Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Quartier Latin: circuit 2
› 5 chez le médicin
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Quartier Latin: circuit 2
, deel 5
5 chez le médicin
Jaar 6 (Atheneum)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
een arts raadplegen= consulter un médicin een overleg= une consultation het kantoor van de arts= le cabinet du médicin de wachtzaal= la salle d'attente iemand beluisteren met een stethoscoop= ausculter qqn avec un stéthoscope koorts hebben= avoir de la fièvre iemand zijn bloeddruk meten= prendre la tension de quelqu'un een hoge bloeddruk hebben= avoir de la tension een lage bloeddruk hebben= votre tension est trop base bloed nemen= prendre du sang een bloedonderzoek= une analyse de sang iemand betasten= palper quelqu'un symptomen= symptômes hoofdpijn= avoir mal à la tête rugpijn hebben= avoir mal au dos oorpijn hebben= avoir mal aux oreilles keelpijn hebben= avoir mal à la gorge tandpijn hebben= avoir mal aux dents buikpijn hebben= avoir mal à l'estomac/ au ventre hoesten= tousser een vervelende hoest hebben= avoir une vilaine toux misselijk zijn= avoir la nausée duizelig zijn= avoir des vertiges flauw vallen= s'évanouir/ perdre connaissance weinig eetlust hebben= avoir peu d'appétit overgeven= vomir diarree hebben= avoir la diarrhée bloeden= saigner jeuk= démanger een schaafwondje= une écorchure je hebt kou gevat= vous avez pris froid een verkoudheid= un rhume een verkoudheid oplopen= attraper un rhume verkouden zijn= être enrhumé een keelontsteking= une angine een oorontsteking= une otite griep hebben= avoir la grippe de mazelen hebben= avoir la rougeole de waterpokken hebben= avoir la varicelle een longontsteking= une pneumonie een been breken= se casser la jambe een gebroken arm= faire une fracture du bras voet omslaan= se fouler le pied / se tordre le pied zich blesseren= se blesser zich snijden= se couper verbranden= se brûler kneuzen=contusionner gezwollen klier= glande enflée uitslag hebben= avoir des boutons klierkoorts= mononucliose een recept schrijven= rédiger une ordonnance/ une prescription voorschrijven= prescrire medicatie voorschrijven= ordonner des médicaments een tablet= un comprimé een bruistablet= un comprimé effervescent een stuiver= un atomiseur/ un spray/ un vaporisateur een pil= une pilule een zalf= une pommade antibiotica= un antibiotique een kalmeermiddel= un calmant een ontsmettingsmiddel= un désinfectant een siroop= un sirop vitaminen= des vitamines inslikken= sucer/ avaler een injectie geven aan iemand= faire une piqûre à quelqu'un een injectiespuit= une seringue iemand vaccineren tegen een ziekte= vacciner quelqu'un contre une maladie een gips plaatsen= mettre un pansement een plaaster= un plâtre iemand naar een specialist sturen= renvoyer quelqu'un à un spécialiste iemand voor observatie in het ziekenhuis steken= mettre quelqu'un en observation à l'hôpital
Ingezonden op 21-03-2015 - 489x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
17-06-2015
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!