Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
3G Repetitie's en So's
› 5 Frans examenidioom 5-10
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
3G Repetitie's en So's
5 Frans examenidioom 5-10
Jaar 5 (havo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
le camion = de vrachtwagen la limitation de vitesse = de snelheidsbeperking l'inconscience = de onverantwoordelijkheid pardonner = vergeven mortel(le) = dodelijk surgir = plotseling tevoorschijn komen, opdoemen foncer = rijden/racen/razen à vive allure = met grote vaart légèrement = licht l'épave = het wrak le départ = het vertrek la destination = de bestemming l'itinéraire = de route indiquer le chemin = de weg wijzen à mi-chemin = halverwege ralentir = vaart minderen griller le feu rouge = door rood rijden céder la priorité = voorrang verlenen percuter = botsen tegen indemne = ongedeerd le chauffard = de wegpiraat lâcher le volant = het stuur loslaten échapper à = ontsnappen aan entrer en collision = in botsing komen survenir = plaatsvinden, gebeuren la visibilité = het zicht être dispersé = verspreid liggen la circonstance = de omstandigheid prudent(e) = voorzichtig imprudent(e) = onvoorzichtig en ville = in de stad en plein coeur de = in het hart van l'embarras du choix = keuze te over convenir = bevallen urbain(e) = stads- actuellement = nu, tegenwoordig accessible = toegankelijk piétonnier(ière) = voetgangers- le/la banlieusard(e) = de bewoner van de voorstad surpeuplé(e) = overbewolkt dépeuplé(e) = onbewoond la ville-dortoir = slaapstad la banlieue sauvage = de voorstad met maatschappelijke problemen le zonard = de randgroepjongere le clochard = de zwerver en pleine expansion = in volle groei urbaniser = verstedelijken relier = verbinden l'égout = riolering faire partie de = deel uitmaken van le service municipal = de gemeentelijke dienst réaliser des travaux = werk uitvoeren la population = de bevolking entretenir de bons rapports = goede contacten onderhouden auprès de = onder, bij le/la citadin(e) = de stadsbewoner(ster) la réclamation = de klacht, het bezwaar nettement = duidelijk la commune = de gemeente commun(e) = gemeen, gezamenlijk évoluer = zich ontwikkelen incarner = verpersoonlijken inhabité(e) = onbewoond démolir = afbreken entassé(e) = boven op elkaar bruyant(e) = gehorig insupportable = onverdraaglijk occasionner = = veroorzaken l'hébergement = de huisvesting s'incruster = zich nestelen le logement = het onderkomen le/la locataire = de huurder(ster) le loyer = de huur(prijs) chasser = wegjagen, jagen (op) l'agence immobilière = het makelaarskantoor s'occuper de = regelen parmi = tussen la femme au foyer = de huisvrouw assumer = op zich nemen équiper = uitrusten, voorzien (van) faciliter = vergemakkelijken à domicile = thuis le guichet = het loket se rapprocher de = dichterbij komen le distributeur automatique = de automaat la grande surface = de (grote) supermarkt la surface = de oppervlakte montrer = aanwijzen, wijzen naar montrer du doigt = met de vinger nawijzen
Ingezonden op 02-11-2015 - 1022x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!