Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

pour, deel 2

1 14t-m 16

Jaar 2 (Gymnasium)

gallus=haan
vestimentum=kleding(stuk), kleed
tunica=tunica
toga=toga
calceus=sandaal
parens, parentis=ouder (vader/moeder)
tabula=wastafeltje, schrijftafeltje
stilus=schrijfstift
regula=lineaal
res, rei=zaak, ding
apertus=open, geopend
clausus=gesloten
sordidus=vuil, smerig
purus=schoon, zuiver
nudus=naakt, bloot
togatus=in toga gekleed
dexter=rechter, aan de rechterkant, gunstig
sinister=linker, aan de linkerkant, ongunstig
omnis=elke, geheel, mv alle
cubare=slapen, aanliggen
vigilare=wakker zijn
valere=gezond zijn, sterk zijn
excitare=wakker maken
surgere=opstaan
afferre=brengen / dragen naar
lavare=wassen
mergere=onderdompelen
solere=gewend zijn (te)
frigere=koud zijn
poscere=vragen (om), eisen
vestire=kleden
induere=aantrekken, duiken in
gerere=dragen
inquit=(hij/zij) zegt, (hij/zij) zei
uterque=elk van beide, elk, beide(n)
neuter=geen van beide, geen
alter=ander
alter.. alter=de een .. de ander
uter?=wie (van beide)?
mihi=aan mij
tibi=aan jou
mecum=(samen) met mij, bij me
tecum=(samen) met jou, bij je
secum=(samen) met hem/haar, bij zich
nihil=niets
quomodo=hoe
hodie=vandaag
adhuc=nog (altijd)
primum=eerst, in de eerste plaats
deinde=vervolgens, daarna
praeter + acc=behalve
an=of
vale=gegroet, dag
ludus=spel, school
magister=meester, leraar
discipulus=leerling
virga=dunne tak, roede
sella=stoel, zetel
ianua=deur
verum=waarheid
tergum=rug
malum=iets slechts, kwaad, ellende
lectulus=bedje

severus=streng
tacitus=zwijgend, stil
verus=waar, echt
posterior=later, laatste, achterste
inferior=lager (gelegen), later, zwakker
prior=eerder, eerst
punire=straffen
considere=gaan zitten in
exclamare=uitroepen
desinere=ophouden
redire=teruggaan, terugkeren
reddere=teruggeven
recitare=voorlezen
licere=toegestaan zijn
esse=zijn
ego=ik
tu=jij, je
nos=wij, we
vos=jullie
nondum=nog niet
statim=meteen, onmiddellijk
tum=dan, toen
quid?=wat
domi=thuis
antequam=voordat
at=maar
si=als
nisi=als niet, tenzij
navis, navis=schip
portus=haven
locus=plaats, plek
ora=kust
merx, mercis=koopwaar
nauta=zeeman, matroos
ventus=wind
tempestas, -tatis=storm
fluctus, -tus=golf
velum=zeil
puppis, -pis=achtersteven
gubernator=stuurman, kapitein
oriens=oosten
occidens=westen
septentriones (pl)=noorden
meridies (pl)=zuiden
altum=zee
tonitrus=donder(slag)
fulgur, -guris=bliksem
situs=gelegen, liggend
superus= (superi, zich boven bevindend
hemelingen,goden)
inferus= zich lager bevindend
bewoners van de onderwereld(inferi,)
maritimus=in/op/aan de zee zich bevindend / wonend
tranquillus=rustig, kalm
turbidus=onrustig, woelig
contrarius=tegengesteld, tegen-
serenus=rustig
ater=donker, zwart
interesse= erbij zijn (interest,zijn tussen,, van belang zijn, verschillen
het is van belang)
appellare=roepen, noemen
navigare=varen
influere=binnenstromen
opperiri=wachten (op), afwachten
flare=blazen
turbare=in verwarring brengen, onrustig maken, troebel maken
implere=vullen
egredi=gaan uit, verlaten
gubernare=sturen
oriri=opkomen, ontstaan
occidere=ondergaan, neervallen, sneuvelen
conscendere=beklimmen
proficisci=vertrekken
sequi=volgen
cernere=zien, onderscheiden
laetari=blij zijn
vereri=vrezen
intueri=kijken naar, letten op
labi=glijden
complecti=omarmen, omhelzen
consolari=troosten
loqui=spreken
invocare=aanroepen
iactare=gooien, werpen, heen en weer schudden
haurire=opscheppen, putten
servare=redden, bewaren
conari=proberen, trachten
fieri=gebeurden, worden, gemaakt worden
paulum=even, een beetje
simul=tegelijkertijd
vix=nauwelijks
praeterea=bovendien
iterum=weer, opnieuw
sive=of
vero=maar, echter
propter + acc=vanwege, wegens

Ingezonden op 11-04-2016 - 1396x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

pour, deel 2

1 14t-m 16