Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Libre Service, deel 1

2 b alles :)

Jaar 4 (vwo)

joyeux = vrolijk
comble = toppunt
combler = aanvullen
débuter = beginnen
caprice = gril; bevlieging
démarche = manier van lopen
s'occuper de = zorgen voor
endurcir = hard maken
gâté = verwend
glacé = ijskoud
faculté = vermogen
précaution = voorzorgsmaatregel
habiller = aankleden
tenue = uniform
tissu = stof
cerveau = hersenen
exploiter = gebruiken
auditif = gehoor- {denk aan koppelstreepje achteraan}
ouïe = gehoor
son = geluid
sonore = geluids- {denk aan koopelstreepje achteraan}
sourd = doof
visuel = gezichts- {denk aan koppelstreepje achteraan}
vue = gezichtsvermogen
aveugle = blind
lumineux = licht- {denk aan koppelstreepje achteraan}
obscur = donker
perception = waarneming
vision = zien
canne = stok
tactile = tast- {denk aan koppelstreepje achteraan}
toucher = tastzin
lisse = glad
gustatif = smaak- {denk aan koppelstreepje achteraan}
salé = zout
saveur = smaak
olfactif = reuk- {denk aan koppelstreepje achteraan}
odorat = reukzin
puanteur = stank
senteur = geur
souffrance = pijn
souffrir = lijden
majeur = grootst
matinée = ochtend
prévu = gepland; voorzien
exploitation = bebouwing; exploitatie
littoral = kuststreek
périphérique = ringweg
résider = voorkomen
à destination de = naar; met als bestemming
en provenance de = afkomstig uit
carte d'accès à bord = instapkaart
embarquement = instappen
avertir = waarschuwen
axe = verkeersader
bouchon = file
contourner = om ... heen rijden
creux = gat; holte
dense = dicht; druk
desservir = aandoen
embouteillage = file; opstopping
encombrement = file
flèche = pijl
fluide = vlot doorstromend
inconvénient = nadeel
itinéraire = route
mettre à la disposition de = ter beschikking stellen van
perturbé = ontregeld
ralentir = snelheid verminderen
réduire = verminderen
réseau routier = wegennet
sens = richting
traversée = doorsteek
véhicule = auto; voertuig
caillou = kei
vallée = dal
combattant = strijder
étalement = spreiding
interrogation = vraaggesprek
interroger = ondervragen
passage = doortocht; doorgang
persister = voortduren
peuplé = bevolkt
se prolonger = voortduren
se fier à = vertrouwen op
conseiller = raadgever
recommander = aanbevelen
apprentissage = scholing; opleiding
chargé = druk; vol
reveler = opmerken
attribuer = toekennen
penser tout bas = denken zonder zeggen
être à bout = ten einde raad zijn
fléchir = buigen; zwichten
s'arracher les cheveux = zich de haren uit het hoofd trekken
tenir une place à part = overal bovenuit steken
le habit = de kledij
regarder d'un sale oeil = gemeen aankijken
combattre = bestrijden
crueser = graven
faire la queue = in de rij staan
illuminer = verlichten
matinal = ochtend
usager = gebruiker
inouï = ongehoord
majorité = meerderheid
commandement = bevel
commande = bestelling
conduite = besturing
de geur = l'odeur
het gezicht; uitzicht = la vue
de huid = la peau
licht = clair
de neus = le nez
het oog = l'oeil; le yeux
het oor = l'oreille
de stem = la voix
het deel = la partie
enig = unique
lijken op = ressembler à
onderscheiden = distinguer
verliezen = perdre
belangrijk = important
twaalf 's middags = midi
zoet = sucré
de plek = l'endroit
de ruimte = l'espace
het geluid = le bruit
de hoofdstad = la capitale
instappen = monter
liggen = se situer
ontmoetingspunt = point de rendez-vous; le point de rendez-vous
opmerken = signaler
rijden = conduire
de snelheid = la vitesse
het perron = le quai
het spoor = la voie
de streek = la région
