Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Duolingo Spaans

20 Werkwoorden 2

saber = weten
estudiar = studeren
seguir = volgen
jugar = spelen, acteren
encuentrar = vinden
quedar = overblijven
llevar = dragen, aan hebben, brengen
ayudar = helpen
mostrar = laten zien, tonen
venir = arriveren, komen
bajar = afdalen, uitstappen
pesar = wegen
mirar = zien, kijken
probar = uitproberen, proeven
estar = zijn
sonar = dromen
recordar = herinneren
aparecer = verschijnen, er uitzien
presentar = presenteren, introduceren
buscar = zoeken
cerrar = afsluiten, dichtdoen
aceptar = accepteren, aanvaarden
tomar = pakken, drinken, nemen
visitar = bezoeken
dar = geven
volver = terugkomen, teruggaan
respetar = respecteren
pensar = denken, bedenken
caber = passen
comenzar = starten, beginnen
conocer = kennen, weten
acabar = eindigen, voltooien
contar = tellen, vertellen
parecer = lijken, schijnen
servir = bedienen, serveren
sentir = voelen, beleven
firmar = ondertekenen, tekenen
incluir = meerekenen, toevoegen
entregar = leveren, bezorgen
culpar = beschuldigen
entrar = binnenkomen, betreden
importar = importeren, er toe doen
depender = afhangen
abrir = openen
requerir = aanmanen, nodig hebben
empezar = aanbreken, beginnen
decir = zeggen, spreken
llegar = arriveren, aankomen

Ingezonden op 04-07-2015 - 1051x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 15-07-2015.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Duolingo Spaans

20 Werkwoorden 2