Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Staatsrecht
› 4 College 4
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Staatsrecht
4 College 4
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Welke twee functies heeft de Koning? = Hij is het staatshoofd en hij is een deel van de regering. Waarom wordt de Koning niet als staatshoofd genoemd in de grondwet? = Omdat men dat vanzelfsprekend vond. Wat is een staatshoofd? = 1. Hij is de belangrijkste internationale vertegenwoordiger. 2. Dat internationale recht zegt dat de Koning zelfstandig verdragen mag sluiten. Dat zou betekenen dat de Koning in z’n eentje verdragen mag sluiten. Ook al bepaalt het internationale recht dat en wij in Nederland in de grondwet dat de regering verdragen sluit en niet de Koning alleen. Dus in ons eigen recht heeft de Koning die bevoegdheid niet. Maar als de Koning wel verdragen sluit, zijn we er aan verbonden, want het internationale recht geldt dan. Als hij dat zou doen, zou hij buiten staat worden verklaard. Maar alsnog zijn we er wel aan verbonden. 3. Ook nationaal is de Koning de eerste vertegenwoordiger van de staat. Dit is vooral een symbolische functie. Als er een ramp of feest is, is hij erbij en dan vertegenwoordigt hij Nederland. Er is één bepaling in de grondwet die betrekking heeft op de Koning als staatshoofd: art 41: De Koning richt zijn eigen huis in. Hij benoemd zijn eigen personeel als staatshoofd. In de regering handelt hij met de minister en als staatshoofd handelt hij zelfstandig. Er kan spanning ontstaan als de Koning zelfstandig handelt en de ministers verantwoordelijk zijn. Wat staat er in artikel 41 van de Grondwet? = De Koning richt, met inachtneming van het openbaar belang, zijn Huis in. Wat staat er in artikel 47 van de Grondwet? = Alle wetten en Koninklijke besluiten worden door de Koning en door een of meer ministers of staatssecretarissen ondertekend. Wat staat er in artikel 42 van de Grondwet? = Lid 1: De regering wordt gevormd door de Koning en de ministers. Lid 2: De Koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk. Is er in artikel 42 lid 1 sprake van gelijkwaardigheid? = Ja, de Koning is namelijk geen hoofd van de regering. Hij zit samen met hen in de regering. Ze zijn wederzijds van elkaar afhankelijk. Wat betekent artikel 47 van de Grondwet? = Voor alles wat de regering doet, geldt dat de Koning en 1 of meer ministers een handtekening moeten zetten. Zonder die twee handtekeningen is er geen wet. De Koning kan niet zelfstandig handelen en is afhankelijk van de ministers, maar andersom ook. Als we naar de praktijk kijken, zien we dat het initiatief altijd bij de ministers ligt. De Koning wacht altijd af tot ministers met een besluit komen. Dit wilden ze in de grondwet zetten, maar dat is niet gelukt. In de praktijk geldt die regel wel. Waarom zijn de ministers verantwoordelijk voor de Koning? = Omdat onschendbaarheid principieel niet aanvaardbaar is in een democratie. Dat hebben ze opgelost door een ander verantwoordelijk te maken. Daarom roepen we de minister president ter verantwoording voor alle gedragingen van de Koning, de Koning als staatshoofd en alle regeringshandelingen en de bijdrage van de Koning daaraan. Wat is het verschil van de verantwoording van minister president voor de Koning als staatshoofd en als regering? = Bij de regering gaat het om het regeringsbeleid. Als staatshoofd is ceremonieel in Nederland, maar in het buitenland is het enger. Verschil is dat de Koning als staatshoofd zelfstandig handelt. Het is dan veel moeilijker om de Koning tegen te houden. In de regering kan het effectiever geregeld worden, want je kunt niet je handtekening zetten en zo een besluit tegen houden. De ministers zijn ook verantwoordelijk voor privégedragingen van de Koning. Niet strafrechtelijk verantwoordelijk, maar wel politiek