Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Idioom toets
› 344
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Idioom toets
hoofdstuk 344
Jaar 6 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
aufschlussreich = informatief der Aufschwung = opleving Aufsehen erregen = opzien baren die Aufspaltung = opsplitsing der Auftakt = begin der Aufwand = inspanning; moeite; ophef aufwendig = duur; ingewikkeld Aufwendungen = kosten; moeite aufwiegen = opwegen tegen die Ausbildung = opleiding ausdrücken = uitdrukken auseinanderklaffen = sterk uiteen lopen auseinandersetzen = zich bezighiuden ausgleichen = compenseren die Auskunft = de informatie die Auslese = de selectie ausloten = peilen ausreichend = voldoende die Aussage = de uitspraak aussagefähig = veelzeggend Ausschreitungen = ongeregeldheden der Ausschus = de commissie ausserdem = bovendien äussern = uiten ausserordentlich = buitengewoon aussteigen = uitstappen die Ausstellung = de tentoonstelling bald...bald = nu eens...dan weer beabsichtigen = van plan zijn beanspruchen = opeisen beanstanden = bezwaar maken der Bedarf = de behoefte bedauern = spijt hebben bedenkenlos = zonder enig bezwaar bedingen = bepalen; veroorzaken bedingt = voorwaarde bedürfen = nodig hebben beeinträchtigen = nadelig beïnvloeden befördern = bevorderen befürworten = pleiten voor begegnen = ontmoeten die Begeisterung = het enthousiasme begründen = motiveren behaftet = belast behalten = houden; onthouden beharrlich = hardnekkig behaupten = beweren beheben = uit de weg ruimen Behörden = overheid beimessen = toekennen belegen = bewijzen beliebig = willekeurig bemängeln = bekritiseren bemerkenswert = opmerkelijk das Benehmen = het gedrag beobachten = waarnemen; observeren bequem = gemakkelijk der Berater = de adviseur berechtigen = het recht geven berechtigt = rechtvaardig der Bereich = het gebied der Bericht = het verslag die Berichtstattung = de verslaggeving berücksichtigen = rekening houden met beschäftligt = bezig; aan het werk die Beschächtigung = de werkgelegenheid bescheren = geven; opleveren beschleunigen = bespoeden; versnellen beschränken = beperken beschützen = beschermen beschweren = zich beklagen besiedelt = bevolkt bestätigen = bevestigen bestehen = slagen bestimmen = bepalen bestreiten = ontkennen; betwisten bestürzend = verontrustend betätigen = zich bezig houden met beteiligen = deelnemen beteuern = beloven; verzekeren betonen = benadrukken betreuen = begeleiden die Betreuung = de begeleiding; verzorging bevorzugen = de voorkeur geven aan bewähren = voldoen bewältigen = onder de knie bewerben = solliciteren
Ingezonden op 23-09-2015 - 710x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
26-09-2015
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!