Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Staatsrecht
› 2 College 2
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Staatsrecht
2 College 2
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Wat zijn kenmerken van de Nederlandse Grondwet? = 2e open rechtssysteem: grondwet regelt alleen de hoofdzaken en bevat vage of open normen. De vage normen moet je nadere invulling geven. Wat staat er in Artikel 42 van de Grondwet? = Lid 1: De regering wordt gevormd door de Koning en de ministers. Lid 2: De koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk. Wat staat er in Artikel 45 van de Grondwet? = Lid 1: De ministers vormen te zamen de ministerraad. Lid 2: De minister-president is voorzitter van de ministerraad. Lid 3: De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen regeringsbeleid en bevordert de eenheid van het beleid. Wat is een open rechtssysteem? = De grondwet regelt alleen de hoofdzaken en bevat vage of open normen. De vage normen moet je nadere invulling geven. Noem voorbeelden van het open rechtssysteem. = Art. 42 zegt hoe de regering wordt samengesteld. Het zegt niets over de machtsverhouding, alleen de samenstelling. In deze open norm zou de koning heel belangrijk kunnen zijn of onbelangrijk. In lid 2 zie je dat de koning onschendbaar is, maar wat is onschendbaarheid dan? Hoe ziet dat er civielrechtelijk uit? De grondwet geeft geen antwoord. Art. 45 is ook een voorbeeld van open wetgeving. Hoe belangrijk is de minister-president? Gelijk aan ministers of hoger? Verhoudingen worden niet genoemd. Zo kun je allerlei grondwetsbepalingen erbij pakken en uitleggen dat het open is. Ook in een open rechtssysteem zijn er grenzen aan dat rechtssysteem. De vraag is in hoeverre is de minister-president regeringsleider en in hoeverre kan hij zijn macht uitbreiden? Mag hij aanwijzingen geven aan de ministers? Dan zou hij boven ze staan. Dan kijk je naar lid 2. Hij is voorzitter en geen leidinggevende. Dat is de grens in het artikel. Zo zie je dat er ook in een open rechtssysteem grenzen zijn. Wie kijkt en in laatste instantie naar de grondwet en wie bepaalt dat? = In heel veel landen heeft de rechter het laatste woord, maar in Nederland niet. De rechter mag niet beslissen dat een wet in strijd met de grondwet is en nietig verklaren. In Nederland heeft de rechter niet het laatste woord. De rechter mag wetten en verdragen niet toetsen aan de grondwet. Dat is een beperkt toetsingsverbod. De rechter mag allerlei andere regelingen wel toetsen aan de grondwet. Het parlement oordeelt dus zelf of ze een voorstel grondwettig vinden. Dus je laat degene die iets maakt ook beslissen of het wetmatig is. De raad van staten geeft er wel advies over, maar daar hoeft het parlement niet naar te luisteren. Wat staat er in artikel 120 van de Grondwet? = De rechter treedt niet in de beoordeling van de grondwettigheid van wetten en verdragen. Lid 1: De regering wordt gevormd door de Koning en de ministers. Lid 2: De koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk. Welk artikel is dit? = Art. 42 GW. Lid 1: De ministers vormen te zamen de ministerraad. Lid 2: De minister-president is voorzitter van de ministerraad. Lid 3: De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen regeringsbeleid en bevordert de eenheid van het beleid. Welk artikel is dit? = Art. 45 GW. De rechter treedt niet in de beoordeling van de grondwettigheid van wetten en verdragen. Welk artikel is dit? = Art. 120 GW. Wat staat er in artikel 94 van de Grondwet? = Binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften vinden geen toepassing, indien deze toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties. Wat mag de rechter wel toetsen? = Provinciaal en gemeente toetsen. Wat betekent artikel 