verantwoordelijk. Voor wie zijn de ministers nog meer verantwoordelijk? = We hebben naast de Koning ook andere leden van het Koninklijk huis. De kinderen zijn lid van het koninklijk huis. De wet bepaalt wie er lid van is en wijst die personen dan aan. Hierin zitten Beatrix, Maxima, de drie prinsessen, Constantijn, Laurentien, Margriet (zus van Beatrix) en haar echtgenoot. Deze ministeriele verantwoordelijkheid staat niet in de grondwet, maar die is in de praktijk gegroeid. Waarom is de ministeriele verantwoordelijkheid voor leden van het koninklijk huis zo gegroeid? = Omdat ze met hun gedragingen het openbare belang kunnen schaden. Het schaadt de aanzien van de monarchie. Hoe noemen we de ministeriele verantwoordelijkheid voor het koninklijk huis? = afgeleide ministeriele verantwoordelijkheid. Wat is het probleem met de ministeriele verantwoordelijkheid? = Het is een rare constructie, omdat de leden van het koninklijk huis niet in gezagsverhouding staat. De minister heeft niets te zeggen. Ze zijn vrij om te doen wat ze zelf willen. Dat kan de minister in moeilijkheden situaties brengen. Je bent verantwoordelijk, maar je kunt er niets aan doen. De Koning richt, met inachtneming van het openbaar belang, zijn Huis in. Welke wet is dit? = Art. 41 GW. Lid 1: De regering wordt gevormd door de Koning en de ministers. Lid 2: De Koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk. Welk artikel is dit? = Art. 42 GW. Alle wetten en Koninklijke besluiten worden door de Koning en door een of meer ministers of staatssecretarissen ondertekend. Welk artikel is dit? = Art. 47 GW. Wat hoort de positie van de Koning te zijn en de moderne monarchie? = Art. 42 en 47 vooronderstellen afhankelijkheid. Volgens de grondwet kan de Koning elke wet tegenhouden door niet te tekenen. Is dat acceptabel dat zo iemand zo’n machtige positie in de regering heeft? Er is bij de discussie bij het maken van de grondwet verwezen naar de Britse doctrine. In de Britse doctrine heeft de Koning een veel beperktere positie. Hij mag geraadpleegd worden en waarschuwen, etc. Hij heeft een adviesfunctie. Dat is iets anders dan meebeslissen. De tekst in de grondwet in Nederland zegt dat de Koning meebeslist, maar ze zeiden toen dat de Koning in de praktijk slechts adviseert. Dus zou je die wetten anders moeten lezen dan ze er staan. En dit staat er zo, omdat de ministers verantwoordelijk zijn. Kanttekeningen: Er werd gezegd: ‘In de normale praktijk heeft de Koning een adviesfunctie.’ In welke situaties mag de Koning wel weigeren om te tekenen? We weten niet wat de praktijk is, omdat het overleg tussen de Koning en de ministers geheim blijft: geheim van de troon. We weten niet hoe lastig de Koning is en of hij zich beperkt tot de adviesfunctie. Het kan voorkomen dat de Koning of Koningin dwars ligt. Koningin Juliana en Wilhelmina lagen soms dwars en weigerden soms te tekenen. Voorbeeld Juliana die tegen doodstraf was en weigerde te tekenen voor de doodstraf van de ergste oorlogsmisdadigers. Als je de Koning buiten de regering wil zetten, moet de Koning daar voor tekenen, maar als de ministers dat willen, kunnen ze de Koning buiten staat verklaren en het de vervanger laten tekenen. Wat staat er in artikel 43 van de Grondwet? = De minister-president en de overige ministers worden bij koninklijk besluit benoemd en ontslagen. Wat staat er in artikel 44 van de Grondwet? = Lid 1: Bij Koninklijk besluit worden ministeries ingesteld. Zij staan onder leiding van een minister. Lid 2: Ook ministers worden benoemd die niet belast zijn met de leiding van een ministerie. Wat staat er in artikel 48 van de Grondwet? = Het Koninklijk besluit waarbij de minister-president wordt benoemd, wordt mede door hem ondertekend. De Koninklijke besluiten waarbij de overige ministers en de staatssecretarissen worden benoemd of