Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Italiano 3

1 Italiano 3 week 1 17.1 p.268, 17.2 t/m p. 272

la ruota di scorta = het reservewiel
l'attesa = het wachten
il carro attrezzi = de takelwagen
rimorchiare = (weg)slepen
la vettura, l'autovettura = de personenwagen, de auto
l'auto(mobile) (f) = de auto
l'automezzo = het motorvoertuig
rallentare = vaart minderen, langzamer gaan rijden
attraversare = oversteken
la targa = het nummerbord
il segnale = het verkeerstegen, het sein, het signaal
segnalare = signaleren, aanduiden
il tettuccio apribile = het open dak, het schuifdak
l'aria condizionata = de airconditioning
l'ABS (m) = het antiblokkeersysteem
l'antifurto = het inbraakalarm
la chiusura centralizzata = de centrale vergrendeling
il cambio = de versnellingsbak, de schakeling
la frizione = de koppeling
spegnersi = uitgaan, afslaan (motor)
la salita = de helling, de stijging, het stijgen
ripido, a = steil
la discesa = de helling, de daling, het dalen
il motorino = de brommer
usato, a = gebruikt, tweedehands
il fuoristrada = de terreinwagen
la station wagon = de stationcar
il portapacchi = de bagagedrager
il libretto di circolazione = het kentekenbewijs
la circolazione (stradale) = het wegverkeer
la confusione = de drukte, de chaos
l'ora di punta = het spitsuur
la precedenza = de voorrang
avanzare = vooruitgaan, doorrijden
proseguire = verder rijden, de weg vervolgen
Alt! = Stop!, Halt!
sostare = stilstaan, geparkeerd staan, onderweg stoppen
la sosta = de (tussen)stop, de rust, de pauze
sorpassare = inhalen
la velocità = de snelheid
il limite di velocità = het snelheidslimiet, de maximumsnelheid
il controllo radar = de radarcontrole
l'autovelox (m) = de flitspaal
la prova del tasso alcolico = de alcoholtest
la contravvenzione = de bekeuring
rientrare = (weer) thuiskomen, terugkomen
tornare indietro = omkeren, teruggaan
voltare = keren, afslaan (naar)
svoltare = afslaan (naar)
spostarsi = zich verplaatsen, reizen
la strettoia = de wegversmalling
la deviazione = de omleiding, de wegomlegging
la barriera = de versperring, de barrière
il senso vietato = het inrijverbod
il senso unico = het eenrichtingsverkeer
smarrire la strada (smarrisco), smarrirsi = de weg kwijtraken, verdwalen
perdersi = verdwalen, elkaar kwijtraken
l'indicazione (f) = de aanwijzing, de aanduiding
distante = ver weg
la (benzina) super = de super(benzine)
la benzina verde = de milieuvriendelijke benzine
senza piombo = loodvrij, ongelood
il gasolio = de diesel
poco tossico = milieusparend
non tossico = niet schadelijk voor het milieu
autostradale = snelwegen-
l'autogrill (m) = het wegrestaurant
la stazione = het station
la stazione centrale = het centraal station
accompagnare qualcuno = iemand wegbrengen, met iemand meegaan
il portabagagli = de kruier
l'altoparlante = de luidspreker
il ritardo = de vertraging
il marciapiede = het perron
il binario = het spoor
il treno = de trein
il vagone = de wagon, de spoorwagen
la carrozza = de treinwagon, het rijtuig
la prima classe = de eerste klas
la seconda classe = de tweede klas
il finestrino = het (trein)raampje
sporgersi = naar buiten leunen
la dogana = de douane
sbarrare = versperren, (de weg) afsluiten
la sbarra = de slagboom
andare = gaan, rijden, lopen
durare = duren
partire = vertrekken, weggaan
fermarsi = stoppen, ergens (een tijdje) blijven
avviarsi = op weg gaan
la distanza = de afstand
il chilometro = de kilometer
lento, a = langzaam
rapido, a = snel, vlug
veloce = snel
dritto, a = rechtuit, rechtdoor
a destra = rechts, naar rechts
a sinistra = links, naar links

Ingezonden op 03-02-2017 - 1103x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Italiano 3

1 Italiano 3 week 1 17.1 p.268, 17.2 t/m p. 272