Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
1e bachelor Algemene anatomie
› 1 Termen uit de osteologie
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
1e bachelor Algemene anatomie
1 Termen uit de osteologie
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
fossa = put fossula = kuiltje fovea = kuil foveola = kuiltje incisura = inkeping sulcus = groeve fissura = spleet foramen = omschreven opening hiatus = onregelmatige, minder goed omschreven opening canalis = knaal of doorgan met een zekere lengte crista = langwerpige beenkam spina = punt- of doornvormig beenuitsteeksel tuber = grotere massieve knobbel tuberculum = knobbeltje tuberositas = slecht omschreven, weinig uitstekende knobbelige beenzone processus = uitsteeksel planum = effen botvlakte facies = gelaat margo = rand, kant, boord basis = vlak uiteinde van een bot condylus/condyl = beenstuk dat de vorm aanneemt van en cilinder epicondylus of epicondyl = beenknobbel op een condyl trochlea = katrol cochlea = 2 paralelle groeven gescheiden door een beenkam sinus = onregelmatige ruimte
Ingezonden op 11-02-2014 - 1666x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
15-02-2014
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!