94 van de Grondwet? = Dat de rechter een wet wel buiten werking mag stellen omdat het in strijd is met een wetsbepaling. Dus wel in grondrechten in verdragen. Al 10 jaar wordt er geprobeerd om artikel 120 van de grondwet te schappen. Waarom gebeurt dit niet? = Omdat ze bang zijn dat de rechter dan te machtig wordt. Wat is formele constitutie? = De grondwet. Wat is in Nederland de hoogste regeling? = Het Europese recht. Hoe werkt het Europese recht door in de lidstaten? = De EU is erop gericht om een gemeenschappelijke markt, dus een gemeenschappelijke rechtsorde te maken. De 28 (en binnenkort 27) lidstaten moeten gebonden zijn aan het Europese recht. Dus de verordeningen en richtlijnen moeten overal werken. En daarom hebben Europese rechten voorrang op Nationaal recht. Het impliceert dat de lidstaten een deel van hun soevereiniteit kwijtraken. Lidstaten mogen niet meer afwijken van het Europees recht en dan is het kwaad geschied want dan staat het Europees recht boven de grondwet. En zelfs zoiets als de bananenrichtlijn: hoe krom de bananen moeten zijn en welke kleur ze moeten hebben. Rechte bananen zijn niet meer welkom in de EU en dit is dus van hogere orde dan onze grondwet. Nederland werkt hier aan mee, maar er zijn landen die zeggen dat de Europese wet voorrang heeft, behalve op de grondwet. Zo zijn er veel landen die hun grondbeginselen voor laten gaan. Daarin is Nederland een uitzonderingspositie. Als de grondwet in strijd is met het Europese recht, gaat het Europese recht voor. En dus mag de rechter ook wetten aan het Europese recht toetsen. Wat is een andere rechtsbron dan de Grondwet? = Het Europese recht en ongeschreven rechtsbronnen. Welke bijzondere status hebben verdragen? = De rechter mag wettelijke voorschriften toetsen aan verdragen, dus ook aan grondwettelijke voorschriften. En veel van die verdragen bevatten grondrechten bijv. van de VN en beschermen van de rechten van de mens. Die verdragen zijn in onze constitutionele rechtsorde heel belangrijk. Wat zijn organieke wetten? = Onder de grondwet zitten wetten en regelingen. En een deel van die wetten zijn staatsrecht. Gewone wetten die ambten instellen en bevoegdheden toekennen. We noemen dit soort wetten organieke wetten. Wat is HvJ EG 5 februari 1963 ( van Gend en Loos)? = Dat het oogmerk van het E.E.G.-Verdrag, namelijk de instelling van een gemeenschappelijke markt wier werkzaamheid de ingezetenen der Gemeenschap rechtstreeks betreft, meebrengt dat dit Verdrag meer is dan een overeenkomst welke slechts wederzijdse verplichtingen tussen de verdragsluitende mogendheden schept; (...) dat uit deze omstandigheden moet worden afgeleid, dat de Gemeenschap in het volkenrecht een nieuwe rechtsorde vormt ten bate waarvan de Staten, zij het op een beperkt terrein, hun soevereiniteit hebben begrensd en waarbinnen niet slechts deze Lid-Staten, maar ook hun onderdanen gerechtigd zijn; Wat is HvJEG Costa Enel 1964? = DEZE OPNEMING IN HET RECHT DER LID-STATEN VAN UIT GEMEENSCHAPSRECHTELIJKE BRON VOORTKOMENDE RECHTSREGELS EN, MEER IN HET ALGEMEEN, DE GEEST EN DE INHOUD VAN HET VERDRAG, HEBBEN TOT GEVOLG DAT DE STATEN TEGEN DE RECHTSORDE, DIE ZIJ OP BASIS VAN WEDERKERIGHEID HEBBEN AANVAARD, NIET KUNNEN INGAAN MET EEN LATER, EENZIJDIG AFGEKONDIGD WETTELIJK VOORSCHRIFT; EEN DERGELIJK VOORSCHRIFT KAN DERHALVE NIET BOVEN DE RECHTSORDE VAN DE GEMEENSCHAP WORDEN GESTELD . HET VERDRAGSRECHT, DAT UIT EEN AUTONOME BRON VOORTVLOEIT, KAN OP GROND VAN ZIJN BIJZONDER KARAKTER NIET DOOR ENIG VOORSCHRIFT VAN NATIONAAL RECHT OPZIJ WORDEN GEZET, ZONDER ZIJN GEMEENSCHAPSRECHTELIJK KARAKTER TE VERLIEZEN EN ZONDER DAT DE RECHTSGROND VAN DE GEMEENSCHAP ZELF DAARDOOR WORDT AANGETAST . Binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften vinden