Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
KCV FORUM + ROME
› 2 toetsvragen her
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
KCV FORUM + ROME
2 toetsvragen her
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Caroline Fisser, Rome: Kennisvragen en opdrachten die de tekst van het hoofdstuk volgen Hoofdstuk 2 1=Leg uit wat de functie was van functie Curia=Plaats waar de senaat vergaderde en beslissingen nam functie Comitium =Plaats waar volksvergaderingen werden gehouden, cirkelvormige ruimte, door de priesters gewijd. functie Rostra =Podium aan de rand van de Rostra waar sprekers het volk konden toespreken Wat zijn snebben?=Bronzen of ijzeren uitstekende balken, laag aan de voorsteven van een schip waarmee een vijandelijk schip kon worden lek gestoten Waar zien we die (snebben) op het Forum?=Op de voorkant van het Rostra, daar was het namelijk mee versierd. Leg uit waarom in de keizertijd het politieke debat in de Curia niet meer zo belangrijk was.=De senatoren hadden niet veel meer te zeggen; de keizers namen immers beslissingen Leg uit waarom Caesar werd gedood.=Caesar was aangesteld tot dictator voor het leven nadat hij Pompeius verslagen had en aangezien hij dan in z’n eentje zou regeren waren de republikeinen het niet daarmee eens. Wie waren de Caesarmoordenaars?=Brutus, Cassius en 60 republikeinen Wie traden er na Caesars dood op als wrekers van de moord?=Antonius en Octavianus Hoe liep het af met de Caesarmoordenaars?=Ze werden verslagen door Antonius, vluchtten naar Macedonië en pleegden zelfmoord. Hoe liep het met de wrekers af?=Antonius pleegde zelfmoord en Octavianus (later Augustus) werd alleenheerser Beschrijf de dood van Cicero.=Cicero stond op de dodenlijst van Antonius en Octavianus, hij viel ze namelijk met woorden aan, en toen hij in zijn draagstoel probeerde te vluchten doodden soldaten van Antonius hem in 43 voor Christus, door zijn hoofd af te slaan en hakten zijn handen af De tempel van Caesar staat op de plek waar... =Caesar was gecremeerd Wie werd vereerd op de plaats van de Lapis Niger?=Romulus Welke twee versies over zijn (romulus) dood lezen we bij Livius?= Opgenomen door en stormwind of in stukken gescheurd door de senatoren Wie verbleef er in de Regia?=De opperpriester Wat was een belangrijke taak van de persoon die in de Regia zetelde?=Jaarboeken maken, de namen van de consuls en andere magistraten en voortekens en gebeurtenissen. Wat was de voornaamste taak van de Vestaalse maagden?= Brandend houden van vuur voor Vestatempel en zorgen voor het Palladium (beeldje van godin Pallas) die in de tempel stond. Leg uit dat het een belangrijke en daardoor zware taak was.= Grote verantwoordelijkheid, als het vuur uitging of Palladium beschadigd raakte geen herstel mogelijk, rampen voor Rome (als priester verkeerd offerde oid kon dat gewoon opnieuw) Hoe verliep het leven van de Vestaalse maagden?=Dochter op jonge leeftijd uitgekozen, woonde in groot huis naast Vestatempel, gehoorzaam aan opperpriester, geen seksuele handelingen, eerst 10 jaar onderwijs in taken, daarna 10 jaar uitvoeren en daarna 10 jaar nieuwe onderwijzen. Daarna normaal leven en bijv. gaan trouwen. Meeste mannen vonden ze te zelfstandig. Aan welke beperking moesten de Vestaalse maagden zich houden? =Ze mochten geen seksuele handelingen uitvoeren. e Wat gebeurde er met hen, als zich niet daaraan (geen seks) hielden? De minnaar werd vermoord, zijzelf werd in een draagstoel naar een onderaards vertrek gebracht, stond een beetje brood, water, melk en olijfolie, trap weggehaald, vertrek onder hoop aarde bedolven. Wat