Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Fuentes - Spaans voor beginners deel 1
› 3 Vocabulario
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Fuentes - Spaans voor beginners deel 1
3 Vocabulario
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
¿A qué te dedicas? = Wat doe je (voor werk)? ¿De dónde eres? = Waar kom je vandaan? abrir = openen aprender = leren el barrio = de wijk buscar = zoeken Busco trabajo. = Ik zoek werk. el campo de fútbol = het voetbalveld el chiringuito = het strandtentje comer = eten la comida saludable y fresca = gezond en vers eten compartir = kopen correr = hardlopen la costa occidental = de westkust creer = denken/geloven decidir = besluiten el departamento (México) = het appartement (el piso:Spaans) los dueños = de eigenaren en el centro = in het centrum Es estudiante. = Hij/zij is student. escribir = schrijven escuchar = luisteren el estudio = de studio hablar = spreken nuestro hijo = ons kind/onze zoon leer = lezen mi marido = mijn echtgenoot el mensaje = het bericht mi novio/novia = mijn vriend/vriendin la oficina = het kantoor el piso luminoso = het lichte appartement la semana = de week ser/ser de = zijn/komen uit Soy ama de casa. = Ik ben huisvrouw Soy autónomo/autónoma. = Ik ben zelfstandig ondernemer/onderneemster. Soy cantante. = Ik ben zanger/zangeres. Soy cocinero/cocinera. = ik ben kok/kokkin. Soy de Holanda. = Ik kom uit Nederland. Soy electricista. = Ik ben elektricien. Soy feliz. = Ik ben gelukkig. Soy masajista. = Ik ben masseur/masseuse. Soy médico/médica. = Ik ben arts. Soy periodista. = Ik ben journalist/journaliste. Soy profesor/profesora. = Ik ben leraar/lerares. Soy recepcionista. = Ik ben receptionist. Soy socorrista. = Ik ben strandwacht/badmeester/-juffrouw. subir = stijgen/instappen tener/tener que = hebben/moeten Tengo 29 años. = Ik ben 29 jaar. tomar = nemen trabajar = werken Trabajo en casa. = ik werk thuis. Trabajo en un hospital. = Ik werk in een ziekenhuis. Trabajo en una escuela. = Ik werk op een school. vender = verkopen viajar = reizen vivir = wonen/leven
Ingezonden op 26-10-2016 - 272x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!