Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Spaans I. Werbrouck, deel A

9 Spaans/Nederlands 2 unidad 9 Relaciones personales

Jaar 2 (volwassenenonderwijs)

a cambio de = in ruil voor
acaba de casarse = net getrouwd
acaba de llegar = net aangekomen
adaptado/a = aangepast (m/v)
ahijado/a = petekind/metekind
ampliar = uitbreiden
ancho/a = wijd (m/v)
asesinado/a = vermoord
bastante = nogal wat, ruimschoots, heel wat, genoeg
bisabuelo/a = overgrootvader/moeder
campeón = winnaar, titelhouder
canoso = grijsharig, vergrijsd, bleek
casi cada semana = bijna elke week
compartir el tiempo libre = samen de vrije tijd doorbrengen
comunicativo/a = comunicatief
con permiso = mag ik ?
conocer a alguien = iemand kennen
cualquier/a = om het even welke
de forma barata = goedkoop, goedkope formule
delgado = slank
desde = vanaf, vanuit
desde hace = sedert,sinds
difícil = moeilijk, zwaar
divorcio = scheiding
el apellido = de familienaam
el aspecto físico = het uiterlijk
el brazo = de arm
el contenido = de inhoud
el cuñado = de schoonbroer
el curro = het werk
el padrino = de peter
el piel = de huid
el suegro = de schoonvader
el yerno = de schoonzoon
el/la periodista = de journalist(e)
en comparación con = in vergelijking met
en general = in het algemeen
enemigo = vijand
enhorabuena = proficiat
estar enamorado/a de = verliefd zijn op
fecha de nacimiento = geboortedatum
fuera = buiten, weg van
generoso/a = vrijgevig
hacer footing = joggen
hija preferida = lievelingsdochter
hijo único = enig kind
hispanohablante = spaanssprekend
hormigón = beton
igual = hetzelfde
increíble = ongelofelijk
jubilado = gepensioneerd
junto/a = samen
la amistad = de vriendschap
la facultad = de faculteit, universiteit
la familia = het gezin
la ley = de wet
la madrina = de meter
la naturalidad = de eenvoud, ongekunsteldheid
la novela policíaca = de thriller, detective
la nuera = de schoondochter
la seriedad = de oprechtheid
la vida nocturna = het nachtleven
las clases de español = Spaanse les
las cortinas = de gordijnen
las estaciones = de jaargetijden
las Navidades = Kerstmis
las pecas = de sproeten
las viviendas = de woningen
listo = slim, knap, schrander
lleno/a = vol (m/v)
los gastos de gasolina = de benzinekosten
los gemelos = de tweeling
los miembros de la familia = de leden van het gezin
madrastra = stiefmoeder
marido = echtgenoot
más = plus (rekenen)
matrimonio = huwelijk (de "instelling")
mayor = ouder/groter
menor = jonger/kleiner
menos = min (rekenen)
mujer = echtgenote
mujer = vrouw
nieta = kleindochter
nieto = kleinzoon
no es asunto suyo = het zijn uw zaken niet
padrastro = stiefvader
pareja = koppel
pariente/a = familielid (m/v)
pelo castaño = bruin haar
piel moreno/a = donkere huid
ponerse en contacto con = contact opnemen met
por = maal (rekenen)
por eso = daardoor
por parte de = langs de kant van (familiekant)
primo/a = neef/nicht (kind van nonkels en tantes)
procedencia = herkomst, afkomst
pronombres personales = persoonlijke voornaamwoorden
pronombres posesivos = bezittelijke voornaamwoorden
pronombres reflexivos = wederkerende voornaamwoorden
rizado = gekruld, kroezelig
serio/a = ernstig
sobrino/a = neef/nicht (kind van broers en zussen)
sociable = sociaal
sorprender = verrassen
tasa de natalidad = geboortecijfer
timido/a = timide
tío = nonkel
tío = oom, nonkel
trabajador = werkzaam, ijverig
un casco = een helm
un mensaje = een boodschap
un petate = een brits, een strozak (om te slapen)
un postal = een postkaart
una pulsera = een armband
una vez a la semana = een keer per week
ya no trabajo = werkt niet meer

Ingezonden op 26-09-2015 - 1743x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Spaans I. Werbrouck, deel A

9 Spaans/Nederlands 2 unidad 9 Relaciones personales