gebeurde er in de Basilica Julia, wat in de basilica Aemilia? Basilica Julia: rechtspreken, Hof van Honderd (180 leden) spraken daar recht. Basilica Aemilia: handel drijven volgens ritueel Wie waren Castor en Pollux? Dat waren de zonen/Dioscuren van Zeus en de Spaanse koningin Leda. bVertel het verhaal van hun geboorte en dood. Leda was aan het zwemmen en Zeus verleidde haar. Toen legde ze twee eieren. Daar kwamen de jongens uit, en ze groeiden op en werden ruiters. Castor werd gedood in de strijd, en Pollux werd door Zeus onsterfelijk gemaakt, maar Pollux miste hem en wilde zijn onsterfelijkheid delen, dus door Zeus zijn ze nu om de beurt onsterfelijk. c Waaraan kun je op het Forum hun tempel (castor en pollux) herkennen? =Drie korintische zuilen en een groot waterbekken d Leg uit waarom hun tempel dicht bij de bron van Juturna staat.=Daar lieten ze hun paarden drinken e Van welke groepering in de Romeinse maatschappij zijn zij de beschermers? =De ridders/ruiters Noem vijf dingen die je in grote Thermen, zoals die van Caracalla, kon doen.= Baden, sporten, praten, kapper, massage, naar de hoeren, wat drinken, bibliotheek, museum, tempel. 11=Leg uit in welk opzicht de toneelstukken uit de tijd van Augustus verschilden van die in onze tijd.=Seks, geweld, marteling, moord, verbranding: in werkelijkheid uitgevoerd, misdadiger in de rol 12=a Welke twee soorten gevechten vonden er plaats in het Colosseum? =Jachtpartijen en gladiatorengevechten b Op welke manier maakten de Romeinen van de executies van misdadigers door dieren nog een extra show?=Ze lieten ze mythologische figuren uitbeelden 13=a Om welke reden was de keizer vaak aanwezig in het Colosseum en het Circus?=Die boodt de show aan en besloot over leven en dood b Wat was het gevaarlijkste moment voor het rijden met het vierspan?=Het keerpunt, als ze rond de metae draaiden. Hoofdstuk 4 120=Om welke reden namen de christenen de Romeinse basilica-vorm als voorbeeld voor hun vroegste kerken, de basilica's.=Die sloot goed aan bij hun eredienst. 121Bekijk de plattegrond van een basilica (afb. 4.3) en noem waarnaar de letters a t/m i verwijzen. a. middenschip b. zijbeuken c. apsis d. podium met cathedra e. altaar f. ruimte voor het koor g. ambo h. voorhal met zuilen i. atrium 122=Wat betekenen de volgende woorden: a apsis =een halvecirkelvormige ruimte aan de achterkant van de kerk b cathedra=de stoel van de voorzitter van de bijeenkomst (bisschop) c presbyteroi=ouderen (hiervandaan komt ‘priester’) d ciborium=baldakijn e ambo=leesgestoelte waar de bijbel lag f narthex=voorhal bij ingang van de kerk g tesserae=gekleurde glazen steentjes waarmee mozaïek werd gelegd 123=Welke functies hadden de mozaiëken in de basilica's? Noem er drie.=Versiering, God verheerlijken, gelovigen onderwijzen, boodschap overbrengen 124 Noem drie manieren waarop Christus op mozaiëken werd afgebeeld. =Geeft als wetgever een boekenrol aan Petrus, zetelt als pantocrator op troon in de hemel, samen met Maria op 1 troon Hoofdstuk 5 125=Leg uit waarom de macht van de paus in de 15e eeuw zo groot was.=Hij was geestelijk leider van de kerk en wereldlijk leider van kerkelijke staat, hij had de macht over een groot gebied in Italië. 