geen toepassing, indien deze toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties. Welk artikel is dit? = Art. 94 GW. Wat staat er in artikel 93 van de grondwet? = Bepalingen van verdragen en besluiten van volkenrechterlijke organisaties, die naar haar inhoud een ieder kunnen verbinden, hebben verbindende kracht nadat zij zijn bekendgemaakt. Wat zijn ongeschreven rechtsbronnen? = Bijv. Een rechtspraak levert een rechtsbron op en dat is vreemd. De rechter maakt geen rechtsregeling, maar beslist een geschil. Maar bij het beslissen van dat geschil legt de rechter de grondwet uit en bij die uitleg ontstaan ongeschreven regels. En de rechter zal niet de ene keer dit en de andere keer dat beslissen, maar zal een lijn aanhouden in de jurisprudentie. Soms verzint de rechter zelf een rechtsnorm zonder uitleg van de wetgeving. Noem een paar voorbeelden van ongeschreven rechtsbronnen. = Arrest Hoge Raad Fluoridering: Het gaat over gemeente Amsterdam die iets goeds wil doen, dus gaan ze fluor toevoegen aan het drinkwater. Er is geen enkele regeling, alleen een opdracht. Er komt bezwaar, dus gaan ze tabpunten maken, waar je met je jerrycan naar toe kan voor water zonder fluor. En die zaak komt voor de Hoge raad en die zegt: Hoe kun je zo’n ingrijpende maatregel maken? Water is namelijk een 1e levensbehoefte. Die beslissing kun je niet zomaar maken zonder dat er een wettelijke regeling is. De Hoge raad geeft hier invulling aan het legaliteitsbeginsel: de overheid mag alleen handelen voorafgaande wet. Als de overheid een ingrijpende maatregel maakt, moet er een voorafgaande wet zijn. De Hoge Raad verzint hier een legaliteitsprincipe, want dat staat niet in de wet en dat is een goede vondst. Dan komt de vraag: waarom alleen ingrijpende maatregelen en niet alle? Volgens de Hoge raad geldt het voor alleen ingrijpende maatregelen. En of het ingrijpende is moet je per geval bekeken worden. Dit is een goede illustratie van hoe belangrijk de uitspraak van het hoge rechtshof kan zijn. Ander ongeschreven recht: We accepteren in het staatsrecht ook dat regering en parlement zelf ongeschreven regels kunnen bedenken. Ze staan nergens, maar ze worden geaccepteerd als rechtsregel. De belangrijkste rechtsregel in het parlement in ongeschreven: Vertrouwensregel. Die regel staat niet vastgelegd in de grondwet (in andere landen wel) maar hij is bij ons bedacht door het parlement en is nu ongeschreven. Wat is het Arrest Hoge Raad Fluoridering? = Het gaat over gemeente Amsterdam die iets goeds wil doen, dus gaan ze fluor toevoegen aan het drinkwater. Er is geen enkele regeling, alleen een opdracht. Er komt bezwaar, dus gaan ze tabpunten maken, waar je met je jerrycan naar toe kan voor water zonder fluor. En die zaak komt voor de Hoge raad en die zegt: Hoe kun je zo’n ingrijpende maatregel maken? Water is namelijk een 1e levensbehoefte. Die beslissing kun je niet zomaar maken zonder dat er een wettelijke regeling is. De Hoge raad geeft hier invulling aan het legaliteitsbeginsel: de overheid mag alleen handelen voorafgaande wet. Als de overheid een ingrijpende maatregel maakt, moet er een voorafgaande wet zijn. De Hoge Raad verzint hier een legaliteitsprincipe, want dat staat niet in de wet en dat is een goede vondst. Dan komt de vraag: waarom alleen ingrijpende maatregelen en niet alle? Volgens de Hoge raad geldt het voor alleen ingrijpende maatregelen. En of het ingrijpende is moet je per geval bekeken worden. Wat is de vertrouwensregel in de regering en het parlement? = Een minister dient ontslag aan als hij/zij het vertrouwen van de meerderheid van het parlement verliest. Welke uitgangspunten/beginselen zijn bepalend voor het staatsrecht? = Constitutionele uitgangspunten. Wat zijn constitutionele