de afrit, de uitgang; uitgang = la sortie
het verkeer = la circulation
verlaten = quitter
vermijden = éviter
verschijnen = apparaître
wachten = attendre
aanraden = conseiller
de berg = la montagne
rijden = rouler
lager dan = inférieur à
het verlies = la perte
leren = apprendre
zich voordoen = se présenter
de regering = le gouvernement
schatten = estimer
toezicht houden op = surveiller
het volk = le peuple
betekenen = signifier
de auto = la voiture
de eigenschap; goede eigenschap = la qualité
langzaam = lentement
verlangen = désirer
aankomen = arriver
de datum = la date
helpen = aider
de nacht = le nuit; la nuit
openen = ouvrir
vertrekken = partir
sluiten = fermer
het vliegtuig = l'avion
volgende = prochain
de aankomst = l'arrivée
de aansluiting = la correspondance
afstempelen = composter
bezoeken = visiter
de coupé = le compartiment
dragen = porter
de enkele reis = l'aller simple
gangkant = côté couloir
de halte = l'arrêt
het station = la gare
de koffer = la valise
het loket = le guichet
de plaats = la place
raamkant = côté fenêtre
de reis = le voyage
de reiziger = le voyageur
reserveren = réserver
de restaurantwagen = le wagon-restaurant
het retourtje = l'aller retour
roken = fumer
de roker = le femeur; le fumeur
de trein = le train
het treinkaartje = le billet de train
de tweede klasse = la deuxième classe
uitstappen = descrendre; descendre
het vertrek = le départ
wijzigen = changer
toegestaan = permis
verboden = défendu
het bankpasje, de drecitcard; credit card = la carte bancaire
storen = déranger
Een enkeltje tweede klasse naar Amsterdam graag = Un aller simple, deuxième classe pour Amsterdam s.v.p.
Ik wil graag een plaats in de trein reserveren = Je voudrais réserver pour le train
Is het mogelijk een raamplaats te krijgen? = Si possible un place côté de fenêtre?
Wat is de prijs? = Quel est le prix?
Kan ik met een creditkaart betalen? = Vous acceptez le carte bankairs?
Trek de aandacht van een reiziger = Pardon monsieur, je peux vous demander quelque chose?
Mag ik toestemming om het raam te sluiten? = Vous permettez que je ferme la fenêtre?
Kan ik u helpen? = Je peux vous aider?
Wijs de hulp af = Non merci, ça va
Je wilt een retourtje Agen met de TGV = Je voudrais un aller-reour pour Agen en TGV s.v.p.
Je wilt graag een plaats bij het raam = J'aimerais un place côté fenêtre
Je moet bij de volgende halte uitstappen = Il me faut descendre à l'arrêt suivant
Je wilt graag een plaats in een roukerscoupé = Je voudrais une place dans le compartiment de fumeurs s.v.p.
Je medereiziger zit te roken in een niet-rokerscoupé en je hebt er last van = Voudriez-vous éteindre votre cigarette? Votre cigarette me dérange
Je wilt een enkele reis Nice met de nachttrein = Je voudrais un aller-simple pour Nice en train de nuit
Je moet de vertrekdatum van de reservering wijzigen = Si possible changer le date de reservation depart?
Je wilt graag dat iemand je helpt bij het dragen van je koffer = Pourriez vous m'aider à porter cette valise?
Je wilt weten van welk spoor de trein naar Lausanne vertrekt = Le train pour Lausanne, c'est quelle voie s.v.p.?

Ingezonden op 05-01-2009 - 2747x bekeken.
Waardering 9.2 (aantal stemmen: 9)

voting system
1
2
3
4
5

Let op, ik heb deze lijst zelf van Teach en er zaten een paar fouten in. Ik heb ze verbeterd, maar ze staan nu als Tweede antwoord. Dus je moet zelf ff checken of het antwoord echt goed is

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Libre Service, deel 1

2 b alles :)