Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
!!!!Carte Orange!!!! (Frans) Havo/Vwo
› 2 Alle Apprendres
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
!!!!Carte Orange!!!! (Frans) Havo/Vwo
2 Alle Apprendres
Jaar 2 (havo/vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Apprendre 1 vendre = verkopen prêter à = lenen aan emprunter à = lenen van perdre = verliezen gagner = verdienen; winnen dépenser = uitgeven économiser = sparen retirer de l'argent = geld opnemen le distributeur de billets = de geldautomaat le petit boulot = het baantje l'expérience = de ervaring le brevet = het diploma le vendeur = de verkoper la vendeuse = de verkoopster bon marché = goedkoop l'avance = het voorschot généreux = gul la tirelire = het spaarvarken le compte = de rekening le compte-épargne = de spaarrekening la banque = de bank fauché = blut faire des courses = boodschappen doen craquer pour = toegeven aan; zwichten voor rembourser = terugbetalen Apprendre 2 répondu = geantwoord vous faites = jullie doen je mets de côté = ik leg opzij gros; grosse = dik; fors la somme = het bedrag; de som le nécessaire = het nodige garder = bewaren si = als nombreux = talrijk rester = blijven gérer = beheren inutile = nutteloos l'objet = het voorwerp chaque = elk je reçois = ik krijg; ik ontvang le bonbon = het snoepje la tentation = de verleiding ils mettent = ze zetten parfois = soms parfaitement = volmaakt vieux; vieille = oud expliquer = uitleggen la console = de spelcomputer utiliser = gebruiken ils doivent = zij moeten Apprendre 4 Tu peux me prêter 10 euros? = Kun je me 10 euro lenen? J'en ai marre d'être toujours fauché = Ik ben het zat altijd blut te zijn Je dois 100 euros à ma mère = Ik ben mijn moeder 100 euro schuldig Je l'ai payé moi-même = Ik heb hem zelf betaald Tu fais quoi comme boulot? = Wat voor baantje heb je? Ça vaut la peine = Dat is de moeite waard Ce n'est pas mon genre = Dat is niets voor mij Je vais demander une avance = Ik ga een voorschot vragen J'ai absolument besoin d'argent = Ik heb absoluut geld nodig Apprendre 5 avoir envie de = zin hebben om la carte = het bankpasje assez = genoeg j'en ai marre = ik ben het zat je dois = ik ben verschuldigd; ik moet tiens = hé le petit boulot; le boulot = de baan; het baantje le mois = maand la ferme = de boerderij vendu = verkocht les fruits = het fruit; de vruchten les légumes = de groente vous savez = jullie weten ça vaut la peine = dat is de moeite waard tu pourrais = je zou kunnen avoir besoin de = nodig hebben avoir le droit = mogen gagner = verdienen en effet = inderdaad le début = het begin Apprendre 7 la sortie = het uitje; het uitgaan tu reçois = je krijgt chaque = elk; elke à part = apart tu prends = jij neemt le porte-monnaie = de portemonnee j'avais = ik had attendre = wachten op les soldes = de uitverkoop bronzé = bruin l'équipe = de ploeg la distribution des prix = de prijsuitreiking le tas = de hoop; de massa le stylo = de pen environ = ongeveer j'aimerais bien = ik zou graag obtenir = verkrijgen; halen Apprendre 8 vous voulez = jullie willen refuser = weigeren accepter = toegeven; accepteren gâté = verwend tout le monde = iedereen la pub = de reclame le lait = de melk suivant = volgend; volgende d'ailleurs = trouwens ils veulent = zij willen assez = tamelijk mettre = zetten; leggen sévère = streng ils disent = zij zeggen quand même = toch Apprendre 9 J'attends les soldes = Ik wacht op de uitverkoop Il vend le vieux = Hij verkoopt de oude J'ai perdu mes 20 euros. = Ik heb mijn 20 euro verloren. Apprendre 10 Je voudrais le nouveau cd de .... = Ik wil graag de nieuwe cd van ... hebben C'est comment, le travail d'un moniteur? = Hoe is dat, het werk van een moniteur? J'aimeras bien travailler comme moniteur, moi aussi = Ik zou ook wel als moniteur willen werken J'aimerais acheter une console PlayStation = Ik zou graag een PlayStation willen kopen Ça gagne bien? = Verdient het goed? C'est amusant comme boulot = Dat is een leuk soort baantje
Ingezonden op 08-11-2015 - 777x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!