Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Frans 1
› 12 demographie
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Frans 1
12 demographie
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
een bevalling = un accouchement oudste = aîne vrijgezel = célibatoire abortus = l'avortement de wieg = le berceau wiegen = bercer jongste = cadet neef = neveu nicht = nièce scheiden = divorcer de scheiding = le divorce huwen = épouser trouwen met = se marier avec echtgenoot = époux echtgenote = épouse een verloofde = un fiancé schoonzoon = gendre afkomstig van = issu de de tweeling = jumeaux minderjarig = mineur meerderjarig = majeur moeder = maternel geboorte = natal bijnaam = surnom doodstrijd = agonie kerkhof = cimétière sterfgevam = décès overlijden = décéder doodskist = cercueil de rouw = deuil kennisgeven = faire-part de kuil = la fosse erfenis = héritage erfgenamen = héritiers weeskind = orphelin verdelen = répartir ergenaam = héritier verdeling = répartition slachtoffers = sinistrés verzekerd = certifié slachtoffers = victimes berghok = réduit adem = soupir een einde = un terme makkelijk = commode grafzerk = tombe levensomstandigheden = conditions de vie walgelijk = dégoûtant een riool = un égout afval = déchets krottenwijk = bidonville baksteen = brique krotten = taudis ruiten = vitres kortsluiting = court - circuit de stekker = la fiche opknappen = retaper verhuizen = déménager vernielen = démolir de drempel = la seuil kachel = poêle daklozen = sans-logis woning = demeure bouwwerk = édifice goedkeuren = approuver derde wereld = tiers monde verlichting = un éclairage rugleuning = dossiers een hek = une grille traptrede = marche papiermand = corbeille à papier smalle gang = couloir ondoorschijnend = opaque hoofdkussen = oreiller wand = paroi gelijkvloers = rez-de-chaussée een grendel = un verrou onderhoud = entretien de lakens = draps deken = la couverture muurkast = placard haken = crochets rolgordijn = le store stopcontact = prise de courant toestaan = autorisé vergunning = autorisation metser = maçon timmerman = charpentier matig = modéré huurcontract = bail zich vestigen = s'etablir wolkenkrabber = gratte-ciel flatgebouw = immeuble huur = location huisvesting = logement zolderkamer = mansarde balken = poutres eigendom = propriété ondersteunen = soutenir stedenbouwkunde = urbanisme uitstel = délai onlangs = l'autre jour binnekort = sous peu nu eens = tantôt voorafgaand = antérieurs Hemelvaartsdag = Ascension dageraad = aube eergisteren = avant-hier een toekomst = un avenir eeuwfeest = centenaire voortaan = désormais nieuwjaarsgeschenken = étrennes week- = hebdomadaire Nieuwjaar = jour de l'an werkdag = jour ouvrable officiele feestdag = jour férié dagdagelijks = journalier vandaag de dag = de nos jours tijdsruimte = laps de temps de volgende dag = le lendemain de voormiddag = la matinée dagelijk = quotidien uitstellen = remettre dag ervoor = la veille naast = à côté de tegenover = envers behalve = autre betreffend = à propos vlakbij = à proximité de behalve = sauf als = en tant que tegenover = vis-à-vis toenemen = augmenter toppunt = comble bevatten = contenir de inhoud = le contenu bij gebrek aan = manque uiterst klein = infime ontelbaar = innombrable beperkt = restreint een heleboel = un tas de het gehalte = le taux een derde = le tiers in het ergste geval = à la limitè certes = zeker steeds slechter = de mal en pis evenzo = de même welbewust = délibérément hoe dan ook = de toute façon zus enz = comme ci comme ça wijze = manière in laatste instantie = en dernier ressort toejuchingen = acclamations aanpassingen = adaption manken = boite besmettelijk = contagieux oplopen = contracter doeltreffend = efficace een toestand = un état een onderzoek = recheche verknoeien = gâcher groei = accroissement schatting = les évalutions telling = recensement becijferen = chiffrer onmerkbaar = imperceptible gegevens = données gezinnen = ménages zeldzaam = rares meer = davantage leeftijdscategorie = tranche d'âge afzien van = renoncer de verhouding = la proportion het verschil = l'ecart uitwerking = l'élaboration publiek = publiques het inkomen = le revenue drinkbaar = potable het ontbreken = le manque sanering = assainissement ondervoeding = malnutrition bevoorrading = approvisionnement geschat = estimée telt = compte de helling = pentes kuststreken = la zone côtière hoogte = altitude aanzwengelen = relancer is verdubbeld = a doublé daling = baisse verminderen = diminuer herstel = redressement hongersnood = la famine tekort = une pénurie oudjaarsavond = la nuite de la saint-sylvestere de planning = la planification talrijk = nombreux aantonen = démontre geboren worden = naître piek = pic een staal = un enchantillon de boog = la courbe de onderzoeker = le chercheur de hitte = la canicule moederschap = maternité de termijn = le delai de zwangerschap = une grossesse proberen = tenter zomerse = estivale de vruchtbaarheid = le fertilité gemidelde = en moyenne gemeenschappelijk = commun
Ingezonden op 06-08-2014 - 842x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!