Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Spaans I. Werbrouck
› 5 Spaans/Nederlands 4 Unidad 5 Viajes-paises-transportes
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Spaans I. Werbrouck
, deel a
5 Spaans/Nederlands 4 Unidad 5 Viajes-paises-transportes
Jaar 4 (volwassenenonderwijs)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
a más tardar = uiterlijk tegen acudir = te voorschijn komen, opduiken, erbij komen adoquines = straatstenen, kasseien, kinderkopjes adversidad = tegenslag, pech, ongeluk afortunadamente = gelukkiglijk.... anticipo = voorschot apacible = vreedzaam, onbewogen, sereen apenado = bedroefd, verdrietig, ongelukkig apoderarse = zich toeeigenen, zich baasmaken over... WW aquejado = getroffen zijn door, aquejar = treffen, getroffen zijn, eronder lijden atrevido/a = stout, gedurfd, roekeloos, vermetel atribulado = deerlijk, ellendig, bezorgd, ongerust atribularse = bezorgd zijn, anstig zijn, bevreesd zijn WW borde = met slecht humeur, bot cabreado = kwaad, vies cajera automático = geldautomaat cambio = wisselgeld cantero = steenbewerker (steengroeve) cartulina = kartonnetje, kaartje coloquial = in de volksmond, informeel, spreektaal comisiones = commisie comodín = joker contagioso/a = besmettelijk, aanstekelijk crédito hipotecario = woonkrediet cuenta corriente = zichtrekening cuenta de ahorros = spaarrekening cuesta una pasta = kost een hoop geld cumplimentar = invullen (formulier) deprisa = snel, vlot vlug rap descuidado = onverzorgd, slordig deterioro = verslechtering dispuesto/a = klaar zijn, ter beschikking, geordend, opgeborgen, bereid zijn, genegen zijn el beneficio, la ganancia = de inkomsten, de winst (bedrijf) el equipaje = de bagage (geen bulto) el impreso = het formulier el mando a distancia = de afstandsbediening el opuesto = het tegenovergestelde el plazo = de tijdsruimte, de periode el procedimiento = de procedure, de aanpak, de methode el recibo = het ontvangstbewijs bij geldophalen el resguardo = het recu, de kwitantie enseñar = tonen, voorstellen, voorhouden, leren eslógan = slogan estaba que trinaba = ik was aan het kuchen, de aandacht trekken establecido = bepaald, vastgesteld estar en descubierto = in het rood staan (bankrekening) estoy hasta el gorro = ik ben het beu estoy que echo chispas = ik sta op ontploffen, vonken schieten extracto de la cuenta = rekeningsuittreksel extraviado = verloren, op het verkeerde pad, verdwaald extraviar = verliezen, kwijt raken facilitar = verstrekken, verlenen, ter beschikking stellen funesto/a = dodelijk, fataal gastos = uitgaven generoso = vrijgevig hacer caso = luisteren (met hacer) hurón = fret indemnizacion = schadeloosstelling indispuesto = ziek, aan een zieke lijden ingresar dinero = geld er opzetten ingresos = inkomsten intereses = intresten, rente inverosímil = ongeloofwaardig, onwaarschijnlijk ir de buenas = beleefd blijven juego de llaves = sleutelbos la alteracion = de wijzing, verandering, de opwinding, het opschrikken la calderilla = kopergeld, kleingeld, muntjes la cefalea = een hoofdpijn, migraine la clavícula = het sleutelbeen la paga extraordinaria = eindejaarspremie, vakantiegeld la renta = de opbrengst, de maandelijkse inkomst la tapia = de schutting, de hekken, het rasterwerk la tramitación = de behandeling, de voortgang lavis = gewassen tekening macerar = weken mamíferos = zoogdieren mango = greep, handvat bv. v.e.valies no pintar nada en una cosa = niets te maken hebben met een gebeurtenis obvio = duidelijk, onmiskenbaar ocasionar = aanrichten, veroorzaken, teweegbrengen occidental = westelijk ordenado = ordelijk oriental = oostelijk pagar a plazos = betalen op afbetaling pagar en effectivo/al contado = cash betalen persona humilde, modesta = iemand die juist "toekomt" met zijn inkomen pertenencias = bezittingen, toebehoren prescribir = verjaren, niet meer geldig zijn qué lío = wat een warboel, wat een boeltje qué rollo = wat vervelend rebatir = bekritiseren, afwijzen, tegenspreken, betwisten, weerleggen requisito = vereiste, voorwaarde revuelta estudiantel = studentenopstand rudo = korzelig, toornig,nijdig, grof sacra dinero = geld afhalen síndrome de Ulises = heimwee als sydroom soltar = sturen, toezenden, wensen (figuurlijk) somatizar = een psychische ziekte de fysisch wordt sometido/a = onderworpen suelto = kleingeld tacaño = gierig taciturno = "niet veel van zegs" taai, zwijzaam, stug tirar la casa por la ventana = alles erdoor draaien total = enfin,... transferencia bancaria = overschrijving trastorno = aandoening, kwaal, ziekte, waanzin, un descuido = een onvoorzichtigheid un desencadenante = de "aanzetter", ontsteker tot, de ontketener un gastador = iemand die veel geld uitgeeft un préstamo/un crédito = een lening una borrasca = een zeer zware storm una glotona = een veelvraat, een smulpaap verosímil = geloofwaardig, aannemelijk, plausibel violencia = geweld vivir desahogado/a = voldoende geld verdienen om te leven ¡descuida! = rustig maar...!
Ingezonden op 03-10-2015 - 763x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!