Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Pourquoi Pas CHG4
› 2 Unité 2 vocabulaire pag 4-6
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Pourquoi Pas CHG4
2 Unité 2 vocabulaire pag 4-6
Jaar 4 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Un immeuble = een flatgebouw L’école primaire = de basisschool Des meubles anciens= antieke meubels Un ancien ministre = een oud-minister Une ancienne copine= een ex-vriendinnetje Il y a 6 mois = 6 maanden geleden Une odeur = een geur Une époque = een tijdperk,periode Une invention = een uitvinding Inventer = uitvinden Un sentiment = een gevoel ,genegenheid Une sensation = een gewaarwording,sensatie Sentir = 1.voelen/2.ruiken Se connaître = 1.elkaar kennen/2. zichzelf kennen Une dispute / une querelle = een onenigheid, twist Chercher querelle à quelqu'un = ruzie zoeken met iemand Un ton agressif = een ruzieachtige toon C’est le coup de foudre = het is liefde op ‘t eerste gezicht Elle a l’air gentille = zij ziet er vriendelijk uit L’amitié = de vriendschap Confier à = toevertrouwen aan Franchement = echt, eerlijk gezegd Avoir tort = ongelijk hebben Avoir raison = gelijk hebben Donner raison à quelqu'un = iemand gelijk geven Tu as bien raison! = Gelijk heb je! Être vert de rage/de jalousie= groen van nijd, jaloezie zien Rire jaune = lachen als een boer die kiespijn heeft Se fâcher = kwaad worden Être fâché = kwaad zijn Elle est fâchée = zij is kwaad Ressentir une grande peur = een grote angst ervaren Rire forcé =gemaakt lachen Être rouge de honte =rood zien van schaamte Se sentir mal à l’aise/ embarrassé= zich slecht op z’n gemak voelen Être fleur bleue = erg sentimenteel zijn Voir tout en rose = alles rooskleurig inzien Avoir une peur bleue = een hevige angst hebben Un clin d’oeil sur = een snelle blik op Un clin d’oeil = een knipoog Étudier = studeren Augmenter = vermeerderen Mettre en scène = regisseren Une mise en scène = 1.een opstelling/2.regie Des milliers de = duizenden Étonnant = verbazend Se diversifier = meer verscheidenheid tonen À tel point que = zozeer,zodanig dat Un site = 1.een plaats/2.website Renverser = omgooien Le produit se renverse = het product valt om Entre eux = onderling,onder elkaar Se réconcillier avec quelqu'un = zich met iemand verzoenen Être rancunier/rancunière = haatdragend zijn La haine = de haat L’humour = de humor L’humeur = het humeur La note = 1.het cijfer/2.de aantekening Noter = noteren Exploser = exploderen,ontploffen Une explosion = een ontploffing Une explosion de colère = een woede uitbarsting Complémentaire = aanvullend,bij elkaar passend Opposé = tegengesteld Consulter = raadplegen Consulter un médecin = een dokter raadplegen Demander conseil à qn sur qch = iemand over iets raadplegen Sensible = gevoelig Agréable = aangenaam,prettig Sincère = oprecht,open Spontané,impulsif/impulsive = spontaan Intransigeant = star,ontoegeeflijk Sûr de lui même = zelfverzekerd Incertain = onzeker Il est égoïste = hij is egoïstisch Généreux = vrijgevig Orgueilleux = trots Inexpressif = uitdrukkingsloos/mat C’était noté = het was voor een cijfer Vous n’y êtes pour rien = jullie kunnen er niets aan doen Périmé = niet meer goed/verlopen/niet meer geldig Votre abonnement est périmé = uw abonnement is verlopen C’est marrant = dat is geinig C’est dégoûtant = dat is walgelijk,smerig Pas de chance! = Pech! Quelle chance = wat een geluk! Wat een bof! Ça fait mal = dat doet pijn Ma jambe est plâtrée = mijn been zit in het gips Devine quoi? = Raad eens? Un mensonge = een leugen Un menteur,une menteuse = een leugenaar Un pieux mensonge = een leugentje om bestwil Pieux = vroom Un pieux/une pieuse = een vrome man/vrouw Se perdre =verdwalen Un escargot = een slak Une émission de cuisine = een kookprogramma Affamé = hongerig Un loup affamé = een hongerige wolf
Ingezonden op 26-06-2014 - 703x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!