uitgangspunten? = Machtenscheiding en de Democratische rechtsstaat. Onder andere welke filosoof heeft de machtenscheiding bedacht? = John Locke. (De machtenscheiding van de edelen.) Van wanneer tot wanneer leefde John Locke? = Van 1632 tot 1704. Waar is de machtenscheiding op gericht? = Op het beperken van de overheidsmacht. In oorsprong beperking van de macht van de koning. En die macht beperk je door het te verdelen. Waartoe leidt concentratie van de overheidsmacht op één plek? = Tot willekeur. Wat bevorder je bij de machtenscheiding? = De vrijheid van burgers. Van welke drie overheidsfuncties en instanties ga je uit in een staat? = Wetgeving – Parlement, Bestuur – De regering, Rechtspraak – De rechter. Wat zijn kenmerken van de 3 ambten van de machtenscheiding? = Ze zijn gelijkwaardig, zelfstandig en onafhankelijk. Wat staat er in artikel 57 van de grondwet? = Lid 1: Niemand kan lid van beide kamers zijn. Lid 2: Een lid van de Staten-Generaal kan niet tevens zijn minister, staatssecretaris, lid van de Raad van State, lid van de Algemene Rekenkamer, Nationale ombudsman of substituut-ombudsman, of lid van op procureur-generaal of advocaat-generaal bij de Hoge Raad. Lid 3: Niettemin kan een minister of staatssecretaris, die zijn ambt ter beschikking heeft gesteld, dit ambt verenigen met het lidmaatschap van de Staten-Generaal, totdat omtrent die beschikbaarstelling is beslist. Lid 4: De wet kan ten aanzien van andere openbare betrekkingen bepalen dat zij niet gelijktijdig met het lidmaatschap van de Staten-Generaal of van een der kamers kunnen worden uitgeoefend. Wat zie je in artikel 57 van de grondwet? = De onverenigbare functies. Leden van het parlement kunnen niet tevens minister zijn. Het artikel is ook gebrekkig. Andere functies worden ten onrechte niet onverenigbaar verklaard. Bijv. de combinatie Kamerlid en rechter. Dus art. 57 GW regelt het maar ten delen. Wat staat er in artikel 57 a van de grondwet? = De wet regelt de tijdelijke vervanging van een lid van de Staten-Generaal wegens zwangerschap en bevalling, alsmede wegens ziekte. Wat staat er in artikel 58 van de grondwet? = Elke kamer onderzoekt de geloofsbrieven van haar nieuwbenoemde leden en beslist met inachtneming van bij de wet te stellen regels de geschillen welke met betrekking tot de geloofsbrieven of de verkiezingen zelf rijzen. Wat betekent artikel 58 van de grondwet? = Het parlement beslist zelf over de toelating van nieuwe leden. Het is dus niet de regering of de rechter. Bepalingen van verdragen en besluiten van volkenrechterlijke organisaties, die naar haar inhoud een ieder kunnen verbinden, hebben verbindende kracht nadat zij zijn bekendgemaakt. Welk artikel is dit? = Art. 93 GW. Lid 1: Niemand kan lid van beide kamers zijn. Lid 2: Een lid van de Staten-Generaal kan niet tevens zijn minister, staatssecretaris, lid van de Raad van State, lid van de Algemene Rekenkamer, Nationale ombudsman of substituut-ombudsman, of lid van op procureur-generaal of advocaat-generaal bij de Hoge Raad. Lid 3: Niettemin kan een minister of staatssecretaris, die zijn ambt ter beschikking heeft gesteld, dit ambt verenigen met het lidmaatschap van de Staten-Generaal, totdat omtrent die beschikbaarstelling is beslist. Lid 4: De wet kan ten aanzien van andere openbare betrekkingen bepalen dat zij niet gelijktijdig met het lidmaatschap van de Staten-Generaal of van een der kamers kunnen worden uitgeoefend. Welk artikel is dit? = Art. 57 GW. De wet regelt de tijdelijke vervanging van een lid van de Staten-Generaal wegens zwangerschap en bevalling, alsmede wegens ziekte. Welk artikel is dit? = Art. 57a GW. Elke kamer onderzoekt de geloofsbrieven van haar nieuwbenoemde leden en beslist met inachtneming van bij de wet te stellen regels de geschillen