Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
wordtschatz
› 1 hoofstuk 1
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
wordtschatz
, deel 2
1 hoofstuk 1
Jaar 5 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
het genie=das Genie, die Genies de chaos=das Chaos de inspanning=die Anstrengung, die Anstrengungen verbinden=verbinden mit {3e}, verbindet, verband, hat verbunden mit de vooruitgang=der Fortschritt, die Fortschritte gebruiken=etwas nutzen iets moeilijk vinden=einem schwerfallen, es fällt einem schwer, es fiel einem schwer, es ist einem schwergefallen iets makkelijk vinden=einem leichtfallen, es fällt einem leicht, es fiel einem leicht, es ist einem leichtgefallen mee om kunnen gaan=zurechtkommen mit {3e}, kommt zurecht, kam zurecht, ist zurechtgekommen mit controleren=etwas/jemanden kontrollieren toepassen/gebruiken=etwas anwenden de notitie=die Notiz, die Notizen aangeboren=angeboren schijnbaar=scheinbar moeiteloos=mühelos beheersen=beherrschen ter discussie staan=zur Diskussion stehen de factor=der Faktor, die Faktoren ergens overeen groeien/komen=hinauskommen über {4e}, kommt darüber hinaus, kam darüber hinaus, ist darüber hinausgekommen de hersenen=das Gehirn, die Gehirne een onderzoek doen=eine Untersuchung anstellen tot inzicht komen=zur Einsicht kommen structureren=etwas strukturieren de stelling=die These, die Thesen in twijfel trekken=etwas in Zwiefel ziehen op grond van/naar aanleiding van=aufgrund {2e} de observatie=die Beobachtung, die Beobachtungen de gave/het talent/de aanleg=de Begabung, die Begabungen de gave voor taal/de aanleg voor taal=die Sprachbegabung, die Sprachbegabungen genetisch bepaald=genetisch veranlagt het oneens zijn=sich uneins sein, sich nicht einig sein de invloed=der Einfluss, die Einflüsse de voorwaarde/de eis=die Voraussetzung, die Voraussetzungen de werking=die Wirkung, die Wirkungen de integratie=die Integration integreren=sich integrieren op iets/iemand ingaan=sich einlassen auf {4e}, lässt sich ein, ließ sich ein, hat sich eingelassen auf beslissend/bepalend=entscheidend schijnen=scheinen, scheint, schien, hat geschienen bewust=bewusst verbaal=verbal non-verbaal=nonverbal noodzakelijk=notwendig opslaan=etwas speichern vaststellen=etwas feststellen oneindig=unendlich uitwerken op=sich auswirken auf {4e} beïnvloeden=etwas/jemanden beeinflussen vereenvoudigen/vergemakkelijken=etwas vereinfachen citeren=jemanden zitieren
Ingezonden op 10-02-2015 - 1394x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
17-02-2015
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!