Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
carte orange 2de havo/vwo
› 1 apprandere 5,7 en 9
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
carte orange 2de havo/vwo
, deel 1
1 apprandere 5,7 en 9
Jaar 2 (havo/vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
afgelopen = fini zin hebben om = avoir envie de de volgende = le suivant de ochtend = le matin de kaart = la carte dus = donc we moeten = il faut je moet = il faut zwaar = lourd {m} zwaar = lourde {v} de rugzak = le sac à dos de voet = le pied nauwelijks = à piene volgens = selon helemaal niet = pas du tout verdwaald = perdu tamelijk = assez omkeren = faire demi-tour herhalen = répéter doorlopen; doorgaan = continuer tot = jusqu'à moe = fatigué lastig zijn; zeuren = être casse-pieds opzetten = monter {van een tent} opschieten; vooruitgaan = avancer slapen = dormir de ster = l'étoile {v} de reis = le voyage luisteren naar = écouter pech hebben; kapot zijn = être en panne halen; ophalen = venir chercher tegenover = en face de hij vertrekt = il part ik stap uit = je descends het zwembad = la piscine gauw; spoedig = bientôt tot gauw = à bientôt doorbrengen = passer het vliegtuig = l'avion {m} jammer genoeg = malheureusement de boot = le bateau meenemen; meebrengen = apporter zoveel; zo = tellement het ding = la chose het eten; het voedsel = la nourriture het cadeau = le cadeau Gaat de reis goed? = Ça se passe bien, le voyage? Waar ben je op vakantie geweest? = Tu as été où, en vacances? Heb je een leuke vakantie gehad? = Tu as passé des bonnes vacances? Hebben jullie het vliegtuig genomen? = Vous avez pris l'avion? Hoeveel tijd doen jullie erover? = Vous mettez combien de temps? We hebben een groot feest georganiseerd. = On a organisé une grande fête. We hebben veel gereisd. = On a beaucoup voyagé. Ik heb van de zomer een kanostage gedaan. = J'ai fait un stage de canoë cet été. Hebben jullie elke dag gekanood? = Vous avez fait du canoë tous les jours? Hebben jullie in hotels geslapen? = Vous avez dormi à l'hôtel?
Ingezonden op 01-10-2016 - 441x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
heel nauwkeurig over getypt
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!