Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Augustinianum duits
› 7 alle woordjes
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Augustinianum duits
, deel 2
7 alle woordjes
Jaar 3 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
het feest = die Party; das Fest; die Feier feesten = feiern; feten klimmen = klettern de kring = der Kreis de familiekring = der Familienkreis de vriendenkring = der Freundeskreis oudjaar = Silvester nieuwjaar = das neue Jahr gelukkig nieuwjaar = Prosit Neujahr prettige jaarwisseling = einen guten Rutsch ins neue Jahr het vorige jaar = das Vorjahr het voorjaar = der Frühling uitslapen = ausschlafen; pennen de praktijk = die Praxis de dokter {m} = der Arzt de dokters {m, mv} = die Ärzte de dokter {v} = die Ärztin de dokters {v, mv} = die Ärztinnen de assistente = die Sprechstundenhilfe de balie; de afspraak = die Anmeldung; der Termin de verzekeringspas = die Versicherungskarte de zorgversekeraar = die Krankenkasse de (eigen) praktijkbijdrage = die Praxisgebühr het kwartaal = das Quartal de wachtkamer = das Wartezimmer de behandelkamer = der Behandlungsraum de klacht = die Beschwerde de klachten = die Beschwerden het medicijn = das Medikament de medicijnen = die Medikamente voorschrijven = verschreiben de beterschap = die Besserung een rekening indienen = eine Rechnung einreichen de toeslag = die Zuzahlung de toeslagen = die Zuzahlungen de zak = die Tasche uit eigen zak = aus eigener Tasche het been = das Bein de benen = die Beine de hand = die Hand de handen = die Hände het ongeluk = der Unfall de ongelukken = die Unfälle van harte beterschap! = Gute Besserung Wat scheelt u? = Was fehlt Ihnen? ik ben verkouden. = Ich habe mich erkältet het tabletje = die Tablette de tand = der Zahn de tanden = die Zähne de tandarts = der Zahnarzt de kiespijn = die Zahnschmerzen de ziekte = die Krankheit de keelpijn = die Halsschmerzen Wat is er gebeurd? = Was ist passiert? Waar doet het pijn? = Wo tut es weh? Hoe voel je je? = Wie fühlst du dich? Laat eens zien! = Zeig mal! laten zien = zeigen
Ingezonden op 29-01-2014 - 1526x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
heel veel succes met je saaie Duits proefwerk!
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!