Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
MSC 2014
› 2 warmtebehandeling en harden
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
MSC 2014
2 warmtebehandeling en harden
Jaar 1 (hbo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Veredelen = Warmtebehandeling (enkele uren) om na het harden de taaiheid weer terug te krijgen. Doordat er tevens precipitaten kunnen ontstaan kan de hardheid blijven of zelfs iets toenemen. Fasetransformatie harden = Hardingsproces dat vooral toegepast wordt bij staal dat bij ca. 900 C een anders roosterstructuur heeft dan onder de 750 C. Precipitatie harden = Op de hardingstemperatuur ontstaan concentraties van vreemde atomen die bij de gebruikstemperatuur weerstand bieden tegen vervormingen. Vooral bij koper, aluminium en edelstaal. Afschrikharden = Een spreektaal aanduiding voor fasetransformatieharden. Gloeien = Warmtebehandeling (enkele uren) om het metaal na veel koude vervormingen weer ductiel te maken zodat het verder vervormd kan worden zonder dat het gaat scheuren. Ontlaten = Warmtebehandeling om na het harden de taaiheid weer terug te krijgen ten kosten van een beetje hardheid en sterkte. Koudvervormen = Door slaan, persen, walsen, trekken bij temperaturen tot ca. 200 ºC wordt de roosterstructuur verstoord waardoor de weerstand tegen vervorming toeneemt en de taaiheid afneemt. Vreemde atomen = Legeringselementen kunnen het atoomrooster vervormen waardoor de weerstand tegen vervorming toeneemt en de taaiheid afneemt. Dislocaties = Verstoringen van het atoomrooster; verstoring van de roosterstructuur, toenamen van barrières tegen vervormingen Stollingsproces = Korrels groeien door warmteafvoer bij gelijke temperatuur Korrelgrenzen = Relatief diepe kloven die door etsen met zuur zichtbaar zijn Fijne korrelstructuur = Kleine korrels zorgen voor een hoge taaiheid en hoge ductiliteit. Korrel = Kristal is groep atomen met dezelfde ruimtelijke structuur Rekristalliseren = Nieuwe kristallen ontstaan op de korrelgrenzen → grote toename van vele kleine korrels → veel korrelgrenzen → veel dislocaties → moeilijker om te vormen → sterker en taaier (meer ductiel).
Ingezonden op 12-06-2014 - 1018x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!