cuanto es?=wat kost het?;hoeveel is het? quien=wie que=wat cuanto=hoeveel cual;cuales=welke cuando=wanneer el primo=de neef la prima=de nicht la madre=de moeder el padre=de vader
Ingezonden op 05-11-2013 - 604x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!