Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Politieke filosofie
› 5 De orde van de beslissingen
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Politieke filosofie
, deel 1
5 De orde van de beslissingen
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
De maatgevende orde is niet alleen maar aanwezig in de vorm van een rechtvaardiging (een verwijzing naar een symbolische maatgevende orde), maar ook en vooral in de vorm van…? = een beslissing en politieke macht. Wat is de kern van het bestaan van een politieke orde? = Het bestaan van een rangorde van beslissingen. Welke vier aspecten van gevolgen van beslissingen worden er onderscheden? = Van vele mogelijkheden naar de ene mogelijkheid. De beslissing wordt voorafgegaan door (a) een omgeving en een innerlijke drijfkracht die om een beslissing vragen, en (b) door een meer of minder bewuste, meer of minder redelijke afweging tussen twee of meer mogelijkheden. Sociologen spreken hier van een ‘reductie van complexiteit’. Deze reductie is onvermijdelijk aangezien het bestaan van meerdere mogelijkheden onleefbaar is: men moet kiezen. De rationaliteit van de beslissing. De afweging, de verhouding tussen de afweging van verschillende mogelijkheden en de keuze voor één mogelijkheid die dan tot werkelijkheid wordt, kan twee vormen aannemen: afleidbaar of niet afleidbaar. Anders gezegd: rationeel of intuïtief. De drie-eenheid van de beslissingen. Beslissing sociaal, meerdere kanten: 1 binnenkant, afweging, 2 buitenkant, beslissing die anderen als feit waarnemen, 3, antwoord beslissingen van anderen als gevolg. Beslissing als onenigheid. Mensen die het moeten uitvoeren, zetten eigen voornemens door. Voor onpartijdige toeschouwer lijkt beslissing willekeurig. Het had ook wat anders kunnen zijn. Wat kan het begrip macht aanduiden? = Vermogen of kracht (potentia) en de bevoegdheid (potestas). Welke vraag stelt politieke filosofie bij regeringsvormen? = Of dat zij daadwerkelijk recht doen aan de publieke zaak. Of dat de regeringsvorm werkelijk onderscheiden is van de krachtmeting (het recht van de sterkte) Welke drie lagen in rangorde van beslissingen zijn er te onderscheiden? = Krachtmeting het vermogen van de één om anderen zijn beslissing te laten aanvaarden gegeven de mogelijkheid dat de anderen het niet eens zijn met die beslissing en zich ertegen kunnen/willen verzetten. Bevoegdheid te beslissen in geval van geschil: het bestaan van instellingen die beslissingen nemen over en onderscheiden zijn ben beslissingen van anderen (mogelijk van dwang op grond van machtiging). Gezag de aanvaarding van de beslissingen van bevoegde personen of instellingen op grond van de erkenning dat zij de publieke zaak dienen (mogelijk van dwang op grond van instemming). Wanneer is een politieke orde werkelijk een maatgevende orde? = Wanneer de burgers erop vertrouwen dat elk geschil beslecht zal worden, geen enkel geschil de maatschappij zal ontwrichten. Wat zijn politieke beslissingen? = Beslissingen die vooraf gaan aan andere beslissingen en die te maken hebben met de algehele ordening van het samenzijn van mensen. Wat houdt een rangorde van beslissingen in? = Dat men instemt met een lagere beslissing, niet omdat men het eens is met deze beslissing, maar omdat men instemt met een hogere beslissing die zegt dat men moet instemmen met lagere beslissingen. Maak de zin af. Nemen we aan dat er een politieke orde bestaat die maargevend is, dan moeten we aannemen… = dat er een begin of grondslag is – een soort oerbeslissing. Wat sluit een strenge opvatting van de politieke beslissing uit? = de andere mogelijkheid en het gesprek daarover. (In praktijk kunnen handhavers begrip opbrengen voor onenigheid die zich uit in ongehoorzaamheid of verzet, men kan bijvoorbeeld uitzonderingen erkennen.) Mag iemand in een liberaal-democratische rechtstaat de grondwet ter discussie stellen? Deze vraag komt voort uit de eigen aard van een open politieke orde, die immers in de grondwet politieke rechten van burgers vastlegt en daarmee de openheid waarborgt. De grondwet als belichaming van soevereiniteit is in dit opzicht