Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Examenidioom Duits.
› 7 7. Verkehr, Transport und Reisen
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Examenidioom Duits.
, deel -
7 7. Verkehr, Transport und Reisen
Jaar 4 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
die Beförderung = het vervoer der Gebrauchtwagen = de occasion; de tweedehands auto die Autobahngebühr = de tol voor het gebruik van de weg die Maut = de tol zähflüssig = langzaam die Baustelle = de wegwerkzaamheden die Straßensperre = de wegversperring sich einordnen = invoegen beschleunigen = versnellen; accelereren prallen = slaan; botsen die Eisenbahn = het spoor; de trein die Höchstgeschwindigkeit = de maximumsnelheid der Fahrplan = de dienstregeling der Fernzug = de internationale trein bequem = comfortabel frequentieren = druk bezoeken die Schiene = de rail die Schranke = de slagboom; de spoorboom die Bestimmung = de bepaling; het voorschrift die Strecke = het traject; de afstand zurücklegen = afleggen der Anflug = de naderingsvlucht der Absturz = het neerstorten der Reiseveranstalter = de reisorganisatie das Fremdenverkehrsamt = het VVV-kantoor pauschal = all-inclusieve; volledig verzorgd der Reiseführer = de reisgids der Aufbruch = het vertrek antreten = beginnen; aanvaarden verbringen = doorbrengen der Aufenthaltsort = de verblijfplaats entlegen = afgelegen das Kaff = het gat; de saaite kleine plaats die Sehenswürdigkeit = de bezienswaardigheid ausspannen = uitrusten verstellen = versperren; tegenhouden die Dienstleistung = de service; de dienstverlening der Ballungsraum = het dichtbevolkte gebied der Verkehrssünder = de verkeersovertreder het rijbewijs = der Führerschein de vrachtauto = das Kraftfahrzeug de kofferruimte = der Kofferraum sturen = lenken inhalen = überhalen de rotonde = der Kreisverkehr de parkeerplaats = der Parkplatz het slachtoffer = das Opfer het stoplicht = die Ampel de veiligheid = die Sicherheit gordels dragen = anschnallen de pomp, de benzinepomp = die Zapfsäule loodvrij = bleifrei de metro = die U-bahn de vertraging = die Verspätung Denk eens even mee, hoe moet dat? = Hilf mir mal, wie macht man das? Zeg jij ook eens wat je ervan vindt! = Sag doch auch mal, was du davon hältst! U had net zo'n goed plan, vertelt u dat nog eens! = Sie hatten vorhin eine gute Idee, erzählen Sie bitte noch mal davon. Wat denken jullie: hoe moet je zoiets aanpakken? = Was meint ihr: Wie soll man das anfassen? Je mag gerust zeggen hoe jij dat zou doen! = Du kannst ruhig sagen, wie du das machen würdest! Ik begrijp niet zo goed wat u bedoelt! = Ich verstehe nicht so recht, was Sie meinen. Zou je dat even willen herhalen? = Würdest du das bitte wiederholen? Ik kan het echt niet meer volgen. = Ich komme da wirklich nicht mehr mit. Zou u misschien wat langzamer kunnen praten? = Könnten Sie bitte ein wenig langsamer sprechen? Ik begrijp er helemaal niets van! = Ich verstehe nur Bahnhof!
Ingezonden op 27-12-2014 - 1517x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
30-06-2015
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!