Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Med. terminologie
› 5 Maagdarmkanaal
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Med. terminologie
, deel 5
5 Maagdarmkanaal
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
algie = pijn cardie = toestand van het hart cisie = snijding dermie = toestand van de huid dipsie = dorst emie = toestand van het bloed ectasie = verwijding, uitzetting ectomie = verwijding, uitsnijding esthesie = gevoel fagie = het eten, slikken fasie = spraak filie = neiging, voorkeur fobie = vrees frenie = geestvermogen genesie = vorming grafie = vastlegging, afbeelding iatrie = geneeskunde kinesie = beweging logie = leer, specialisme malacie = verweking manie = ziekelijke neiging megalie = vergroting metrie = meting opie = het zien opsie = het zien odynie = pijn pathie = ziektetoestand pedie = behandeling penie = tekort pexie = verankering plasie = vorming plegie = verlamming pressie = drukking, deuking punctie = aanprikking rafie = hechting rexie = scheuring rragie = bloeding ritmie = regelmaat scopie = het bekijken sectie = snijding stomie = uitmonding, verbinding thanasie = het sterven therapie = behandeling tomie = insnijding trofie = voedingstoestand, dikte Algos = pijn cardia = hart cisio = snijding derma = huid dipsos = dorst haima = bloed ektasis = ontplooiing ektomè = het uitsnijden aisthèsis = gevoel phagein = eten phasis = spraak philia = liefde phobos = vrees phrèn = geest genesis = vorming, ontstaan graphein = schrijven iatros = geneesheer kinèsis = beweging logos = theorie, verstand malakos = week mania = hartstocht, waanzin megalos = groot metron= maat opis = het kijken naar opsis = het zien odunè = pijn pathos = het lijden paideia = opvoeding penia = armoede, gebrek pèxis = het vastmaken plastikos = boetseerkunst plègè = slag pressio = druk punctio = steek, prik rhaphè = naad rhèxis = breuk rhachia = vloed rhuthmos = maat skopia = het uitkijken sectio = snede stoma = mond thanatos = dood therapeia = verzorging tomè = het snijden trofè = voeding abdominaal = de buik betreffende appendix fermiformis = wormvormig aanhangsel van de blinde darm caecum = blinde darm cheiloplastiek = chirurgisch herstel van de lip coeliacus = buikholte betreffend colitis ulcerosa = ontsteking van de dikke darm met zweren colon ascendens = dikke darm die naar boven loopt colostoma = kunstmatige uitgang van de dikke darm diarrhoea, diarree = buikloop {zeer dunne ontlasting} ductus choledochus = galbuis dysfagie = moeilijk kunnen slikken dyspepsie = slechte spijsvertering endoscoop = optisch instrument om binnen te kijken enterocolitis = ontsteking van dunne en dikke darm enteroklysma = darmspoeling enterorragie = darmbloeding epigastrium = gebied boven de maag excreta = uitwerpselen of afvalproducten extrahepatisch = buiten de lever gelegen extraperitoneaal = buiten het buikvlies gelegen faryngomycose = schimmelaandoening van de keelholte feces = uitwerpselen {poep} gastropexie = chirurgische verankering van de maag gastroptose = een te laag hangende maag gastrorragie = maagbloeding gingivaal = het tandvlees betreffend gingivostomatitis = ontsteking van tandvlees én mond hepatomegalie = een te grote lever hepatorenaal = de lever en nieren betreffend hernia inguinalis = liesbreuk hypogastrium = gebied onder de maag ileïtis = ontsteking van de kronkeldarm ileïtis terminalis = ontsteking van het laatste deel van de kronkeldarm jejunostomie = kunstmatige uitgang van de nuchtere darm laryngoscopie = bekijken van het strottenhoofd larynx = strottenhoofd megacolon congenitum = aangeboren veel te grote dikke darm nervus hypoglossus = zenuw die onder de tong loopt oesofagoscopie = het bekijken van de slokdarm orolinguaal = de mond en tong betreffend pancreas = alvleesklier pancreaticoduodenectomie = chirurgisch verwijderen van pancreas en duodenum pancreatitis = ontsteking van de pancreas papilla vateri = papil van Vater {uitgang in duodenum} pararectaal = omgeving van het rectum per os = via de mond polydypsie = dorst proctitis = ontsteking van de endeldarm proctorrafie = hechten van de endeldarm prolapsus recti = een naar buiten stulpend rectum pylorushypertrofie = een te grote maagportier rectaal toucher = onderzoek met de vinger in het rectum ruptura perinei = scheur tussen rectum en vagina/scrotum sigmoïd = s-vormig deel van het colon tachyfagie = te snel eten umbilicus = navel Hypertrofie = is er sprake van een sterke ontwikkeling van weefsels of organen, zonder toename van cellen; bv. spierontwikkeling bij body building. Hyperplasie = s er sprake van een sterke ontwikkeling van weefsels of organen mét toename van cellen: bv. een tumor.
Ingezonden op 23-05-2016 - 833x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!