welke met betrekking tot de geloofsbrieven of de verkiezingen zelf rijzen. Welk artikel is dit? = Art. 58 GW. Wat staat er in artikel 71 van de Grondwet? = De leden van de Staten-Generaal, de ministers, de staatssecretarissen en andere personen die deelnemen aan de beraadslaging, kunnen niet in rechte worden vervolgd of aangesproken voor hetgeen zij in de vergaderingen van de Staten-Generaal of van commissies daaruit hebben gezegd of aan deze schriftelijk hebben overlegd. Wat staat er in artikel 72 van de Grondwet? = De kamers stellen elk afzonderlijk en in verenigde vergadering een reglement van orde vast. Wat staat er in artikel 117 van de Grondwet? = Lid 1: De leden van de rechterlijke macht met rechtspraak belast en de procureur-generaal bij de Hoge Raad worden bij Koninklijk besluit voor het leven benoemd. Lid 2: Op eigen verzoek en wegens het bereiken van een bij wet te bepalen leeftijd worden zij ontslagen. Lid 3: In de gevallen bij de wet bepaald kunnen zij door een bij de wet aangewezen, tot de rechterlijke macht behorend gerecht worden geschorst of ontslagen. Lid 4: De wet stelt overigens hun rechtspositie. Wat betekent artikel 71 van de Grondwet? = Dit artikel regelt dat leden van het parlement niet aansprakelijk kunnen worden gesteld voor de rechter voor wat ze zeggen in het parlement. Dat kan wel als je het buiten het parlement zegt. Wat betekent artikel 72 van de Grondwet? = Dit artikel legt vast dat de kamers van het parlement reglement van ordes vaststelt. Dus het parlement bepaalt eigen werkwijze en parlement. Wat betekent artikel 117 van de Grondwet? = Dit artikel legt vast dat rechters benoemd worden voor het leven. Dat maakt hem onafhankelijk. Het is niet echt benoeming van het leven, maar tot 70 jaar. Dan krijg je ontslag met pensioen. (In Amerika wel voor het leven, dus daar hebben ze demente rechters, die worden niet meer ingeroosterd.) Dit is een voorbeeld van organisatorische machtenscheiding. Waarom is de scheiding van de machten niet absoluut? = Want dan krijg je drie dictators. Je moet de machtenscheiding relativeren en dat doe je door controle mechanisme en gedeelde bevoegdheden. Hoe wordt de machtenscheiding gerelativeerd door controle mechanisme en gedeelde bevoegdheden? = 1. Ministeriele verantwoordelijkheid. 2. Het parlement controleert de regering, maar de regering kan het parlement ontbinden. 3. De rechter controleert overheidsbesluiten. Zo kan de rechter besluiten van de overheid vernietigen. 4. In art. 81 van de Grondwet zien we dat niet de regering alleen, maar regering en het parlement samen wetten maken. 5. Art. 105: begroting. Uitgaven doen berust op een begroting. Regeling en parlement doen dat samen. 6. Regering besluit verdrag en parlement moet goedkeuren. De leden van de Staten-Generaal, de ministers, de staatssecretarissen en andere personen die deelnemen aan de beraadslaging, kunnen niet in rechte worden vervolgd of aangesproken voor hetgeen zij in de vergaderingen van de Staten-Generaal of van commissies daaruit hebben gezegd of aan deze schriftelijk hebben overlegd. Welk artikel is dit? = Art. 71 GW. De kamers stellen elk afzonderlijk en in verenigde vergadering een reglement van orde vast. Welk artikel is dit? = Art. 72 GW. Lid 1: De leden van de rechterlijke macht met rechtspraak belast en de procureur-generaal bij de Hoge Raad worden bij Koninklijk besluit voor het leven benoemd. Lid 2: Op eigen verzoek en wegens het bereiken van een bij wet te bepalen leeftijd worden zij ontslagen. Lid 3: In de gevallen bij de wet bepaald kunnen zij door een bij de wet aangewezen, tot de rechterlijke macht behorend gerecht worden geschorst of ontslagen. Lid 4: De wet stelt overigens hun rechtspositie. Welk artikel is dit? = Art. 117 GW. Wat staat er