Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Duits 13562419
› 4 alle woordjes
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Duits 13562419
4 alle woordjes
Jaar 2 (Atheneum)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
abhängen = rondhangen ablehnen = afwijzen beliebt = populair die Clique = de vriendengroep feiern = vieren frech = brutaal kicken = voetballen die Langeweile = de verveling leicht = gemakkelijk Lust = zin basteln = knutselen der Fahrer = de chauffeur die Farbe = de kleur je = ooit klettern = klimmen das Märchen = het sprookje vorher = van tevoren während = tijdens die Werbung = de reclame zeichnen = tekenen ausgehen = uitgaan sich treffen = afspreken fernsehen = tv kijken am Computer spielen = computeren spazieren = wandelen Radfahren = fietsen lesen = lezen ausschlafen = uitslapen Theater spielen = toneelspelen tanzen = dansen einkaufen = inkopen bummeln = winkelen das Kino = de bioscoop Musik hören = naar muziek luisteren arbeiten = werken ändern = veranderen aufpassen = opletten bestimmen = bepalen der Gipfel = de top klar = duidelijk oben = boven seit = sinds trotzdem = toch weil = omdat weiter = verder die Entscheidung = de beslissing das Ergebnis = het resultaat der Gegner = de tegenstander das Heimspiel = de thuiswedstrijd passieren = gebeuren der Staz = de set schlagen = verslaan die Seite = de kant die Sendung = de uitzending die Verletzung = de blessure unentschieden = gelijk der Schiedsrichter = de scheidsrechter der Ball = de bal der Verein = de vereniging die Mannschaft = het team das Spiel = de wedstrijd der Stürmer = de aanvaller der Torwart = de keeper die Verteidigung = de verdediging der Trainer = de trainer der Sieg = de overwinning die Meisterschaft = het kampioenschap Volleyball spielen = volleyballen der Tennisschläger = het tennisracket Fitness machen = fitnessen rudern = roeien Hockey spielen = hockeyen Tischtennis spielen = tafeltennissen Federball spielen = badmintonnen
Ingezonden op 29-03-2015 - 711x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!