Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
HCE Examenidioom Pat
› 10 fouten
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
HCE Examenidioom Pat
10 fouten
Jaar 5 (havo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
die Geste = het gebaar ehrgeizig = ambitieus salonfähig = geaccepteerd; beschaafd stemmen = duwen aufhalsen = opschepen met aufgeschlossen = openhartig; open verabreichen = geven auslösen = veroorzaken das Verständnis = het begrip beseitigen = opruimen die Auseinandersetzung = de discussie;de ruzie schmettern = smijten verlogen = leugenachtig der Hinweis = de aanwijzing ansagen = aankondigen befördern = vervoeren beeinträchtigen = schaden aufbürden = opleggen bewältigen = verwerken einräumen = geven; verlenen die Hauptaussage = de belangrijkste uitspraak die Baustelle = de wegwerkzaamheden aufsetzen = aan de grond zetten sntrümpeln = opruimen auflisten = weergeven veranstalten = organiseren anspruchsvoll = veeleisend grundsätzlich = principieel Abhilfe schaffen = uitkomst bieden die Berichterstattung = de verslaggeving sich herumsprechen = overal bekend worden erledigen = afhandelen gehoben = plechtig verpassen = geven räumen = ontruimen aich abfinden mit = zich schikken in;zich neerleggen bij betonen = benadrukken Bescheid sagen = doorgeven erfahren = vernemen; erachter komen begründen = motiveren hervorgehen = blijken;volgen entsprechen = overeenkomen met erkunden = verkennen; te weten komen auswerten = verwerken die Schlagzeile = de vette kop;de vette krantenkop speichern = opslaan die Tastatur = het toetsenbord aufzeichnen = opnemen mitschneiden = opnemen einblenden = toevoegen; invoegen durchsagen = meedelen;omroepen toricht = dwaas gewandt = vlot die Einschaltquote = het kijkcijfer das Kennzeichen = het kenmerk; het kenteken findig = vindingrijk friedlich = vredig= vreedzaam trotzig = koppig; dwars heimtuckisch = gemeen; verradelijk albern = onnozel engagiert = betrokken groβzugig = vrijgeving; gul lässig = nonchalant
Ingezonden op 27-11-2013 - 953x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!