126=Geef een korte karakteristiek van het optreden van de volgende pausen: a Julius II=Vergrootte met legers pauselijke staat, breidde kunstverzameling van Vaticaanse musea uit, liet Sint Pieter herbouwen, Sixtijnse kapel en zijn werkvertrekken beschilderen; strijdlustige kunstliefhebber b Leo X=Liet Sint Pieter afbouwen dmv verkoop aflaten, hield van kunst, letteren en feesten c Clemens VII=Rome werd ingenomen (Sacco di Roma) door 2000 man door Karel V (Duitser) en Clemens vluchtte naar Engelenburcht, 1/3e van de burgers kwam om, maakte Karel V keizer d Paulus III=Genoot van het leven, had 4 kinderen, hield van schone kunsten, richtte priesterorde Jezuïten op die over hele wereld onderwezen, opende Concilie van Trente om eenheid van kerk te herstellen, richtte Contrareformatie op: actieve bestrijding van protestanten 127=Leg uit wat elke paus hieronder in artistiek opzicht voor Rome heeft betekend. a Sixtus IV(in artistiek opzicht betekent)=Wegen, bruggen, kerken, Sixtijnse Kapel, Capitolijnse musea b Julius II(in artistiek opzicht betekent)=Sint Pieter, kunstverzameling Vaticaanse musea, beschildering Sixtijnse kapel en werkvertrekken c Leo X(in artistiek opzicht betekent)=Sint Pieter d Clemens VII (in artistiek opzicht betekent)= niks - e Paulus III(in artistiek opzicht betekent)=Achterwand Sixtijnse Kapel, 128=Geef een korte beschrijving of karakteristiek van de volgende personen, begrippen of gebeurtenis¬sen: a excommunicatie=Iemand in kerkelijke ban gedaan, geen plek in de hemel meer b aflaat=brief die je kon kopen waarmee je na je dood in de hemel kwam c Luther= man uit Duitsland die aflaten enzo onzin vond, kwam in opstand werd geband d reformatie= Door Luther in gang gezette hervorming e sacco di Roma =Rome werd ingenomen door 2000 man door Karel V, huizen afgebrand, mensen vermoord f jezuïeten= vrome intellectuelen die colleges stichtten en daar gratis onderwijs gaven g Concilie van Trente= vergadering met geestelijken met als doel eenheid herstellen en hervormingen door te voeren h contra-reformatie=actieve beweging tegen de protestanten i inquisitie= kerkelijke rechtbank die streng optrad tegen ketters j index= lijst met boeken die door katholieken niet gelezen moesten worden k Bramante= bouwmeester die Sint Pieter ontwierp l Ignatius van Loyola= Stichter van de Jezuïtenorde m trompe l'œil= oogbedrog : koepel op plafond van Sant’ Ignazio, lijkt een koepel mar is plafond (anders zou licht van bibliotheek weggenomen worden) 129 =Welke kerk werd door de huidige Sint Pieter 'vervangen'?=een oude basilica op het graf van Petrus 130 =Leg uit waarom het woord 'vervangen' (van sintpieter) niet helemaal juist is.=Een deel bleef staan; alleen het dwarsschip werd gesloopt 131=a Welke twee eisen stelde Julius II aan de vernieuwing van de Sint Pieter?=het graf van Petrus mocht niet verplaatst worden en de nieuwbouw moest aansluiten bij de vloer en de breedte van de oude basilica b Waarom hechtte hij zo aan die eisen?=Zodat integratie van de nieuwe met de oude kerk mogelijk was en het oude hoofdaltaar boven het graf van Petrus zichtbaar zou blijven c Zijn die eisen in de loop van de langdurige bouw uiteindelijk gerealiseerd? Licht je antwoord toe.=Nee, het niveau werd verhoogd d Noem drie redenen die de bouw van de Sint Pieter vertraagden. =Financiële problemen, Sacco di Roma, onenigheid over de vorm en bouw 132=a Noem drie namen van kunstenaars die bij de bouw van de huidige Sint Pieter betrokken waren.=Bramante, Michelangelo, Sangallo b Welke kunstenaar gaf het plein voor de Sint Pieter zijn vorm?=Bernini c Leg uit wat Mussolini met de Sint Pieter te maken heeft gehad.=Huizen op de Conciliazione door hem gesloopt zodat ontwerp nog meer tot zijn recht kwam 133 =Noem twee kenmerken van barokarchitectuur.=gebrek aan verfijning, veel overdaad Hoofdstuk 6 134=Noem drie bekende fresco-schilderingen van Rafael.=De Deugden, De Parnassus, De School van Athene 135=Leg uit waarom het beschilderen van de Sixtijnse kapel zo zwaar was voor Michelangelo.