dubbelzinnig. Waarom? = Het roept aan de ene kant de burger of overheidsdienaren tot de orde, maar stelt hen tegelijk in de gelegenheid de orde in het geding te brengen. Wie is soeverein? = Een mens die de beslissende stem heeft. We spreken dan van een monarchie. Wat is gelijkheid als politieke vorm? = In de maatgevende orde van de samenleving geen onderscheid tussen mensen en hun beslissingen. Dit is wanneer in de maatgevende orde een politieke maat ontbreekt: er is geen rangorde van beslissingen dus ook geen politieke orde. Zonder politieke orde zijn mensen gelijkelijk onderworpen aan het krachtenspel dat het geheel van hun beslissingen vormt. Deze toestand wordt door de moderne filosofie omschreven als de natuurtoestand: een chaotische toestand. Wat is een anarchie? = Letterlijk: afwezigheid van een grondslag of heersend beginsel. De grondregel is een verbod dat voor iedereen geldt: gij zult niet over andere mensen heersen. Wat is theocratie? = Letterlijk, maar niet gangbaar is dat de godsdienst beslist. Politieke beslissingen kunnen niet door mensen worden genomen of ongedaan gemaakt worden. De aard van politieke orde is afhankelijk van godsdienst. Zijn er slechts tien geboden of gaat het om een uitgebreid wetboek vol voorschriften op allerlei leefgebieden? Wat is rechtsorde? = De wet of rechtsorde krijgt een bovenmenselijk gewicht. Zelfde vraag als bij theocratie: zijn het uiteindelijk niet toch de mensen die de wetten maken? En is dan niet stilzwijgend de soevereiniteit overgeheveld naar de makers en uitleggers van de wet? Wat is ongelijkheid als politieke vorm? = Een deel van de samenleving heerst over een ander deel. De klassieke filosofie kenden eigenlijk alleen deze politieke vormen: monarchie, aristocratie en democratie. Wat is monarchie? = Alleenheerschappij. Lijkt op theocratie of rechtsorde. De alleenheerser staat boven de rest zijn wil is wet (kan goddelijk karakter hebben). In zuivere vorm alle andere mensen gelijk, namelijk in hun onderwerping, maar in de praktijk ongelijkheid omdat de een dichter bij de troon staat dan de ander. De representatieve rol is van belang. Soeverein in de rangorde van beslissingen boven alle partijen verheven. Symboliseert de eenheid van de politieke orde. Wat is Regentendom (Oligarchie)? = Een groep mensen die zich onderscheidt van de rest van de bevolking en op grond van dit onderscheid aanspraak maakt op de hoogste macht. Er zijn drie vormen: Aristocratie, Plutocratie en Meritocratie. Welke drie vormen zijn er bij Regentendom (Oligarchie)? = Aristocratie, Plutocratie en Meritocratie. Wat is Aristocratie? = Mensen heersen op grond van opvoeding en afkomst, dus de mensen uit de beste families. Historisch gezien geworteld in het grootgrondbezit. Het bestaan van een klasse met een sterke eigen cultuur, waaruit de bestuurlijk bovenlaag wordt gerekruteerd: dit geeft stabiliteit. Wat is Plutocratie? = Politieke elite bestaat uit de rijksten. Toetreding staat los van geboorterecht. Een rechtvaardiging voor een heerschappij van de rijken is (a) dat zij voldoende middelen hebben om in hun bestaat te voorzien en dus vrij zijn zich aan de publieke zaak te wijden, en (b) dat zij als de beheerders van de productievoorwaarden in een samenleving degenen zijn die de mensen aan het werk houden en een bestaan geven. Wat is Meritocratie? = Mensen worden in de politiek aangesteld op grond van persoonlijke diensten, bepaalde prestaties of speciale inzichten. Wat is Democratie? = Heft onderscheidt tussen bevolkingsgroepen op en daarmee de politieke ongelijkheid. Het volk heerst als geheel. Welke haken en ogen zitten er in de praktijk aan de democratie? = Het is gemakkelijker voor te stellen dat één mens of een groep mensen de macht grijpt en weet te behouden dan een heel volk, zeker als het om een groot aantal mensen gaat. Een volksvertegenwoordiging ligt voor de hand: het volk is dan weliswaar soeverein op het moment dat het de macht geeft aan zijn vertegenwoordiging, maar vervolgens is het deze groep die het bewind overneemt.
Ingezonden op 21-10-2016 - 1182x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!