Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Frans
› 2 woordjes 2.1-2.5
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Frans
2 woordjes 2.1-2.5
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
à la pointe de = op de punt van bordé(e) par = begrensd door bilingue = tweetalig la marée = het getij nautique = water faire du char à voile = strandsurfen accompagné de = vergezeld van un nain = een dwerg embarquer = aan boord gaan het onderwijs = l'enseignement het verbod = l'interdiction het bos = la forêt de kust = la côte een eiland = une île het geluk = la chance wandelen = se promener een steen = une pierre = deel 2 réfléchir sur = nadenken le métier = het beroep le magazine = het tijdschrift le vendeur = de verkoper entretemps = intussen essentiellement = voornamelijk sur place = ter plekke emporter = meenemen évidemment = uiteraard goûter = proeven divorcé = gescheiden il y a trois ans = drie jaar geleden se remarier = hertrouwen l'année dernière = vorig jaar drôle = grappig certainement = zeker boire = drinken À tout à l'heure ! =Tot zo ! deel 3 le marin = de zeeman un pêcheur = een visser comme = aangezien hésiter = aarzelen tandis que = terwijl pauvre = arm la pêche = de visserij une entreprise = een onderneming se tromper de = zich vergissen in mettre en œuvre = in het werk stellen une matière première = een grondstof un héritage = een erfenis fidèle à = trouw aan une association = een stichting le but = het doel procurer = krijgen le dépliant = de folder une enceinte = een omheining deel 4 de taalreis = le séjour linguistique het gastgezin = la famille d'accueil de manier van leven = le mode de vie de sprong = le saut delen = partager dagelijks = quotidien haar/zijn bed opmaken = faire son lit de tafel dekken = mettre la table verbeteren = améliorer twee weken = quinze jours ophalen = aller chercher het gebruik = l'usage {m} gastvrij = accueilant de vooruitgang = le progrès omringen = entourer vrienden maken = se faire des amis een aanklacht indienen= porter plainte de dief= le voleur stelen= voler de beschrijving= la description van leer= en cuir donkerblauw= bleu foncé zich herinneren= se souvenir de de stof= le tissu de rits= le zip de reünie= la réunion lol hebben, grapjes maken= rigoler van alles en nog wat= de tout et de rien het tournooi= le tournoi ongeveer= environ erg, ernstig= grave het rijbewijs= le permis de conduire Verdorie!= Zut!
Ingezonden op 16-12-2015 - 219x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!