=Hij had nog nooit een fresco gemaakt en hij moest opschieten van de paus, hij had fysieke problemen door het liggen en binnenkrijgen van de verf 136=a Leg uit wat schilderen al fresco betekent.=plekken weggehaald en vervangen/opnieuw gemaakt op natte kalk b Leg uit welke eis schilderen al fresco aan een schilder stelt.= 137=Leg uit op welke drie manieren een schilder al fresco kan schilderen.=met gaatjes en houtskool, met karton (model) en dan erlangs in het kalk griften, mallen op de kalk 138=Michelangelo was beeldhouwer, architect en schil¬der. Noem één werk van hem uit elke catego¬rie.=Beeldhouwen: Pietà Architect: Capitool Schilder: Laatste oordeel 139=Vertel hoe de paus-keuze in zijn werk gaat.=Kardinalen komen bij elkaar, komen 2 keer per dag in conclaaf in Sixtijnse Kapel, gestemd, 2/3e meerderheid nodig, stembriefjes verbrand met chemische stof/stro (zwarte rook), als gekozen alleen stembriefjes (witte rook). Bij opdracht 6.1 Renaissance en barok 140=Bekijk afbeelding 00 t/m 00. Uit welke periode in de schilderkunst komt elke afbeelding? Licht je antwoord toe uitgaande van de afbeelding. ? Bij opdracht 6.2 Wie is wie? Op zoek naar filosofen en geleerden 141=Teken de situatie in de grot. Maak daarbij gebruik van de tekst in Forum. Mensen opgesloten in een grot, kunnen niet bewegen, kijken naar een grote gladde wand. Achter de mensen is een vuur, tussen vuur en gevangenen een weg, langs die weg een muur, achter die muur lopen mensen die vanalles erbovenuit steken, dat wordt “geprojecteerd” op de wand. 142=Leg uit wat Plato onder de Ideeënwereld verstaat. Oerbeelden van dingen op aarde bevinden zich daar, alle dingen zijn afbeeldingen van de ideeën ervan. 143=Staat Plato positief of negatief tegenover de zintuiglijke waarneming? Licht je antwoord toe.= Negatief, je kan ook met behulp van die zintuigelijke waarneming niet zeker zijn of het wel echt is wat je ziet. 144=Wat verstaan we onder ethiek? Hoe we ons moeten gedragen om gelukkig en moreel verantwoord te leven 145=Wanneer is de mens gelukkig volgens Aristoteles Morele goedheid van de mens volgens Epicurus Onverstoorbare tevredenheid, verdriet, angst en onlustgevoelens zijn afwezig volgens de leer van de Stoa? Mens moet in overeenstemming met rationeel geordende natuur leven 146=Leg uit waarom de Stoa in de keizertijd popu¬lair was bij de Romeinen.=Paste bij de traditionele Romeinse deugden Hoofdstuk 10 147=Geef een korte beschrijving of karakteristiek van de volgende personen, begrippen of gebeurtenis¬sen uit de geschiedenis van Italië: a Risorgimento=Opstand, voor het verenigd en onafhankelijk Italië b Victor Emanuel II=Bracht Italië bij elkaar en werd de 1e koning c Garibaldi=Streefde ook naar 1 Italiaanse staat d 1861=Verenigd Koninkrijk Italië uitgeroepen e Mussolini=Leider van fascistische partij=in 1919 f fascisme=stroming in politiek die vooral tegen was; tegen kapitalisme, communisme, monarchie, kerk, socialisten, parlement en bourgeoisie g anno primo=Eerste jaar van fascistische jaartelling (1922), toen had hij de verkiezingen gewonnen h Verdrag van Lateranen=Erkenning van Vaticaanstad als onafhankelijke staat -› geen wereldmacht meer voor de paus, gesloten door/met Mussolini, wilde Italië weer net zo machtig maken als tijdens Romeinse Rijk. i Vati¬caanstad=Staat en residentie van de Paus j 1947=Italië bezet door geallieerde troepen, een jaar later was het een ‘democratische republiek gegrondvest op de arbeid’
Ingezonden op 03-02-2016 - 2528x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!