Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Na Klar Rose
› 5 sterke werkwoorden 1
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Na Klar Rose
, deel 1
5 sterke werkwoorden 1
Jaar 3 (havo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
sein (tegenwoordige tijd) = bin bist ist sind seid sind sein (verleden tijd) = war warst war waren wart waren sein (voltooid deelwoord) = gewesen sein (gebiedende wijs) = sei seid seien haben (tegenwoordige tijd) = habe hast hat haben habt haben haben (verleden tijd) = hatte hattest hatte hatten hattet hatten haben (voltooi deelwoord) = gehabt worden (verleden tijd) = wurde wurdest wurde wurden wurdet wurden worden (voltooid deelwoord) = geworden rijden (tegenwoordige tijd) = fahre fährst fährt fahren fahrt fahren rijden (verleden tijd) = fuhr fuhrst fuhr fuhren fuhrt fuhren rijden (voltooid deelwoord) = gefahren lezen (tegenwoordige tijd) = lese liest liest lesen lest lesen lezen (verleden tijd) = las last las lasen last lasen lezen (voltooid deelwoord) = gelesen schlafen (tegenwoordige tijd) = schlafe schläfst schläft schlafen schlaft schlafen halten (tegenwoordige tijd) = halte hältst hält halten haltet halten laufen (tegenwoordige tijd) = laufe läufst läuft laufen lauft laufen tragen (tegenwoordige tijd) = trage trägst trägt tragen tragt tragen anfangen (tegenwoordige tijd) = fange an fängst an fängt an fangen an fangt an fangen an geben (tegenwoordige tijd) = gebe gibst gibt geben gebt geben essen (tegenwoordige tijd) = esse isst isst essen esst essen treffen (tegenwoordige tijd) = treffe triffst trifft treffen trefft treffen nehmen (tegenwoordige tijd) = nehme nimmst nimmt nehmen nehmt nehmen helfen (tegenwoordige tijd) = helfe hilfst hilft helfen helft helfen sprechten (tegenwoordige tijd) = spreche sprichst spricht sprechen sprecht sprechen sehen (tegenwoordige tijd) = sehe siehst sieht sehen seht sehen
Ingezonden op 13-02-2010 - 2240x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!