Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Duits Neue Kontakte Maaike
› 6 Duits
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Duits Neue Kontakte Maaike
6 Duits
Jaar 2 (havo/vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
de auto+ =das Auto, die Autos de fiets+ =das Fahrrad, die Fahrräder het hotel+ =das Hotel, die Hotels de kamer+ =das Zimmer, die Zimmer de reis+ =die Reise, die Reisen het schip+ =das Schiff, die Schiffe de scooter =der Scooter de sleutel+ =der Schlüssel, die Schlüssel de straat, de weg+ =die Straße, die Straßen de taxi+ =das Taxi, die Taxis de trein+ =der Zug, die Züge de vakantie =die Ferien II autorijden= Auto fahren er zijn+ =da sein - gewesen ergens zijn+ =irgendwo sein - gewesen slapen+ =schlafen – geschlafen sturen =schicken vragen =fragen zoeken =suchen III één keer =einmal Goede reis! =Gute Reise! hoe lang =wie lange met bad, badkamer =mit Bad met douche =mit Dusche met ontbijt =mit Frühstück naar (+plaatsnaam) =nach thuis =zu Hause tot =bis twee keer= zweimal vrij =frei waar= wo waarnaartoe =wohin wanneer =wann zonder bad, badkamer =ohne Bad zonder douche= ohne Dusche zonder ontbijt =ohne Frühstück D Monate in januari =im Januar in februari =im Februar in maart =im März in april =im April in mei =im Mai in juni =im Juni in juli =im Juli in augustus =im August in september =im September in oktober= im Oktober in november =im November in december =im Dezember op 6 februari =am 6. Februar J I de autosnelweg + =die Autobahn, die Autobahnen de bus =der Bus, die Busse de kaart + =die Karte, die Karten het kaartje, het ticket + =die Fahrkarte, die Fahrkarten de kamersleutel =der Zimmerschlüssel de koffer + =der Koffer, die Koffer de kruising + =die Kreuzung, die Kreuzungen de motorfiets + =das Motorrad, die Motorräder het nummer + =die Nummer, die Nummern de plattegrond =der Stadtplan de politie =die Polizei de toerist + =der Tourist, die Touristen de toeriste + =die Touristin de trein =die Bahn het verkeerslicht + =die Ampel, die Ampeln aankomen+ =ankommen – angekommen betalen =zahlen, bezahlen gaan+ =gehen – gegangen komen+ =kommen – gekommen reizen =reisen roepen+ =rufen – gerufen zien+ =sehen – gesehen enkele reis, =enkeltje einfach fout, verkeerd =falsch gauw, even, snel =schnell hoe ver =wie weit ik ben niet van hier ich bin nicht von hier in de buurt van= in der Nähe von naar Berlijn =nach Berlin naar Peter =zu Peter naar links= nach links naar huis =nach Hause naar Nederland =in die Niederlande naar rechts =nach rechts naar Zwitserland =in die Schweiz rechtdoor= geradeaus retour(tje)= hin und zurück Stop! =Stopp! ver =weit waar vandaan =wo … her waarvandaan =woher
Ingezonden op 17-05-2014 - 1378x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!