Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Textes AP
› 141516 voc 2000
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Textes AP
, deel 2
141516 voc 2000
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
mededelen = communiquer een mededeling = une communication doorgeven = transmettre; passer communiceren = communiquer communicatie = communication de communicatiemiddelen = les moyens de communication een correspondent = un correspondant corresponderen = correspondre de correspondentie = la correspondance zijn post = son courrier taal = langue taal (manier van e taal te gebruiken) = langage taal = langage de spraak, het woord = la parole vreemde = étrangères uitdrukkingen = d'expressions uit het hoofd = par coeur uitspraak = prononciation uit te spreken = prononcer een accent = un accent letterlijk = littéralement nauwkeurig, precies = précis duidelijk, klaar = clair ingewikkeld = compliqué onbegrijpelijk = incompréhensible vereenvoudigen = simplifier de inhoud = le contenu handelt over, gaat over = traitre de; parle de gaat over = s'agit de uitleggen = expliquer uitleg = explications bedoelt, wil zeggen = veux dire die toon = ce ton zich uitdrukken, zich laten horen = s'exprimer middel = moyen gemanipuleerd = manipulés verklaard = déclaré verklaring = declaratoir behalve = sauf; expecté gereageerd = réagi zonder uitzondering = sans exception bepalen = définir; préciser bepaald, precies = précis in herinnering te brengen = rappeler algemene = généraux betekent = signifie de betekenis = la signification inlichtingen inwinnen = me renseigner; m'informer inlichtingen = des renseignements het relaas, het verhaal = le récit een kort overzicht = un aperçu vermeld = mentionné ongelooflijk = incroyable een grapje = une plaisanterie; une farce; une blague grapjes te maken = plaisanter echt = vraiment opmerken = remarquer opmerkingen = remarques aantonen = démontrer; prouver beschrijven = décrire een beschrijving = une description nauwkeurig, minutieus = minutieux kenmerken = caractéristiques kenmerkend = caractéristique eigen, bijzondere = particulier kenmerkt = caractérise over, aangaande = concernant gaat aan = concerne erbij betrokken= concerné in feite, eigenlijk = en fait zoek op = recherchez afgeleid = dérivés geeft aan = indique; donne aanwijzingen = des indications verwijst naar = renvoie à referentie, verwijzing = de référence beweert = prétend zogezegde = soi-disant onverklaarbare = inexplicables signaleren, melden = signaler teken = signe opgehaald, opgeroepen = évoqué wat ik zeggen wilde, tussen twee haakjes = à propos nietszeggende, inhoudloze = vide de sens aanplakbord = tableau d'affichage bordje (met opschrift) = écriteau 15) twijfel aan = doute twijfel = doute twijfelachtig = douteux vraag me af = me demande aarzel = hésite aarzeling = hésitation verbaast = étonne verbazing = étonnement zeker = sûr zijn zelfzekerheid = son assurance onzeker = incertain onzekerheid = incertitude onderzocht = examiné dit onderzoek = cet examen betwist = contestés betwistbaar = constestables; discutables onbeantwoord = sans réponse beantwoorden = répondre à stelt, doet rijzen = pose zoeken naar = chercher op voorwaarde dat = à condition que gesteld = posé verzekerd = assuré geruststellen = rassurer nieuwsgierigheid = curiosité onthullen = révéler ontdekken = découvrir intrigeert = intrigue een misverstand = un malentendu inspraak = participation een uitdaging, een provocatie = une provocation uitdagen = provoquer opdragen = charger een toegeving = une concession verwerpen = rejeter een verwerpen, een verwerping = un rejet bewijst = prouve bewijs = preuve overtuigd = convaincue de overtuiging = la conviction overtuigen, overreden = convaincre bezwaren = objections de moed laten zakken = te décourager toegeven = céder aanmoedigen = encourager aanmoediging = encouragements richtlijnen, instructies = instructies de leiding = la direction bevelen = commander bevelen = des ordres zich te verantwoorden = se justifier gewaarschuwd = avertie waarschuwingen = avertissements aanbevelen = recommander aanbevelings- = de recommandation aandringen = insister verzocht = prié dringend = urgent een toon = un ton smeekte = suppliait formeel, uitdrukkelijk = formellement de zekerheid = la certitude levendige, hevige, felle = vive ontkennen = nier twijfelen aan = douter de verzeker = assure zal bevestigen = confirmera versie = version onvermijdelijk = inévitable mogelijkheden = possibilités zet aan = incite de bekoring = la tentation besluiteloos = indécis vragende = interrogateur zeg = mot à dire zal besproken worden = sera discutée voorgevoel = pressentiment u neerleggen = vous résigner een volk = un peuple bevolkt = peuplé de bevolking = la population de maatschappij = la société firma = société; entreprise achtenswaardig = respectable bescheiden, nederige = modeste -gemeenschappen = communautés communautaire = communautaires verenigingen = associations deel te nemen aan = participer à de beweging = le mouvement een instelling = un établissement oprichting, stichting = fondation stuchter, oprichter = fondateur opgericht, gesticht = fondé algemene vergadering, bijeenkomst = assemblée générale kwam samen, stroomde samen = se rassemblait de toespraak = le discours staatsburger = citoyen de burgerij = la bourgeoisie burger = bourgeois bourgeois = bourgeois de stand = le rang de klassen, de standen = les classes domineren, overheersen = dominent de status = le statut statuut = statut maken misbruik van = abusent de misbruiken = abus de eisen = les revendications vakbondsafgevaardigden = délégués syndicaux komen samen, vergaderen = se réunissent een kring = un cercle wereld- = Mondiale campagne = campagne voeren = mènent bestrijden = luttent contre betogingen = des manifestions betogen = manifester de betogers = les manifestants hervormingen = des réformes hervormen = réformer voorstanders = partisans fuseren, fusioneren = fusionner fusies = fusions bevrijding = libération bevrijd = libérés het ras = la race rassen- = raciale de minderheid = la minorité de meerderheid = la majorité een onrust = une agitation de arbeiders = les travailleurs de ladder = l'échelle rol = rôle uitvoeren = exéculter gehoorzamen = obéir meester, baas = maitre meesteres, bazin = maitresse oversten = supérieurs superieure = supérieurs hooggeplaatste personen = des personnalités de voorzitter = le président zat voor = présidait de menigte = la foule massa = masse een comité = un comité een commissie = une commission aan de rand van = en marge de de hogere kringen = la haute société tweederrangs = de classe inférieure bevoorrechte = privilégiées voorrechten = privilèges mondain, van de wereld = mondain barrières = les barrières select, voornaam = distingué; select
Ingezonden op 13-01-2016 - 916x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!