Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Solutions unit 1 + 2 (3e klas)
› 2 wordlist unit 2
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Solutions unit 1 + 2 (3e klas)
, deel 1
2 wordlist unit 2
Jaar 3 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
bothersome = vervelend bright = helder casual = gemakkelijk, vrijetijds(kleding) comfortable = comfortabel, gemakkelijk conservative = klassiek, traditioneel epic = epos (historische avonturenfilm) essential = essentieel, zeer belangrijk exotic = exotisch gossip = roddel limousine = limousine to misinterpret = verkeerd interpreteren movie premiere = filmpremière nuisance = last(ig) nutrition = voeding obsessed = geobsedeerd offended = beledigd off the peg = confectiekleding practical = praktisch, gemakkelijk shocking = vreselijk spotless = keurig, vlekkeloos subtitles = ondertiteling vivid = helder, levendig amnesia = geheugenverlies amused = geamuseerd baffled = verbijsterd bored = verveeld to break down = stukgaan to bump into somebody = iemand toevallig tegenkomen to call back = terugbellen to call off = afzeggen ceremony = ceremonie confused = verward confusion = verwarring delighted = heel blij depressed = gedeprimeerd disappointed = teleurgesteld disappointment = teleurstelling to discharge = ontslaan, laten gaan embarrassed = in verlegenheid gebracht embarrassment = gene to escort = begeleiden even though = ook al, zelfs al excited = opgewonden excitement = opwinding fed up = balen firefighter = brandbestrijder flip-flops = slippers frustrating = frusterend frustration = frustratie to get over = genezen van to go off = afgaan to go out with somebody = met iemand uitgaan guilty = schuldig homesick = heimwee hebben homesickness = heimwee hose = brandslang irritated = geïrriteerd irritation = irritatie jealous = jaloers to look after = zorgen voor to look for = zoeken naar to look forward to = verheugen op to meet up = ontmoeten, afspreken monument = monument nervous = zenuwachtig nervousness = zenuwachtigheid outgoing = extravert pleased = blij to portray = portretteren, laten zien to put away = wegleggen, opruimen to put on = aandoen to put out (a fire) = doven relieved = opgelucht rucksack = rugzak to run out of = opraken sadness = verdriet scared = bang to set fire to = in brand steken to set off = vertrekken shocked = geschokt skull = schedel to smoulder = smeulen soldier = soldaat stunning = ongelofelijk, prachtig to symbolise = symboliseren tag = identificatieplaatje to try on = aanpassen to turn out = blijken to turn up = komen, verschijnen upset = verdrietig whereas = terwijl, hoewel
Ingezonden op 04-10-2015 - 335x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
06-10-2015
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!