in artikel 81 van de Grondwet? = De vaststelling van wetten geschiedt door de regering en de Staten-Generaal gezamenlijk. Wat staat er in artikel 105 van de Grondwet? = Lid 1: De begroting van de ontvangsten en de uitgaven van het Rijk wordt bij de wet vastgesteld. Lid 2: Jaarlijks worden voorstellen van algemene begrotingswetten door of vanwege de Koning ingediend op het in artikel 65 bedoelde tijdstip. Lid 3: De verantwoording van de ontvangsten en uitgaven van het Rijk wordt aan de Staten-Generaal gedaan overeenkomstig de bepalingen van de wet. Door de Algemene Rekenkamer goedgekeurde rekeningen wordt aan de Staten-Generaal overlegd. Lid 4: De wet stelt regels omtrent het beheer van de financiën van het Rijk. Welke hoofdstukken van de grondwet zijn van toepassing op de machtenscheiding? = H 2,3,5,6. Wat staat er in artikel 92 van de Grondwet? = Met inachtneming, zo nodig, van het bepaalde in artikel 91, derde lid, kunnen bij of krachtens verdrag aan volkenrechterlijke organisaties bevoegdheden tot wetgeving, bestuur en rechtspraak worden opdragen. Wat staat er in artikel 50 van de Grondwet? = De Staten-Generaal vertegenwoordigen het gehele Nederlandse volk. Wat staat er in artikel 42 van de Grondwet? = Lid 1: De regering wordt gevormd door de Koning en de ministers. Lid 2: De koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk. Wat staat er in artikel 112 van de Grondwet? = Lid 1: Aan de rechterlijke macht is opgedragen de berechting van geschillen over burgerlijke rechten en over schuldvordering. Lid 2: De wet kan de berechting van geschillen die niet uit burgerlijke rechtsbetrekkingen zijn ontstaan, opdragen hetzij aan de rechterlijke macht, hetzij aan gerechten die niet tot de rechterlijke macht behoren. De wet regelt de wijze van behandeling en de gevolgen van de beslissingen. Wat staat er in artikel 44 van de Grondwet? = Lid 1: Bij Koninklijk besluit worden ministers ingesteld. Zij staan onder leiding van een minister. Lid 2: Ook kunnen ministers worden benoemd die niet belast zijn met de leiding van een miniserie. Wat staat er in artikel 45 van de Grondwet? = Lid 1: De ministers vormen te zamen de ministerraad. Lid 2: De minister-president is voorzitter van de ministerraad. Lid 3: De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen regeringsbeleid en bevordert de eenheid van dat beleid. Wat staat er in artikel 68 van de Grondwet? = De ministers en de staatssecretarissen geven de kamers elk afzonderlijk en in verenigende vergadering mondeling of schriftelijk de door een of meer leden verlangde inlichtingen waarvan het verstrekken niet in strijd is met het belang van de staat. Wat staat er in artikel 64 van de Grondwet? = Lid 1: Elk der kamers kan bij Koninklijk besluit worden ontbonden. Lid 2: Het besluit tot ontbinding houdt tevens de last in tot een nieuwe verkiezing voor de ontbonden kamer en tot het samenkomen van de nieuw gekozen kamer binnen drie maanden. Lid 3: De ontbinding gaat in op de dag waarop de nieuw gekozen kamer samenkomt. Lid 4: De wet stelt de zittingsduur van een na ontbinding optredende Tweede Kamer vast; de termijn mag niet langer zijn dan vijf jaren. De zittingsduur van een na ontbinding optredende Eerste Kamer eindigt op het tijdstip waarop de zittingsduur van de ontbonden kamer zou zijn geëindigd. Wat staat er in artikel 91 van de Grondwet? = Lid 1: Het Koninkrijk wordt niet aan verdragen gebonden en deze worden niet opgezet zonder voorafgaande goedkeuring van de Staten-Generaal. De wet bepaalt de gevallen waarin geen goedkeuring is vereist. Lid 2: De wet bepaalt de wijze waarom de goedkeuring wordt verleend en kan voorzien in stilzwijgende goedkeuring. Lid 3: Indien een verdrag bepalingen bevat welke afwijken van de Grondwet dan wel tot