ontslagen, worden mede door de minister-president ondertekend. Wat staat er in artikel 46 van de Grondwet? = Lid 1: Bij koninklijk besluit kunnen staatssecretarissen worden benoemd en ontslagen. Lid 2: Een staatssecretaris treedt in de gevallen waarin de minister het nodig acht n met inachtneming van diens aanwijzingen, in zijn plaats als minister op. De staatssecretaris is uit dien hoofde verantwoordelijk, onverminderd de verantwoordelijkheid van de ministers. Wat staat er in artikel 45 van de Grondwet? = Lid 1: De ministers vormen te zamen de ministerraad. Lid 2: De minister-president is voorzitter van de ministerraad. Lid 3: De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen regeringsbeleid en bevordert de eenheid van dat beleid. Welke artikelen in de Grondwet gaan over benoemen en ontslag? = Art. 43, 46 en 48 GW. Welk artikel in de Grondwet gaat over de ministers? = Art. 44 GW. Naar welke artikelen moet je kijken voor de ambten van de regering? = Art. 42 en 47 GW. Naar welk artikel verwijs je als je uitlegt wat een koninklijk besluit is? = Naar art. 47 GW. Wat staat er in artikel 65 van de Grondwet? = Jaarlijks op de derde dinsdag van september of op een bij de wet te bepalen eerder tijdstip wordt door of namens de Koning in een verenigde vergadering van de Staten-Generaal een uiteenzetting van het door de regering te voeren beleid gegeven. Wat staat er in artikel 81 van de Grondwet? = De vaststelling van wetten geschiedt door de regering en de Staten-Generaal gezamenlijk. Wat staat er in artikel 90 van de Grondwet? = De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde. Wat staat er in artikel 100 van de Grondwet? = Lid 1: De regering vertrekt de Staten-Generaal vooraf inlichtingen over de inzet of het ter beschikkling stellen van de krijgsmacht ter handhaving of bevordering van de internatonale rechtsorde. Daaronder is begrepen het vooraf verstrekken van inlichtingen over de inzet of het ter beschikking stellen van de krijgsmacht voor humanitaire hulpverlening in geval van gewapend conflict. Lid 2: Het eerste lid geldt niet, indien dwingende redenen het vooraf verstrekken van inlichtingen verhinderen. In dat geval worden inlichtingen zo spoedig mogelijk verstrekt. In welke artikelen zien we de term regering? = Art. 65,81,90 en 100 van de Grondwet. In welke artikelen zien we de ministers? = Die worden genoemd in art. 41,43 en 48 van de Grondwet. De minister-president en de overige ministers worden bij koninklijk besluit benoemd en ontslagen. Welk artikel is dit? = Art. 43 GW. Lid 1: Bij Koninklijk besluit worden ministeries ingesteld. Zij staan onder leiding van een minister. Lid 2: Ook ministers worden benoemd die niet belast zijn met de leiding van een ministerie. Welk artikel is dit? = Art. 44 GW. Het Koninklijk besluit waarbij de minister-president wordt benoemd, wordt mede door hem ondertekend. De Koninklijke besluiten waarbij de overige ministers en de staatssecretarissen worden benoemd of ontslagen, worden mede door de minister-president ondertekend. Welk artikel is dit? = Art. 48 GW. Lid 1: Bij koninklijk besluit kunnen staatssecretarissen worden benoemd en ontslagen. Lid 2: Een staatssecretaris treedt in de gevallen waarin de minister het nodig acht n met inachtneming van diens aanwijzingen, in zijn plaats als minister op. De staatssecretaris is uit dien hoofde verantwoordelijk, onverminderd de verantwoordelijkheid van de ministers. Welk artikel is dit? = Art. 46 GW. Lid 1: De ministers vormen te zamen de ministerraad. Lid 2: De minister-president is voorzitter van de ministerraad. Lid 3: De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen regeringsbeleid en bevordert de eenheid van dat beleid. Welk artikel is dit? = Art. 45 GW. Jaarlijks op de derde dinsdag van september of op een bij de wet te bepalen eerder tijdstip wordt door of