Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Choco lijsten vwo 5
› 3 Engels woordjes 3.5
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Choco lijsten vwo 5
3 Engels woordjes 3.5
Jaar 5 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
aan de kant van de weg stoppen = pull over aandoening = condition aangrenzend = adjoining bereiken = bring about beschouwen als = regard as bevorderen = promote bewoner = occupant binnen (+ periode) = within binnenlands = domestic Boontje komt om z'n loontje. = What goes around, comes around. een gebrek hebben aan = lack jaarlijks = annual kennis = acquaintance kunnen (maar) beter = had better luchtvaartmaatschappij = airline company machtig = mighty mits = provided monnik = monk onbelangrijk; weinig voorstellend = trivial onderhandelen = bargain ondertussen; intussen = meanwhile oprichten = establish overstappen = change pinautomaat = cash machine; ATM plannnen voor een bepaald tijdstip = schedule rijkdom = riches rondlopen = wander roofvogel = bird of prey straatverkoper = vendor tientallen = dozens tussen; onder = among uitgeput = exhausted valk = falcon van enorm belang; cruciaal = crucial van tevoren = in advance vergelijkbaar = comparable vergevorderd = advanced vertoning = display vertrek naar = departure for voordeel hebben van = benefit from vooruitgang boeken = make progress wederzijds = mutual Wie goed doet, goed ontmoet. = What you give is what you get. adverse = negatief; nadelig archery = boogschieten benign = aardig; vriendelijk consecutive = opeenvolgend demanding = veeleisend derelict = vervallen derogatory = minachtend; kleinerend dismiss = verwerpen entail = met zich meebrengen gruesome = gruwelijk immerse yourself in = geheel opgaan in influx = toevloed liability = aansprakelijkheid malevolent = kwaadaardig massive = enorm mock = namaak-; nep- ominous = onheilspellend prowess = bekwaamheid re-enactment = heropvoering savvy = gewiekst seizure = inbeslagname skirmish = gevecht; schermutseling vicinity = omgeving whilst = terwijl yearning = sterk verlangen
Ingezonden op 24-01-2017 - 410x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!