Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
A1.1 Spaans beginners 1
› 2 Hablar sobre objectos de la vida diaria
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
A1.1 Spaans beginners 1
2 Hablar sobre objectos de la vida diaria
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
a ver = eens kijken aceintunas, unas = een paar olijven agua, la = het water amor, el = de liefde bici, la = de fiets bocadillo, un = een belegde broodje; hapje boligrafo, el = de pen bombones, unos = een paar bonbons cancion, la = het liedje casa, la = het huis catorce = 14 cero = 0 cerveza, la = het bier cinco = 5 ciudad, la = de stad coche, el = de auto copa de vino, una = een glas wijn cuaderno, un = een schrift; een schrijfboek cuanta gente = hoeveel mensen cuantas revistas = hoeveel tijdschriften cuanto/a = hoeveel cuantos estudiantes hay = hoeveel studenten zijn er cuantos ordenadores = hoeveel computers cuarenta = 40 cuatro = 4 diecinueve = 19 dieciocho = 18 dieciseis = 16 diecisiete = 17 diez = 10 doce = 12 dos = 2 encuesta, una = een enquete ensalada, una = een salade fruta, la = het fruit galletas, unas = een paar koekjes gato, el = de kater; de kat hay = er is; er zijn hay un problema = is er een probleem hombre, el = de man; de mens lampara, la = de lamp leche, la = de melk libro, el = het boek llaves, las = de sleutels manana = morgen manana, la = de ochtend; de morgen; de voormiddag mano, la = de hand mapa, el = de kaart; de plattegrond mesa, la = de tafel mochila, una = een rugzak movil, el = de mobiele telefoon mujer, la = de vrouw nueve = 9 ocho = 8 once = 11 ordenador, el = de computer oye = he; hoor eens pared, la = de muur pelicula, la/una = de film; een film pequeno/a = klein periodico, el = de krant; het dagblad pizarra, la = het (school-) bord problema, el = het probleem puerta, la = de deur que es eso = wat is dat que es esto = wat is dit que prefieres = wat heb je liever quince = 15 reloj, el = de klok; het horloge rotulador, el = de stift seis = 6 siete = 7 silla, la = de stoel; het zadel tambien = ook tele, la = de tv; de televisie trece = 13 treinta = 30 treinta y cinco = 35 treinta y cuatro = 34 treinta y dos = 32 treinta y nueve = 39 treinta y ocho = 38 treinta y seis = 36 treinta y siete = 37 treinta y tres = 33 treinta y uno = 31 tres = 3 tumbona, la = de strandstoel uno = 1 vaso de agua, un = een glas water veinte = 20 veinticinco = 25 veinticuatro = 24 veintidos = 22 veintinueve = 29 veintiocho = 28 veintiseis = 26 veintisiete = 27 veintitres = 23 veintiuno = 21 ventana, la = het raam viaje, el = de reis yo tambien = ik ook
Ingezonden op 26-06-2017 - 568x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
02-07-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!