namens de Koning in een verenigde vergadering van de Staten-Generaal een uiteenzetting van het door de regering te voeren beleid gegeven. Welk artikel is dit? = Art. 65 GW. De vaststelling van wetten geschiedt door de regering en de Staten-Generaal gezamenlijk. Welk artikel is dit? = Art. 81 GW. De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde. Welk artikel is dit? = Art. 90 GW. Lid 1: De regering vertrekt de Staten-Generaal vooraf inlichtingen over de inzet of het ter beschikkling stellen van de krijgsmacht ter handhaving of bevordering van de internatonale rechtsorde. Daaronder is begrepen het vooraf verstrekken van inlichtingen over de inzet of het ter beschikking stellen van de krijgsmacht voor humanitaire hulpverlening in geval van gewapend conflict. Lid 2: Het eerste lid geldt niet, indien dwingende redenen het vooraf verstrekken van inlichtingen verhinderen. In dat geval worden inlichtingen zo spoedig mogelijk verstrekt. Welk artikel is dit? = Art. 100 GW. Wie kan minister worden? = Iedereen. Er staat in de Grondwet alleen dat ze benoemd of ontslagen worden door een koninklijk besluit. Er staan verder geen eisen. Wat is Contraseign bevoegdheid in art. 47 GW? = Wetten tekenen belangrijkste bevoegdheid. Welke dubbele positie heeft een minister volgens art. 44 GW? = In de regering met de Koning en leiding geven aan ministerie. Wat is de functie van een staatssecretaris? = De staatssecretaris treedt extern naar buiten als minister op. Het betekent dat die staatssecretaris dezelfde bevoegdheden heeft als de minister (art. 47 GW.) Kan wetten en regeringsbesluiten ondertekenen. Zelfde verplichtingen. Ook verantwoordelijk jegens parlement. Intern is er een verschil. Intern is de staatssecretaris ondergeschikt aan de ministers. De staatssecretaris treedt op in achtneming van aanwijzingen van de minister dus ondergeschikt. Grondwet gaat uit van een systeem van plaatsvervanging of minister besluit/ tekent of staatssecretaris. Als de minister, maar niet in de minderraad. Hij maf niet de minister als stemhebbend lid vervangen. Hij mag verder bijv. op departement wel vervangen. De staatssecretaris is in de praktijk eigenlijk minister geworden en zijn de zaken helemaal verdeeld. Staatssecretaris mag wel bij de ministerraad erbij gaan zitten (het kan zijn dat ze hem niet uitnodigen) maar hij mag niet stemmen, alleen adviseren. Wat is de ministerraad? = Historische ontwikkeling ambten: de lijn is steeds hetzelfde. Aanvankelijk was de ministerraad niets meer dan adviseurs van de koning. Dat is steeds het begin: de koning is de baas. Dat verandert in 1840. Dat de ministers mee mogen besluiten. De ministerraad wordt steeds belangrijker. De Koning is deel en niet meer hoofd van de regering. 1850 1e regeling ministerraad. Wat is belangrijk in het reglement van orde: art. 11+12. Daar wordt vastgelegd dat de ministerraad besluiten neemt die bindend zijn voor de ministers. Ministers mogen niet afwijken van de besluiten van de ministerraad. Het is niet meer de Koning die voor eenheid van regeringsbeleid zorgt, maar de ministerraad art. 45. De bevoegdheid is te besluiten over algemeen regeringsbeleid. Algemeen regeringsbeleid is de hoofdlijn regeringsbeleid en die vind je in het regeerakkoord. Die eenheid noemen we Homogeniteit van de ministerraad: eenheid beleid van minister. Ligt vast in art. 45 lid 3 GW en art. 11+12 reglement van orde + art. 26 reglement van orde, want daarin staat dat ministerraad als eenheid naar buiten toe optreedt. In 1840 is de verandering dat de Koning niet alleen besluit, maar contraseign: dat de ministers meebeslissen. De Koning is niet meer de leider van de regering, dus zorgt niet voor eenheid dat doet de ministerraad. De regering eiste dat de Koning de grondwet zou herzien en dreigde met verwerping of blootstelling van de begroting of