Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Fuentes - Spaans voor halfgevorderden deel 1
› 2 Vocabulario
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Fuentes - Spaans voor halfgevorderden deel 1
2 Vocabulario
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
¿Dónde naciste? = Waar ben je geboren? el abrazo = de kus, de omhelzing aparecer (zc) = verschijnen asesinar = vermoorden averiarse = kapot gaan el carnet de conducir = het rijbewijs la carta = de brief el chiringuito = het strandtentje conocer (zc) = kennen, leren kennen contestar = beantwoorden el cuadro = het schilderij el cumpleaños = de verjaardag dejar = laten, verlaten la dependienta = de verkoopster (in een winkel) el coche se averió = de auto ging kapot el pintor murió = de schilder stierf encontrar (ue) = vinden enseñar = laten zien, lesgeven entro otros = onder andere el escritor = de schrijver famoso = beroemd la fecha de nacimiento = de geboortedatum la fiesta de sorpresa = de surprise party hace más de un año = meer dan een jaar geleden instalarse en = zich vestigen in llegar = aankomen el lugar de nacimiento = de geboorteplaats el lugar = de plaats, de plek mandar = opsturen mi hermanito = mijn broertje mi pregunta = mijn vraag mudarse a = verhuizen naar el mundo = de wereld nacer (zc) = geboren worden Nací en Holanda. = Ik ben geboren in Nederland. Nacío en Málaga. = Hij is geboren in Málaga. la Nochevieja = Oudejaarsavond la obra de teatro = het toneelstuk Picasso fue pintor. = Picasso was schilder. el pintor = de schilder el plato = het bord, het gerecht el poema = het gedicht el poeta = de dichter la postal = het kaartje recomendar (ie) = aanbevelen prometer = beloven el siglo = de eeuw su obra más famosa = zijn beroemdste werk tirar = weggooien, trekken tirar a la basura = in de prullenbak gooien trasladarse a = verhuizen naar trata sobre = het gaat over tratar sobre = gaan over unir = verbinden el vuelo de vuelta = de terugvlucht el vuelo = de vlucht
Ingezonden op 27-10-2016 - 223x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
29-10-2016
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!