zodanig afwijken noodzaken, kunnen de kamers de goedkeuring alleen verlenen met ten minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen. De vaststelling van wetten geschiedt door de regering en de Staten-Generaal gezamenlijk. Welk artikel is dit? = Art. 81 GW. Lid 1: De begroting van de ontvangsten en de uitgaven van het Rijk wordt bij de wet vastgesteld. Lid 2: Jaarlijks worden voorstellen van algemene begrotingswetten door of vanwege de Koning ingediend op het in artikel 65 bedoelde tijdstip. Lid 3: De verantwoording van de ontvangsten en uitgaven van het Rijk wordt aan de Staten-Generaal gedaan overeenkomstig de bepalingen van de wet. Door de Algemene Rekenkamer goedgekeurde rekeningen wordt aan de Staten-Generaal overlegd. Lid 4: De wet stelt regels omtrent het beheer van de financiën van het Rijk. Welk artikel is dit? = Art. 105 GW. Met inachtneming, zo nodig, van het bepaalde in artikel 91, derde lid, kunnen bij of krachtens verdrag aan volkenrechterlijke organisaties bevoegdheden tot wetgeving, bestuur en rechtspraak worden opdragen. Welk artikel is dit? = Art. 92 GW. De Staten-Generaal vertegenwoordigen het gehele Nederlandse volk. Welk artikel is dit? = Art. 50 GW. Lid 1: Aan de rechterlijke macht is opgedragen de berechting van geschillen over burgerlijke rechten en over schuldvordering. Lid 2: De wet kan de berechting van geschillen die niet uit burgerlijke rechtsbetrekkingen zijn ontstaan, opdragen hetzij aan de rechterlijke macht, hetzij aan gerechten die niet tot de rechterlijke macht behoren. De wet regelt de wijze van behandeling en de gevolgen van de beslissingen. Welk artikel is dit? = Art. 122 GW. Lid 1: Bij Koninklijk besluit worden ministers ingesteld. Zij staan onder leiding van een minister. Lid 2: Ook kunnen ministers worden benoemd die niet belast zijn met de leiding van een miniserie. Welk artikel is dit? = Art. 44 GW. Lid 1: De ministers vormen te zamen de ministerraad. Lid 2: De minister-president is voorzitter van de ministerraad. Lid 3: De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen regeringsbeleid en bevordert de eenheid van dat beleid. Welk artikel is dit? = Art. 45 GW. De ministers en de staatssecretarissen geven de kamers elk afzonderlijk en in verenigende vergadering mondeling of schriftelijk de door een of meer leden verlangde inlichtingen waarvan het verstrekken niet in strijd is met het belang van de staat. Welk artikel is dit? = Art. 68 GW. Lid 1: Elk der kamers kan bij Koninklijk besluit worden ontbonden. Lid 2: Het besluit tot ontbinding houdt tevens de last in tot een nieuwe verkiezing voor de ontbonden kamer en tot het samenkomen van de nieuw gekozen kamer binnen drie maanden. Lid 3: De ontbinding gaat in op de dag waarop de nieuw gekozen kamer samenkomt. Lid 4: De wet stelt de zittingsduur van een na ontbinding optredende Tweede Kamer vast; de termijn mag niet langer zijn dan vijf jaren. De zittingsduur van een na ontbinding optredende Eerste Kamer eindigt op het tijdstip waarop de zittingsduur van de ontbonden kamer zou zijn geëindigd. Welk artikel is dit? = Art. 64 GW. Lid 1: Het Koninkrijk wordt niet aan verdragen gebonden en deze worden niet opgezet zonder voorafgaande goedkeuring van de Staten-Generaal. De wet bepaalt de gevallen waarin geen goedkeuring is vereist. Lid 2: De wet bepaalt de wijze waarom de goedkeuring wordt verleend en kan voorzien in stilzwijgende goedkeuring. Lid 3: Indien een verdrag bepalingen bevat welke afwijken van de Grondwet dan wel tot zodanig afwijken noodzaken, kunnen de kamers de goedkeuring alleen verlenen met ten minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen. Welk artikel is dit? = Art. 91 GW.
Ingezonden op 19-10-2017 - 1274x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!