Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Engels idioom V6
› 1 Idioom pagina 1-10
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Engels idioom V6
1 Idioom pagina 1-10
Jaar 6 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
meanwhile = intussen in the meantime = intussen instead of = in plaats van after all = immers still = niettemin thus = dus as a matter of fact = in feite consequently = als gevolg daarvan provided that = op de voorwaarde dat on the contrary = integendeel on account of = vanwege owing to = vanwege all in all = alles bij elkaar in short = kortom initially = aanvankelijk eventually = uiteindelijk previously = eerder prior to = voorafgaand towards = tegen / naar current = huidig present = huidig premature = voorbarig former(ly) = vroeger annual = jaarlijks eternal = eeuwig rarely = zelden occasionally = af en toe temporary = tijdelijk brief = kort perpetual = eeuwig simultaneously = tegelijkertijd previous = vorig fortnight = veertien dagen decade = tien jaar era = tijdperk season = seizoen to postpone = uitstellen dawn = dauw dusk = schemerig unless =tenzij despite= ondanks though =hoewel however= echter nevertheless= desalniettemin while =terwijl whilst = terwijl by the way =trouwens non-combatant = niet-meestrijdend to assassinate = vermoorden to commit = plegen withdrawal = terugtrekking draft = dienstplicht civil disobedience = burgerlijke ongehoorzaamheid to prosecute = gerechtelijk vervolgen vehement = hevig casualties = verliezen / sterfgevallen in oorlog shell = granaat hideous = afschuwelijk slander = laster trench = loopgraaf to cease = ophouden, gestaakt worden to interrogate = ondervragen to renounce = afstand doen van, afzien van to contest = aanvechten, betwisten disgrace = schande deployment = stationering abolition = afschaffing combat = gevecht, strijd seasoned = ervaren, gehard endeavour = inspanning, poging imminent = dreigend urban = stedelijk precaution = voorzorgsmaatregel devastating = vernietigend gear = uitrusting necessity = noodzaak victim = slachtoffer reprisal = wraakoefening to take out on = afreageren op refuge = toevluchtsoord to testify = getuigen to assault = aanvallen hostile = vijandig deterrence = afschrikking commitment = verplichting reinforcements = versterkingen deplorable = betreurenswaardig missile = raket issue = kwestie resentful = verontwaardigd to acquiesce = zich neerleggen bij to expel = verdrijven indictment = aanklacht unilateral = eenzijdig to pursue = nastreven proliferation = verspreiding treachery = verraad to enforce = kracht bijzetten retaliation = vergelding to revenge = wreken to inflict = toebrengen negotiations = onderhandelingen to cane = afranselen (met een stok) a cane = (wandel)-stok to cane = stokslagen geven corporal punishment = lijfstraffen wig = pruik to notify = aangeven, rapporteren, informeren measure = maatregel to sue = vervolgen to sever = afhakken, doorsnijden to observe = zich houden aan contempt = minachting to obey = gehoorzamen scaffold = schavot trial = proces, rechtszaak solicitor = advocaat lawyer = jurist barrister = advocaat solicitor = notaris warder = cipier, bewaker laymen = leek lawsuit = rechtszaak legislation = wetgeving plea = pleidooi shrewd = sluw, slim slander = smaad supreme court = hooggerechtshof testimony = getuigenverklaring inquest = lijkschouwing to summon = oproepen assertion = bewering to banish = verbannen hard labour = dwangarbeid to raid = een inval doen sentence = vonnis remorse = wroeging probation = proeftijd prosecution = gerechtelijke vervolging to trespass = op verboden terrein komen petty thief = kruimeldief burglary = inbraak offence = overtreding to convince = overtuigen to outlaw = verbieden to stun / to baffle = verbijsteren to restrict = beperken evidence = getuigenis sophistication = geraffineerdheid, perfectie to prevail = wijdverbreid zijn to repress = verdringen to brawl = knokken repression = onderdrukking deprivation = ontbering to endorse = onderschrijven bias against = vooroordeel tegen bias towards = voorkeur voor to guard = zich hoeden voor, bedacht zijn op coherent = samenhangend detection = opsporing riot = rel Prime Minister = minister-president Foreign Secretary = minister van Buitenlandse Zaken Foreign Office = ministerie van Buitenlandse Zaken Home Secretary = Minister van Binnenlandse Zaken Home Office = Ministerie van Binnenlandse Zaken Domestic / internal policy= binnenlands beleid House of Commons = Lagerhuis MP (member of Parliament) = parlementslid Speaker = voorzitter van het Lagerhuis General Assembly = Algemene Vergadering autocratic = alleen heersend / autocraat quota = evenredig (aan)deel civil service = ambtenaren Capacity = hoedanigheid To govern = regeren Subject = onderdaan (il)legitimate = (on)wettig Exile = ballingschap Provisional = voorlopig (town) council = gemeenteraad Civil servant = ambtenaar The civil service = overheidsdienst To elect = verkiezen Election = verkiezing Administration = regering To adopt = invoeren / aannemen To rule = heersen curriculum = vakkenaanbod hurdle = struikelblok, horde illiteracy = analfabetisme progress = vorderingen, vooruitgang to depend = afhangen to depend on = afhangen van opportunity = kans prejudiced = bevooroordeeld comprehensive schools = scholengemeenschap minority = minderheid voluntary = vrijwillig public school = kostschool partial = gedeeltelijk nursery = kleuter- to abstract from = afleiden to stumble at = aanstoot nemen