zoiets. Wat staat er in artikel 11 van het reglement van orde? = Lid 1: Indien het nodig is bij wijze van stemming te beslissen, wordt het besluit, behoudens afwijking op grond van het Statuut, bij meerderheid van stemmen opgemaakt, waarbij iedere aanwezige minister één stem heeft. Lid 2: De raad besluit niet bij stemming dan in aanwezigheid van ten minste de helft van het totale aantal ministers. Lid 3: Bij staking van stemmen wordt de beslissing tot de volgende vergadering aangehouden, tenzij de beslissing niet uitgesteld kan worden of de vergadering voltallig is. In deze gevallen beslist de stem van de minister-president. Wat staat er in artikel 12 van het reglement van orde? = Lid 1: Indien een minister een besluit in strijd acht met zijn verantwoordelijkheid, geeft hij daarvan kennis in de raad. Lid 2: In geen geval handelt een minister of staatssecretaris tegen een besluit van de raad. Lid 3: Voor zover dit uit het Statuut voortvloeit, geldt dit artikel niet voor de gevolmachtigde ministers. Wat staat er in artikel 26 van het reglement van orde? = Lid 1: Ten aanzien van hetgeen ter vergadering besproken wordt of geschiedt, bestaat een geheimhoudingsplicht. Lid 2: De geheimhoudingsplicht bestaat niet: A. voor zover de raad of de minister-president namens de raad ontheffing van de geheimhouding verleent. B. voor zover uitvoering van besluiten dit nodig maakt, dan wel de aard en omstandigheden van een besluit bekendmaking daarvan vorderen. Lid 3: Dit artikel is van overeenkomstige toepassing met betrekking tot de vergaderingen van de onderraden en commissies uit de raad. Wat is belangrijk in het reglement van orde? = Art. 11+12. Daar wordt vastgelegd dat de ministerraad besluiten neemt die bindend zijn voor de ministers. Ministers mogen niet afwijken van de besluiten van de ministerraad. Het is niet meer de Koning die voor eenheid van regeringsbeleid zorgt, maar de ministerraad art. 45. De bevoegdheid is te besluiten over algemeen regeringsbeleid. Algemeen regeringsbeleid is de hoofdlijn regeringsbeleid en die vind je in het regeerakkoord. Wat is homogeniteit? = Eenheid beleid van ministers. Wat is contraseign? = Dat niet alleen de Koning, maar de ministers meebeslissen. Lid 1: Indien het nodig is bij wijze van stemming te beslissen, wordt het besluit, behoudens afwijking op grond van het Statuut, bij meerderheid van stemmen opgemaakt, waarbij iedere aanwezige minister één stem heeft. Lid 2: De raad besluit niet bij stemming dan in aanwezigheid van ten minste de helft van het totale aantal ministers. Lid 3: Bij staking van stemmen wordt de beslissing tot de volgende vergadering aangehouden, tenzij de beslissing niet uitgesteld kan worden of de vergadering voltallig is. In deze gevallen beslist de stem van de minister-president. Welk artikel is dit? = Art. 11 RvOMR Lid 1: Indien een minister een besluit in strijd acht met zijn verantwoordelijkheid, geeft hij daarvan kennis in de raad. Lid 2: In geen geval handelt een minister of staatssecretaris tegen een besluit van de raad. Lid 3: Voor zover dit uit het Statuut voortvloeit, geldt dit artikel niet voor de gevolmachtigde ministers. Welk artikel is dit? = Art. 12 RvOMR Lid 1: Ten aanzien van hetgeen ter vergadering besproken wordt of geschiedt, bestaat een geheimhoudingsplicht. Lid 2: De geheimhoudingsplicht bestaat niet: A. voor zover de raad of de minister-president namens de raad ontheffing van de geheimhouding verleent. B. voor zover uitvoering van besluiten dit nodig maakt, dan wel de aard en omstandigheden van een besluit bekendmaking daarvan vorderen. Lid 3: Dit artikel is van overeenkomstige toepassing met betrekking tot de vergaderingen van de onderraden en commissies uit de raad. Welk artikel is dit? = Art. 26 RvOMR.
Ingezonden op 22-10-2017 - 1086x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!