Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Grandes Lignes

6 On Bouge

Jaar 1 (Atheneum)

A:
Fair du foot(ball) = voetballen
faire de la course à pied = hardlopen
faire de lan natation = zwemmen
faire du volley(ball) = volleyballen
faire du tennis = tennissen
faire de l'equitation = paardrijden
le jeu/les jeux = het spel/ de spelen
le match = de wedstrijd
l'équipe = het team
participer = meedoen
la fois = de keer
je m'entraine = ik train
le but = het doel
marquer un but = een doelpunt scoren
gagner = winnen
le premier/ la première = de eerste
le dernier/ la dernière = de laatste
depuis = sinds
encourager = aanmoedigen
avoir lieu = plaatsvinden

B:
faire du patinage = schaatsen
faire de l'atlhlétisme = aan athletiek doen
faire du vélo = fietsen
fiare de l'escalade = bergbeklimmen
la compétition = de competitie
sportif/sportive = sportief
la condition physique = de lichamelijke conditie
la vitesse = de snelheid
la médaille = de medaille
le championat du monde = het wereldkampioenschap
le passe-temps = de hobby
la passion = de passie
voyager = reizen
pratiquer un sport = een sport beoefenen
le rêve = de droom
souvent = vaak
cette année = dit jaar
à l'âge de = op de leeftijd van
par exemple = bijvoorbeeld
malheureusement = jammer genoeg/ helaas
E:
les nouvelles = de nieuwtjes
le sujet = het onderwerp
amoureux/amoureuse = verliefd
je suis désolé(e) =het spijt me
je suis prêt(e) = ik ben klaar/ gereed
le soir = de avond
jouer = spelen
láctivité = de activiteit
la location = de huur/ de verhuur
avoir besoin de = nodig hebben
cet/cette après-midi = vanmiddag
aujourd'hui = vandaag
déjà = al
tout les jours = elke dag
surtout = vooral
dommage = jammer
voici = hier is/ hier zijn
ouvert(e) = open
chaud(e) = warm/ heet
gratuit(e) = gratis
F:
l'inscription = de inschrijving
danse/ faire de la danse = dansen
skier/ faire du ski = skiën
faire du théâtre = toneelspelen
faire du hockey (sur glace) = (ijs)hockeyen
rentrer à la maison = naar huis gaan
je descends = ik stap uit
je voudrais = ik zou graag willen
essayer = passen/proberen
vraiment = echt
le groupe = de groep
la place = de plaats
s'inscrire = zich inschrijven
l'horaire = het tijdstip
la journée portes ouvertes = de open dag
téléphoner à = bellen met
bonsoir = goedenavond
épeler = spellen
la rue = de straat
à demain = tot morgen
G:
c'état = het was
la soirée = de avond
hier = gisteren
la fin = het einde
ensemble = samen
la faute de = de fout van
le jouer = de speler
tricher = vals spelen
pauvre = arm/zielig
le mauvais jouer = iemand die niet tegen zijn verlies kan
chanter = xingen
la voix = de stem
disponible = beschikbaar
le meilleur/ la meilleure = de beste
le truc = het ding
manger = eten
bouger = bewegen
l'eau = het water
contre = tegen
grâce à = dankzij
Zinnetjes:
Tu fais du sport? = Doe je aan sport?
Oui je fais du patinage. = Ja ik schaats.
Tu t'entrâines souvent? = Train je vaak?
Oui deux fois par semaine. = Ja twee keer per week.
Tu aimes aussi la natation? = Houd je ook van zwemmen?
Non je déteste la natation. = nee ik heb een hekel aan zwemmen.
Tu pratiquer d'autres sports? = Doe je aan meer sporten?
Oui je fais du foot. = Ja ik doe aan voetbal.
Quel est ton sport préféré? = Wat is je favoriete sport?
C'est le patimage. = Dar is schaatsen.
Pourquoi? = Waarom
Parce que j'aime la vitesse. = Omdat ik van snelheid houd.
Comment ça s'appelle? = Hoe heet dat?
Tu peux épeler ton nom = kun jij je naam spellen?
Tu as passé un bon week-end? = Heb je een leuk weekend gehad?
Oui super. = Ja super.
Qu'est-ce que tu as fait? = Wat heb je gedaan?
Samedi jái joué un match du foot. = Zaterdag heb ik aan een voetbal wedstrijd meegedaan.
Avec qui? = Met wie?
Avec mon frère. = Met mijn broer.
Vous avez gagné? = Hebben jullie gewonnen
Oui nous avons gagné 3-2. = Ja we hebben met 3-2 gewonnen.
C'était où? = Waar was het?
C'était à Montréal. = Het was in Montréal.
Tu as aussi regardeé la télé? = Heb je ook tv-gekeken?
Non j'ai joué à la Playstation? = Nee ik heb op de Playstation gespeeld.

Ingezonden op 27-06-2016 - 675x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 03-06-2017.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

deze oefening is met de zinnetje en woordjes van hoofdstuk 6 van Grandes Lignes boek B voor 1 VWO
ertussen staan letters en ergens zinnetjes deze kan je gewoon in het Nederlands overtypen omdat de woordjes (ABEFG) hierin verdeeld zijn in het werkboek.
Veel Succes met oefenen!
wil je zeggen of deze oefening je heeft geholpen??

-xxx- Anne-Lynn -xxx-

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Grandes Lignes

6 On Bouge