Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
ang
› 1 hartcyclus
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
ang
, deel 1
1 hartcyclus
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
De atriumcontractie vult de ventrikels = onjuist Rek van de ventrikelwand is negatief inotroop = onjuist Een verhoogde preload verhoogt het slagvolume = juist Gedurende de ejectiefase worden de atria uitgerekt = juist De dicrotische top bevindt zich in de aortadrukcurve = juist Het einddiastolisch volume bepaalt de mate van rek van de ventrikelvezels en dus mede de kracht waarmee zij samentrekken = juist De isovolumetrische contractiefase eindigt na opening van de AV kleppen = onjuist Gedurende de ejectiefase wordt alleen de aortadruk verhoogd = juist De aortadruk volgt de ventrikeldruk gedurende de gehele hartcyclus = onjuist De aortakleppen sluiten exact op het moment dat de ventrikeldruk zakt onder de aortadruk = onjuist De tweede harttoon komt door sluiting van de aorta- en pulmonaliskleppen = juist Positief inotrope stoffen verlagen het eindsystolische ventrikelvolume = juist De baroreflex gaat gepaard met een versnelde hartfrequentie = juist De isovolumetrische relaxatiefase valt samen met de tweede harttoon = juist Sympatische activiteit verlaagt het eindsystolische volume = juist De ventrikels vullen snel doordat de atria samentrekken = onjuist De isovolumetrische contractiefase komt doordat de ventrikels samenknijpen terwijl de AV en semilunairkleppen gesloten zijn = juist Het einddiastolisch volume wordt bereikt door zowel passief leegstromen van de atria als ook de atriumcontractie = juist Het einddiastolisch volume wordt bepaald door de veneuze terugstroming = juist In rust overheerst de parasympatische invloed op het hart = juist Het einddiastolisch volume is de preload van het hart = juist De aortakleppen sluiten op het moment dat de bloedstroomrichting in aorta veranderd is van ‘van het hart af’ tot ‘naar het hart toe’ = juist Gedurende de isovolumetrische contractiefase, ejectiefase en isovolumetrische relaxatiefase stromen de atria vol met bloed = juist De AV kleppen sluiten exact op het moment dat de ventrikeldruk stijgt boven de atriumdruk = juist De isovolumetrische relaxatiefase ligt tussen de eerste en de tweede harttoon = onjuist De Frank-Starling wet van het hart verzekert dat het hart iedere veneuze terugstroming aankan = juist De ejectiefase duurt ongeveer even lang als de isovolumetrische relaxatiefase = onjuist Sympatische activiteit verhoogt de hartfrequentie en de contractiliteit = juist Het hoger het einddiastolisch volume hoe krachtiger de ventrikelcontractie = juist De aortadruk is de afterload van het hart = juist Het slagvolume van het hart is ongeveer 5 L = onjuist De isovolumetrische contractiefase komt doordat de ventrikels samenknijpen terwijl de AV en semilunairkleppen geopend zijn = onjuist De ventrikels vullen snel doordat de atria leegstromen = juist De baroreflex gaat gepaard met een versnelde hartfrequentie = juist De isovolumetrische contractiefase wordt direct gevolgd door de isovolumetrische relaxatiefase = onjuist De isovolumetrische contractiefase eindigt na opening van de semilunair kleppen = juist Sympatische activiteit verhoogt het eindsystolische volume = onjuist Een verhoogde afterload verhoogt het slagvolume = onjuist Gedurende de ejectiefase staan de chorda tendiniae aangespannen = juist Een verhoogde afterload verlaagt het slagvolume = juist Aan het einde van de ejectiefase bevindt zich het einddiastolisch volume in de ventrikels = onjuist De Frank-Starling wet van het hart relateert de kracht van een hartslag aan de mate van vulling van de ventrikels = juist De ejectiefase ligt tussen de eerste en de tweede harttoon = juist Een vergroot eindsystolische ventrikelvolume is positief inotroop = onjuist Positief inotropie verhoogt het slagvolume = juist Omdat in rust de parasympatische activiteit overheerst is de hartslag ca. 70 slagen per minuut in plaats van 100/min (de intrinsieke sinusknoop frequentie) = juist De snelle vullingsfase begint als de AV kleppen openen = juist Aan het einde van de ejectiefase bevindt zich het eindsystolisch volume in de ventrikels = juist De ejectiefase begint als de AV kleppen openen = onjuist Parasympatische activiteit verhoogt de hartfrequentie en de contractiliteit = onjuist Tijdens de systole knijpen de ventrikels zich helemaal leeg = onjuist Het einddiastolisch volume is de afterload van het hart = onjuist De afterload is rondom de 80 mm Hg = juist De isovolumetrische relaxatiefase valt samen met de eerste harttoon = onjuist Rek van de ventrikelwand is positief inotroop = juist Positief inotropie verlaagt het eindsystolische volume = juist
Ingezonden op 03-03-2015 - 4706x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!