aan, struikelen over subscription = abonnement to dissuade from = weerhouden van, ontraden nuisance = vervelend, lastig to scold = een standje geven tuition = onderwijs, les to turn out = blijken to subtract = aftrekken to add up = optellen to divide = delen to submit = inleveren insolent = onbeschoft to reprove = een uitbrander geven to reprimand = een uitbrander geven illegible = onleesbaar kindergarten = peuteropvang tutor = mentor remarkable = opmerkelijk truant = spijbelaar adolescent = puber benefit = voordeel, nut infant = kleuter to achieve = bereiken fraction = breuk to attend = bijwonen survey = onderzoek arduous = moeizaam, zwaar freak = fanaat level = basis examenniveau A level = hoog examenniveau persistent = hardnekkig, volhardend to subject = onderwerpen Education Secretary = minister van onderwijs to exempt from = vrijstellen van to rear = opvoeden to resort to = toevlucht nemen tot to resolve = oplossen to encourage = aanmoedigen assessment = evaluatie to dismiss = ontslaan objective = doelstelling to jeopardize = in gevaar brengen teaching practice = stage exhausting = uitputtend issue = nummer / kwestie joint = gezamenlijk to flourish = floreren, gedijen disciple = leerling, volgeling, discipel assertion = bewering, verklaring attainment = bekwaamheid intractable = lastig headstrong = koppig obstinate = obstinaat / lastig superfluous = overbodig graduate = afgestudeerde (Bachelor niveau) postgraduate = afgestudeerde (Master niveau) to display = vertonen linguistic = taalkundig to process = bewerken, verwerken mediocre = middelmatig incentive = prikkel, drijfveer stunned = verbijsterd appalling = ontzettend audience = publiek vivid = levendig to reveal = openbaren trait = eigenschap to release = uitbrengen entertainment = vermaak stage = podium to rehearse = repeteren box-office = kassa (van theater) to turn up = komen opdagen to quote = citeren to commemorate = herdenken sculpture = beeldhouwwerk property = bezit heritage = erfgoed exhibition = tentoonstelling artefact = kunstvoorwerp busker = straatmuzikant artificial = kunstmatig phenomenon = verschijnsel song lyrics = liedtekst genuine = echt, origineel inestimable = onschatbaar notion = idee, opvatting neologism = nieuw word (nog niet bestaand) resourceful = vindingrijk cutback = bezuiniging to evoke = oproepen overwhelming = overweldigend mature = volgroeid to hoard = verzamelen decay = achteruitgang acquisition = aanwinst to excavate = opgraven preposterous = belachelijk to hamper = in de weg staan obesity = zwaarlijvigheid vein = ader vessel = (bloed)vat to vomit = braken ward = afdeling, zaal wretched = ellendig mentally retarded = geestelijk gehandicapt suicide = zelfmoord meticulous = heel nauwkeurig surgeon = chirurg to extract = (uit)trekken strain = spanning premature = te vroeg geboren to recover = herstellen incurable = ongeneeslijk gross = grof sound = gezond National Health Service = Nationale Gezondheidszorg provisional = voorlopig to reconcile oneself to = zich neerleggen bij fee = honorarium to impair = schaden G(eneral) P(ractitioner) = huisarts lingering = langdurig constitution = gestel queer = vreemd lethal = dodelijk severe = hevige agony = ondragelijke pijn hazardous = gevaarlijk preoccupation = zorg / iets waar je mee zit to be preoccupied with…. = je zorgen maken om …. to be immersed in = opgaan in assessment = inschatting / beoordeling prudent = voorzichtig cholesterol = cholesterol questionnaire = vragenlijst physical examination = algemeen medisch onderzoek to modify = wijzigen to be in the prime of one’s life = in de bloei van het leven zijn apprehensive = behoedzaam surgery = spreekkamer to reveal = bekendmaken insufficient = onvoldoende to restrict = beperken to resign = ontslag nemen benevolent = welwillend malignant = kwaadaardig (vaak gebruikt ivm. tumoren etc.) benignant = goedaardig (vaak gebruikt ivm. tumoren etc.) to subject to = onderwerpen guinea pig = proefkonijn deficiency = gebrek clinical trial = klinische proef pregnant = zwanger judgement = oordeel anaemia = bloedarmoede amnesia = geheugenverlies anxiety = ongerustheid spine = ruggengraat to disclose = meedelen / onthullen malpractice = medische fout (in medische context) file = dossier erroneous = foutief to encroach on = inbreuk maken op kidney = nier repellent = weerzinwekkend heart failure = hartfalen self-inflicted = zichzelf toegebracht credulous = goedgelovig in-vitro fertilization = reageerbuisbevruchting hypertension = hoge bloeddruk cure = genezing amelioration = verbetering to be disabled = gehandicapt zijn regeneration = wedergeboorte Society (1) cult = rage mania = bevlieging hypochondriac = hypochonder (iemand die zich inbeeld ziektes te hebben) to desire = begeren homage = eer constitution = grondwet to dispatch = verzenden ballot = stem(biljet) revenue(s) = inkomsten implacable = onverzoenlijk polls = verkiezingen to be opposed to = (gekant) zijn tegen exile = ballingschap councillor = (gemeente)raadslid to comprise = tellen irrevocable = onherroepelijk reciprocal = wederzijds resistance = weerstand delegate = afgevaardigde administration = regering to represent = vertegenwoordigen placard = spandoek policy = beleid grievance = grief dedicated = toegewijd progress = vooruitgang to decree = gelasten benefit = voordeel, uitkering, toelage to antagonize = tegen zich in het harnas jagen to resign = aftreden
Ingezonden op 25-09-2016 - 280x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!