Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Kanters
› 8 blz. 12, 18, 20
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Kanters
8 blz. 12, 18, 20
Jaar 5 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
alo, alere, alui, altum = voeden alter = de ander; de tweede altus = hoog, diep altutido, altutidinis = hoogte, diepte ambitio, ambitionis = het dingen naar een ambt; eerzucht amicius = bevriend; vriend amicitia = vriendschap inimicus = (persoonlijke) vijand; vijand amnis, amnis = rivier; stroom amo, amare = beminnen; liefhebben amor; amoris = liefde amplus = ruim; aanzienlijk amplius = meer; verder an = of anceps, ancipitis = tweezijdig; onbeslist; onzeker angustus = eng; nauw; smal anima = adem; ziel animal, animalis = levend wezen; dier animus = geest; gemoed; stemming; ziel annus = jaar ante +acc = voor; vóór antea = vroeger; tevoren antequam = voordat antiquus = oud; van vroeger aperio, aperire, aperui, apertum = openen apertus = open; duidelijk appareo, apparere, apparui = verschijnen, duidelijk zijn appello, appellare = noemen; toespreken aptus = geschikt; passend; voorzien van cibus = voedsel cingo, cingere, cinxi, cinctum = omgorden; omgeven circa +acc = rondom circum +acc = rondom circiter = ongeveer citus = snel civis, civis = burger; medeburger civitas, civitatis = burgerij; staat civilis = burger-; openbaar clam = heimelijk clamo, clamare = schreeuwen; roepen clamor, clamoris = luid geroep; geschreeuw clarus = helder; beroemd praeclarus = zeer helder; zeer beroemd classis, classis = vloot claudo, claudere, clausi, clausum = sluiten includo, includere = insluiten intercludo, intercludere = insluiten; afsluiten; afsnijden cliens, clientis = beschermeling coepi, coepisse = beginnen; begonnen zijn cogito, cogitare = denken cogo, cogere, coegi, coactum = verzamelen, dwingen cohors, cohortis = cohort; afdeling; troep collega = ambtgenoot collis, collis = heuvel; hoogte colo, colere, colui, cultum = verzorgen, bebouwen, vereren incolo, incolere = (be)wonen; wonen comes, comitis =metgezel contra +acc = tegen; tegenover contrarius = tegenovergesteld controversia = geschil copia = voorraad, gelegenheid, troepen cor, cordis = hart concordia = eendracht discordia = onenigheid; tweedracht cornu, cornus = hoorn, vleugel corpus, corporis = lichaam, lijk cotidie = dagelijks cotidianus = dagelijks creber, crebri = talrijk; veelvuldig credo, credere, cerdidi, creditum = toevertrouwen; geloven; vertrouwen creo, creare = scheppen, kiezen cresco, crescere, crevi, cretum = groeien crimen, crimenis = beschuldiging; misdaad crudelis = wreed culpa = schuld cum +abl = samen met; in gezelschap van cum +ind = wanneer, telkens weer; toen, telkens weer cum +conj = toen, omdat, hoewel; toen, omdat, ofschoon cum ... tum ... = zowel als cunctus = geheel cuncti = alle cupio, cupere, cupivi, cupitum = verlangen; begeren
Ingezonden op 10-05-2016 - 768x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!