Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
wordtschatz
› 22 hoofdstuk 22
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
wordtschatz
, deel 0
22 hoofdstuk 22
Jaar 5 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
de afscheidskus=der Abschiedskuss, die Abschiedsküsse aantreffen/ontdekken=auffinden, findet auf, fand auf, hat aufgefunden (ist nicht auszufinden) wakker worden=aufwachen het ogenblik=der Augenblick, die Augenblicke uit elkaar gaan=auseinandergehen, geht auseinander, ging auseinander, ist auseinandergegangen weglaten=auslassen, lässt aus, ließ aus, hat ausgelassen berouw hebben=bereuen betreden=betreten, betritt, betrat, hat betreten betreden streng verboden=betreten strengstens verboten de relatie=die Beziehung, die Beziehungen het bier=das Bier, die Biere dik=dick dicht=dicht dubbel=doppelt dramatisch=dramatisch dreigend=drohend de dreiging=die Drohung, die Drohungen donkerharig=dunkelhaarig de ingang=der Eingang, die Eingänge afval verwijderen=entsorgen chanteren=erpressen hij wordt gechanteerd=er wird erpresst verbaasd=erstaunt beantwoorden/antwoorden=erwidern het vat=dass Fass, die Fässer de verte=die Ferne vluchten=fliehen, flieht, floh, ist geflohen de vreemdeling=der Fremde, die Fremden de vreemdelinge=die Fremde, die Fremde het giftige afval=der Giftmüll heftig=heftig kijken=hinsehen, sieht hin. sah hin, hat hingesehen opstaan/omhoog komen/ hogerop komen=hochkommen, kommt hoch, kam hoch, ist hochgekommen illegaal=illegal de kleine stad=die Kleinstadt, die Kleinstädte het lijk=die Leiche, die Leichen de vrachtwagen=der LKW, die LKWs het sprookje=das Märchen, die Märchen mijden=meiden, meidet, mied, hat gemieden midden=mitten nakijken/controleren=nachsehen, sieht nach, sah nach, hat nachgesehen raadselachtig=rätselhaft de lezing/de speech=die Rede, die Reden er was sprake van=es war die Rede von het bord=das Schild, die Schilder slaperig=schäfrig smokkelen=schmuggeln zweren=schwören, schwört, schwor, hat geschworen laten zitten=sitzen lassen, lässt sitzen, ließ sitzen, hat sitzen gelassen voelen/merken=spüren de som/het bedrag=die Summe, die Summen de dans=der Tanz, die Tänze diep=tief de dood=der Tod de scheiding=die Trennung, die Trennungen zich omdraaien=sich umdrehen onaangenaam=unangenehm de ondernemer=der Unternehmer, die Unternehmer de onderneemste=die Unternehmerin, die Unternehmerinnen vergaan=vergehen, vergeht, verging, ist vergangen arresteren=verhaften zich verzamelen/bijeenkomen=sich versammeln verdwijnen=verschwinden, verschwindet, verschwand, ist verschwunden wanhopig=verzweifelt waarschuwen=warnen wegbrengen=wegbringen, bringt weg, brachte weg, hat weggebracht terugkomen=wiederkommen, kommt wieder, kam wieder, ist wiedergekommen terugzien=wiedersehen, sieht wieder, sah wieder, hat wiedergesehen afgaan op/tegemoet gaan=zugehen auf, geht auf zu, ging auf zu, ist auf zugangen terugbrengen=zurückbringen, bringt zurück, brachte zurück, hat zurückgebracht
Ingezonden op 10-02-2015 - 1317x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!